Skip to ContentSkip to Navigation
About us Faculty of Arts
Header image Uit de collegebank geklapt

Van Pippi naar Constantijntje

Datum:01 oktober 2024
Hinke van Minnen, masterstudent Neerlandistiek
Hinke van Minnen, masterstudent Neerlandistiek

In het laatste jaar van je bachelor krijg je de kans om iets compleet anders te studeren. Vorig jaar was het tijd voor mij om een minor te gaan volgen. Even weg van Nederlands, tijd voor iets nieuws! Eerst wilde ik voor de klas gaan staan door de  Educatieve Minor te volgen, maar ik had het gevoel dat ik nog niet helemaal klaar was voor een stage. Daarom koos ik uiteindelijk voor iets wat in dezelfde hoek zit, maar nog wel gericht is op theoretische achtergrond. Het onderwijs trekt me nog steeds, dus na de master Neerlandistiek ga ik alsnog mijn lesbevoegdheid halen. De minor die ik uiteindelijk volgde, heet ‘Challenging Youth’. Het is een universitaire minor, wat betekent dat je vakken volgt bij verschillende faculteiten. ‘Challenging Youth’ is een programma met verschillende vakken over jeugd, opvoeden en opgroeien. Zo waren er vakken over gender en seksualiteit, opvoeden, gedragsproblemen, kinderliteratuur en de geschiedenis van onderwijs. Een divers programma! 

Beter dan Pippi wordt het niet

In deze minor leek alles wat ik interessant vind bij elkaar te komen: literatuur, kinderen, en onderwijs. Het leek me een ideale aanvulling op de dingen die ik de jaren ervoor had geleerd. Vooral het vak Kinderliteratuur trok me over de streep: Pippi Langkous lezen voor je studie, heel veel beter ging het niet worden! We analyseerden de functies van kinderliteratuur, het effect van boeken op kinderen en het was vooral heel erg leuk. Ik wist al dat ik geïnteresseerd was in literatuur, maar dat je ook nog kinderliteratuur ‘mag’ lezen als volwassene maakte het nog veel mooier. Nog steeds lees ik regelmatig een kinderboek ter afwisseling van de zware kost.

Hoe kijk je naar een kind? 

Ook volgde ik een vak over kindbeelden en onderwijs door de tijd heen. Hoe wij nu over kinderen denken, is heel anders dan hoe men in de middeleeuwen of renaissance naar kinderen keek. Ideeën over opvoeding en scholing zijn dan ook enorm veranderd. Dit intrigeerde mij enorm. Hoe kan het dat men in de ene eeuw kinderen ziet als een minivolwassene, en in de andere eeuw als een zondig wezentje? Ik begon erover na te denken wat de tijd doet met het beeld dat mensen hebben van kinderen. Vroeger waren de kindersterftecijfers bijvoorbeeld veel hoger dan nu: wat deed dat met de mensen? Nadat mijn minor afgelopen was, besloot ik alles wat ik had geleerd te koppelen aan mijn ‘echte’ studie Nederlands, en een scriptieonderwerp te kiezen dat op beide studierichtingen aansloot.

Constantijntje en de scriptie

In een eerder vak van de bachelor had ik al geleerd over opvoedkundige boeken uit de zeventiende eeuw. Dit was een tijdperk waarin men veel hernieuwde aandacht had voor de rol van kinderen in het gezin en de samenleving. Deze periode leek me dan ook interessant om over te schrijven. Mijn scriptie ging over gedichten uit de zeventiende eeuw, geschreven door volwassenen, over gestorven kinderen. Een bekend voorbeeld hiervan is het gedicht Kinder-Lyck van Joost van den Vondel, over zijn zoon Constantijntje. 

Ik heb gekeken in hoeverre schrijvers zich vasthielden aan de literaire regels die golden in deze tijd. In de zeventiende eeuw vonden schrijvers namelijk dat je pas een goede schrijver was, als je je aan allerlei regels hield. Dit ging over bepaalde thema’s aanhalen, zoals de Klassieke Oudheid, maar ook over de vorm van teksten, zoals een heel regelmatig rijmschema of metrum. En wat bleek? Zoals ik al had gedacht, zijn de gedichten over overleden kinderen minder volgens de regels. Zelf dacht ik dat dat komt door het verdriet dat de schrijvers hadden over hun kinderen. Het sloot mooi aan bij mijn minor, waar ik had geleerd over het beeld dat de mensen hadden van hun kinderen.

Allerlei wegen

Zo zie je maar: je studie Nederlands leidt je over allerlei wegen. Van Pippi Langkous kom je zomaar in de pedagogische geschiedenis terecht. Ik heb geleerd dat het goed is om te kiezen voor wat je echt interesseert. Stage lopen op de middelbare school kwam voor mij nog iets te vroeg, maar doordat ik dat niet heb gedaan, heb ik wel een mooi ander programma kunnen volgen. Het hoeft niet aan te sluiten op je normale studie, dat is juist het mooie van een minor. Door mijn minor leerde ik hoe goed het is om je breed te interesseren, want voor je het weet haal je er een mooi scriptieonderwerp uit… 






Reacties

Reacties laden...