Uit de collegebank geklapt

Wat hebben de studies Nederlands en natuurkunde met elkaar gemeen? In eerste instantie dacht Iris van der Pol (eerstejaars bachelorstudent) dat er geen twee studies waren die zo ver uit elkaar liggen als deze. Juist daarom besloot ze in de zesde klas om zich voor beide studies in te schrijven. Maar wat blijkt: Nederlands en natuurkunde blijken elkaar op meerdere punten tóch te vinden.

In het derde studiejaar volgen alle studenten een halfjaar lang een minor. Voor Demian Vos (tweedejaars bachelorstudent) was het tijd om een keuze te maken. Welke minor kies je als je ineens weer alle studies tot je beschikking hebt? Demian maakt de oversteek naar een andere faculteit, maar ziet eigenlijk vooral raakvlakken tussen zijn minor en zijn bachelor Nederlands.

Brecht Veenstra (eerstejaars bachelorstudent) ging in eerste instantie geen Nederlands studeren vanwege de letterkunde. Nu Brecht de eerste letterkundige vakken achter de rug heeft, reflecteert ze op de vraag: in hoeverre moet je eigenlijk een boekenwurm zijn voor de studie Nederlands?

Thirza Fokkens (masterstudent Neerlandistiek) schreef een scriptie over een vrij onbekende reeks gedichten van Herman Gorter: 'De dagen'. De onzekerheid die studenten vandaag de dag soms kunnen voelen, vond ze ook terug bij de verteller in de gedichten van ruim een eeuw geleden. Aan de andere kant voelde Thirza tijdens het schrijven van haar scriptie juist veel zekerheid. Wat ontdekte ze zoal over de gedichtenreeks?

Alec de Jong (bachelorstudent Nederlands) ging naar de Neerlandistiekdagen in Nijmegen, volgens hem 'een soort meet and greet voor neerlandici'. Op dit evenement presenteerde hij samen met medestudenten nieuwe inzichten over de middeleeuwse tekst 'Mariken van Nieumeghen', extra leuk natuurlijk om hierover te vertellen in de stad waar het verhaal zich grotendeels afspeelt.

Wie bepaalt welke boeken tot de literaire canon behoren? Anna Lap (derdejaars bachelorstudent) kreeg inzicht in de mechanieken achter canonvorming door het vak 'Literaire canon II'. Ze leerde hoe het kan dat er zoveel vrouwelijke schrijvers zijn 'vergeten' en zag hoe we het tij misschien ook weer kunnen keren.

Hinke van Minnen (masterstudent Neerlandistiek) ging op zoek naar een stage. Maar hoe vind je eigenlijk een stage die goed bij je past? Hinke besloot het buiten de gebaande paden te zoeken. Nu loopt ze stage op een plek die op haar lijf geschreven is: Het poëziepaleis.

Gerrian van Vaals (masterstudent LVHO) studeerde filosofie en haalde zijn lesbevoegheid voor dat vak. Een baan vinden als docent filosofie bleek echter nog knap lastig. Daarom besloot hij het roer om te gooien en de route te bewandelen om docent Nederlands te worden. Tussen Nederlands en filosofie blijken overigens ook de nodige overeenkomsten te zitten.

Hylke Boxem (eerstejaars bachelorstudent) gaf les aan tweedetaalleerders. Het viel hem op dat de mensen die hij lesgaf moeite hadden om bepaalde klanken uit te spreken. Nu hij Nederlands studeert, vindt hij verklaringen voor allerlei zaken die hij in de praktijk zag.

Masterstudent Neerlandistiek Loïs de Groot verdiepte zich samen met medestudenten in 15e- en 16e-eeuwse zinnespelen. Samen besloten ze toen om een modern zinnespel te schrijven over de overprikkelde jonge stagiair Ole Prikkeld (nomen est omen). Het stuk zit vol humoristische toespelingen naar de huidige tijd: van het personage Korte Memorie tot D(e)H(e)L-bezorgers. Maar het zinnespel heeft vooral een belangrijke boodschap. Benieuwd welke dat is? Lees dan haar blog!