Skip to ContentSkip to Navigation
Alumni Steun onderzoek en onderwijs Groninger Universiteitsfonds Gratama Stichting Gratama Subsidies Subsidierondes

Subsidieronde 2021

Gratama Stichting uitslag ronde 2021

Faculty of Science and Engineering

Natalie E. van Dis, MSc

Hoe heeft klimaatverandering de wintervlinder genetisch veranderd? €19.746

Om klimaatverandering te kunnen overleven moeten insectenpopulaties zich snel kunnen aanpassen aan een veranderende omgeving. De wintervlinder is een van de weinige soorten waarvan we weten dat ze zich heeft aangepast aan klimaatverandering door evolutie. Omdat we unieke historische data hebben van deze soort, kunnen we onderzoeken hoe ze zich zo snel hebben kunnen aanpassen. Daarvoor gaan we genetische veranderingen in kaart brengen met behulp van DNA analyse. Deze kennis kan worden gebruikt om te bepalen hoe kwetsbaar andere insectenpopulaties zijn voor klimaatverandering.

Faculteit Rechtsgeleerdheid

Prof.mr. J.E. (Jelle) Jansen, hoogleraar

Het Rooms-Groningse recht. Een onderzoek naar de privaatrechtelijke rechtspraak van de Hoofdmannenkamer in de zeventiende en achttiende eeuw €15.000

Tot 1798 was Nederland geen eenheidsstaat, maar een verzameling van soevereine provincies. In elk van die gewesten gold van de lokale wetgevers afkomstig recht, elk gebied had zijn eigen hoogste rechterlijke instantie. Holland had zijn Hoge Raad, Friesland zijn Hof, Groningens hoogste rechter was vanaf de zeventiende eeuw de Hoofdmannenkamer. Naast alle regionale verschillen, bestonden er ook overeenkomsten tussen de gewesten van de Republiek. In alle provincies gold als hulprecht het Romeinse recht, zoals dat in de zesde eeuw was opgetekend door de Romeinse keizer Justinianus (keizer tussen 527 en 565) in vier boeken. Die boeken waren in de Middeleeuwen bekend komen te staan als het Corpus Iunis Civilis en werden overal op het Europese vasteland gebruikt als het lokale recht tekortschoot. Het Romeinse recht kwam bekend te staan als het ius commune, in de Republiek als het gemene recht. De relevantie van het Romeinse recht lag vooral op het gebied van het privaatrecht, dat wil zeggen het recht dat de verhoudingen tussen burgers regelt (koop, huur, testament eigendom, hypotheek enz.). Zo ontstond op het continent van land tot land en van streek tot streek een bonte lappendeken aan lokale regels, samengebonden door het gemeenschappelijke ius commune. De zeventiende-eeuwse advocaat Simon van Leeuwen (1626-1682) muntte voor de provincie Holland de term Rooms-Hollands recht. Over het Rooms-Hollandse verschenen verschillende boeken en proefschriften, waarbij meespeelt dat over de rechtspraak van Hollands hoogste rechter vrij veel bekend is via de gemakkelijk toegankelijke geheime dagboeken van de raadsheren Van Bijnkershoek en Pauw. P.J. Verdam wijdde in 1997 een monografie aan het Rooms-Utrechtse privaatrecht. In 1999 verscheen een uitbreide studie naar het Rooms-Friese recht, gebruik makend van beslissingen van het Friese hof. Het Groningse recht heeft in de literatuur niet veel aandacht gekregen. Veel van wat destijds het in Stad en Lande primaire recht was, is weliswaar gemakkelijk digitaal toegankelijk, maar er wordt maar zelden onderzoek naar gedaan. De rechtspraak van de Hoofdmannenkamer bevindt zich in de Groninger Archieven. Ook hieraan is tot op heden niet veel aandacht besteed. Rechtspraakverzamelingen zoals die voor Holland, Utrecht, Friesland en Gelderland werden vervaardigd ontbreken, de archieven zijn evenmin gedigitaliseerd. Het belangrijkste artikel over de rechtspraak van de kamer verscheen bijna honderd jaar geleden: het is een uitvoerig overzichtsartikel van de hand van A.S. de Blecourt waarin hij een lange lijst opsomt van beslissingen die de kamer velde in de zeventiende en achttiende eeuw. Aan een inhoudelijke bespreking van de rechtszaken kwam De Blecourt niet toe, en dat is jammer omdat juist een inhoudelijke bespreking duidelijk kan maken hoe het Rooms Groningse recht eruit zag. Hoe het mengsel van lokaal recht en Romeins recht er in Groningen uit zag, en wat de vanuit Wetenschappelijk oogpunt interessante verhouding was tussen het lokale recht en het Romeinse recht. Aan het begin van de 21e eeuw verschenen twee tijdschriftartikelen van Van der Ven waarin zij twee beslissingen van de Hoofdmannenkamer inhoudelijk bekeek en enige voorzichtige conclusies formuleerde.
Een overkoepelend onderzoek naar de civielrechtelijke rechtspraak van de Hoofdmannenkamer en het Rooms-Groningse recht ontbreekt. Dit onderzoek wil hierin voorzien en daarmee twee doelen dienen. Het eerste doel bestaat erin te bekijken hoe de Hoofdmannenkamer omging met de rechtsverscheidenheid die zo typerend was voor het Europa van voor de invoering van de privaatrechtelijke wetboeken. Het tweede doel ligt erin het Rooms-Groningse recht op de kaart te zetten door publicatie in boekvorm van een overzicht van de interessantste en meest typerende beslissingen van de Hoofdmannenkamer, en door digitalisering van de relevante archieven.

