Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Faculteit der Letteren
Header image Uit de collegebank geklapt

Snorkelcursus of de Max Havelaar?

Datum:27 mei 2025
Brecht Veenstra, eerstejaars bachelorstudent
Brecht Veenstra, eerstejaars bachelorstudent

“Je hoeft geen boekenwurm te zijn”, zei de studente op de open dag van Nederlandse Taal & Cultuur. Een logische opmerking, want ‘een student die leeft in de bibliotheek’ is toch een onderdeel van het stereotype van een student Nederlands. Maar echt positief is dat stereotype niet, want het zal genoeg studenten afschrikken. Dat brengt me op de vraag: is die opmerking eigenlijk wel terecht? Na me ondergedompeld te hebben in de Nederlandse literaire canon ben ik me dat af gaan vragen. 

Klagen zal ik niet

Die opmerking op de open dag was een opluchting voor mij. Begrijp me niet verkeerd: boeken lezen vind ik leuk om te doen. In vakanties sla ik af en toe dan ook wel iets open. Maar nee, de klassieke boekenwurm ben ik niet. Lezen is dan ook niet de reden dat ik voor deze studie koos. Ik werd vooral enthousiast van het feit dat ik bij deze studie intensief bezig zou gaan met taal.

Ondanks de ‘belofte’ van de open dag, heb ik me erop voorbereid dat ik de nodige bladzijden zal moeten omslaan de komende drie jaar. Een student Nederlands hoeft dan misschien geen veellezer te zijn, maar mij maakt niemand wijs dat een toekomstig neerlandicus geen literatuur gaat uitkammen. 

Klagen zal ik dan ook niet, sprak ik mezelf toe. Die tijd is nu echt voorbij. Tot mijn achttiende had ik het recht om te klagen dat ik druk was met school. Ik was nou eenmaal leerplichtig en ik had geen keuze om iets anders te doen. Maar nu kan ik dat niet meer zeggen. Ik heb bewust hiervoor gekozen, en niet voor een tussenjaar met snorkelcursus in Indonesië. 

‘Every day’s a school day’

En dus begon ik vol goede moed aan de boekenlijst van zes titels die ik voor de cursus ‘Literaire Canon’ heb moeten lezen. Titel 1: Karel ende Elegast. Die had ik op de middelbare al eens gelezen. Dat bleek nu weinig meer waard, helaas. Dit keer moest ik toch echt de Middelnederlandse tekst op rijm onder ogen zien, die ik jaren daarvoor nog had ontweken. Op de middelbare was een moderne hertaling lezen namelijk genoeg.

Ook Lucifer van Vondel moest ik aanschaffen. Die tragedie heeft me het nodige over het geloof geleerd. Ik merkte in de collegebanken dat ik door mijn atheïstische opvoeding met veel begrippen onbekend was. Blijkbaar is het bijvoorbeeld standaard Bijbelkennis dat de mens pas zondig werd na de zondeval. Tja, daar was ik minder bekend mee. Waar mijn studiegenoot mij verwonderd aankeek, hield ik me trouw vast aan de uitspraak ‘every day’s a school day’. 

Sorry, Eduard…

Natuurlijk kon de Max Havelaar niet ontbreken. Het is een van de meest canonieke boeken uit de Nederlandse literatuur. Zo moeilijk kan dat toch niet zijn? Na even navragen thuis sloeg ik mijn editie uit 1870 (dat is geen grapje) open, die mijn vader nog uit zijn oma’s kast had geërfd. Een aantal dagen en driehonderd bladzijden later snapte ik er niets van. Veel mensen zullen me vreemd aankijken, maar ik moet zeggen dat ik eerst niet begreep wat er nou zo goed aan was.

Tijdens het college gingen we het boek uitpluizen, en wat ben ik blij dat we dat deden. Ik begon eindelijk te begrijpen waarom elke boekenliefhebber de Max Havelaar ophemelt. Het feit dat ik veel onderdelen niet begreep, was te danken aan het feit dat het boek als een puzzel in elkaar zit. Die Multatuli (Eduard Douwes Dekker) heeft veel meer gespeeld met fictie, werkelijkheid en perspectieven dan ik dacht. Mijn respect voor het boek is na dat college een stuk gestegen. Toch moet ik zeggen dat het ideaal was geweest als die puzzel iets makkelijker verwoord was. Sorry, Eduard.

Diepgang

We bespraken ook de relaties tussen de boeken die we lazen. Wat is bijvoorbeeld de positie van vrouwen in ons literair erfgoed? Een boek dat ik onder handen moest nemen, Sara Burgerhart, heeft bijvoorbeeld als boodschap dat jonge vrouwen maar beter kunnen oppassen voor bepaalde mannen. En ook mogen ze niet buiten de rollen van een vrouw treden. We legden de connectie tussen dit boek en Karel ende Elegast, waarin een vrouw ook niet bepaald een goede positie heeft of eigen inspraak krijgt. Ze krijgt daarin zelfs geen naam.

Ik ging hier dus veel dieper op de boeken in dan op de middelbare. Al kan ik daar niet echt verbaasd over zijn, als ik een studie Nederlands doe. 

Dan rest me nog de vraag: moet je een boekenwurm zijn voor deze studie? Ik moet toegeven dat elke student Nederlandse Taal & Cultuur lezen hoogstwaarschijnlijk (op zijn tijd) best leuk vindt. Verschillende interesses zijn er echter altijd. De ene student gaat literatuur alleen nog maar leuker vinden tijdens deze studie. Een ander blijft literatuur gewoon ‘best leuk’ vinden, maar ontdekt zijn passie tijdens een andere cursus. De variatie in cursussen maakt de studie zo vermakelijk, vind ik. Door verschillende passies is bovendien geen enkele student Nederlands hetzelfde.

Ik zou deze studie dus nog steeds niet willen inruilen voor dat tussenjaar in Indonesië. Bovendien neemt Multatuli me door de bladzijden er al mee naartoe (al is een snorkelcursus wel een stuk gezelliger…).






Reacties

Reacties laden...
Deel dit Facebook LinkedIn