Faculteit Medische Wetenschappen/UMCG

Dr. Eleanor Harding, Postdoc onderzoeker

Geleide Audiomotor Exploratie (GAME) muzikale interventie voor cochleair implantaat (CI)-dragers € 18.045

In vergelijking met algehele doofheid biedt een cochleair implantaat (CI) een relatief grote verbetering van het gehoorvermogen. Bij een CI, zet een, in het slakkenhuis geïmplanteerde, elektrode akoestische signalen in elektrische impulsen om die dan naar de hersenen gaan en als geluid worden waargenomen. Het elektrische signaal dat het oor bereikt is noodzakelijkerwijs zeer summier waardoor de gehoorverbetering beperkt blijft (Baskent & Gaudrain, 2016). CI-dragers ondervinden daarom nog grote uitdagingen in het dagelijkse leven. De plasticiteit van de hersenen maakt het echter mogelijk om door gerichte training verdere verbetering van het gehoor te realiseren (Irvine, 2018). In dit onderzoek wordt het effect van muzikale training op het gehoor onderzocht met als doel het dagelijkse leven van CI-dragers te verbeteren. In de volgende domeinen zullen zowel fundamentele als klinische uitkomsten worden gemeten: waarneming van gesproken taal en muziek; zelfvertrouwen; en sociale interactie.

Faculty of Science and Engineering

Dr. Jacqueline Stefels, docent/senior onderzoeker

Verdwijnend Arctisch zee-ijs: Het belang van algen voor het klimaat op aarde € 24.900

Vorig jaar vond de grootste poolexpeditie ooit plaats. Doel van deze expeditie was om meer inzicht te krijgen in de rol van zee-ijs in het reguleren van het klimaat op aarde. Het microbiële leven in en onder het ijs is daarbij een uiterst belangrijke schakel. Algen spelen een centrale rol in de opname van het broeikasgas CO2 en de productie van het klimaat-koelende gas dimethylsulfide (DMS). Het primaire doel van deze aanvraag is om meer inzicht te krijgen in de samenstelling van algengemeenschappen in en rond zee-ijs, hoe deze gemeenschappen veranderen door het seizoen en wat hun relatie is tot klimaatprocessen. Dit is zeer gespecialiseerd en daardoor kostbaar onderzoek. Het verzamelen van deze unieke algen-dataset zal leiden tot verbetering van klimaatmodellen.

Door het GUF gefinancieerd:

Faculteit Economie en Bedrijfskunde

Afdeling Economie, Econometrie & Finance (EEF)

dr. R.M. Jong-A-Pin, Universitair Hoofddocent 1 / Associate Professor 1

Sociale Winst van de Dorpsondersteuner € 15.300

Maatschappelijke en demografische ontwikkelingen zetten de leefbaarheid in de provincie Groningen onder druk. Enerzijds wordt de bevolking steeds ouder en neemt het aandeel ouderen in de totale bevolking toe. Anderzijds kampen veel gemeenten in Noord- en Oost- Groningen met de gevolgen van de krimp: steeds meer jonge mensen trekken weg uit de provincie en steeds minder faciliteiten blijven bestaan voor de achterblijvers. Naast deze ontwikkelingen is het overheidsbeleid in de afgelopen jaren sterk veranderd. Er heeft een transitie in de zorg plaatsgevonden, waardoor zorgbeleid meer gedecentraliseerd wordt uitgevoerd. Bovendien verandert de welvaartsstaat in een participatiesamenleving, waarin burgers actief hun steentje bijdragen aan beleid en uitvoering.
In de afgelopen jaren zijn in de provincie Groningen diverse initiatieven van de grond gekomen om krimp en vergrijzing het hoofd te bieden. Zo zetten op verschillende plaatsen dorpsbewoners zich in om het welzijn en de leefbaarheid in eigen omgeving op peil te houden en te verbeteren. Eén van de initiatieven is de introductie van de dorpsondersteuner. Omdat de dorpsondersteuner een nieuwe functie is in het sociaal en medisch domein, is er relatief weinig bekend over haar rol en toegevoegde waarde.

Faculteit der Letteren

Dr. Bert Nijboer, Universitair docent

Geofysisch onderzoek naar drie borgen te Baflo / Rasquert €19.965

Deze aanvraag bevindt zich op het raakvlak tussen geschiedenis, historische geografie, archeologie en natuurwetenschap. Het betreft non-destructief onderzoek naar drie borgterreinen bij Baflo. Het maakt deel uit van een meerjarig project dat als doel heeft om de ruim 2000 jaar geschiedenis van Rasquert inzichtelijk te maken door archiefonderzoek en bronpublicaties.
Dit project wordt grotendeels intern gefinancierd door het beschikbaar stellen van onderzoekstijd van academici binnen en buiten de RUG. Verder wordt het ondersteund door enkele musea in het Noorden die archeologische voorwerpen uit Rasquert in hun collectie hebben, het Noordelijk Archeologisch Depot te Nuis, de Vereniging voor Terpenonderzoek en de Historische Kring Baflo. Er wordt samengewerkt met een aantal historici en archeologen om deze bronnen per periode zo goed mogelijk te ontsluiten, ook voor een breder publiek.
Door middel van gespecialiseerde, geofysische apparatuur en kennis kunnen de nog aanwezige structuren in de ondergrond in kaart worden gebracht om een brug te slaan tussen het historische archiefonderzoek naar de borgen, het landschap en de onderliggende archeologische lagen. Deze apparatuur is niet aanwezig bij de participerende instellingen en daardoor is het nodig om een bedrijf als Medusa Explorations in te schakelen dat ruime ervaring heeft met dit soort onderzoek en tevens bereid is studenten te begeleiden.
Het non-destructieve onderzoek naar deze drie terreinen is mogelijk omdat zij relatief intact zijn en niet werden verstoord door diepploegen of overbouwing. Het betreft de drie borgen die in het boek Ommelander borgen en steenhuizen staan vermeld onder Baflo als Meyma, Mathenesse en Sassema. Uit recent, historisch onderzoek blijkt dat er nog veel onduidelijkheden zijn over de borgterreinen. Waarschijnlijk is het oude steenhuis bij Sassema, in feite het eerste Meyma steenhuis, dat in 1415 werd verwoest.
Het geofysisch onderzoek heeft als doel om de in de bodem verborgen texturen, zoals grachten, wallen, muren en gebouwen van de drie borgterreinen, beter in kaart te brengen. Hierdoor kan met moderne technieken duidelijk worden welke structuren nog intact zijn en wat de archeologische waarde van de percelen is. Verder kan dan beter onderzocht worden hoe de ontwikkeling van steenhuis tot borg plaatsvond, in combinatie met archiefonderzoek dat al gedeeltelijk is uitgevoerd.
Daarnaast heeft het onderzoek een educatieve doelstelling. Drie tot vier Master studenten Archeologie kunnen stage lopen bij het bedrijf Medusa om ervaring op te doen met prospectie-onderzoek en verdere analyse van de verkregen, gedetailleerde data.

Laatst gewijzigd:08 juli 2022 13:42