Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Profiel Feiten en cijfers Duurzaamheid Beleid

Energie

Het energiebeleid van de Rijksuniversiteit Groningen past binnen het algemene milieubeleid dat de Rijksuniversiteit voert. Hierin wordt energiegebruik aangemerkt als een belangrijke milieubelastende activiteit (CO2 emissies).

De weg naar een klimaatneutrale en duurzame universiteit in 2020 leidt langs een vergrote inzet op energie-efficiency, waterbesparing en een toename van de hoeveelheid zelf opgewekte energie uit schone bronnen. Besparen op energie is één van de belangrijkste punten op het gebied van duurzaamheid van de Rijkuniversiteit Groningen en het verbruik per vierkante meter wordt gebruikt als één van de Milieu Prestatie Indicatoren. Dit wordt bijvoorbeeld bereikt met behulp van warmte-koude opslag en duurzame nieuwbouw.


Ambities Roadmap Duurzaamheid

➔ Conform de wettelijke norm 2% energie besparen per jaar

➔ Alle kantoren (gebouwen) naar energielabel C in 2023 en Label A in 2030

➔ Nieuwbouw en verbouw conform BENG (bijna energieneutrale gebouwen)

➔ In 2026 25% energie uit eigen hernieuwbare bronnen:
◆ 2,5% uit zonnepanelen
◆ 22,5% WKO (warmte-koude opslag), gerealiseerd en nieuw

➔ Uitvoering geven aan Routekaart VSNU:
◆ gasloos Zernike 2026
◆ BREEAM excellent als ambitie niveau


Warmte-koude opslag

In 2005 is de rijksuniversiteit Groningen begonnen met het inrichten van ondergrondse opslagen voor energie. De eerste zogenaamde koude –warmte opslag werd gerealiseerd voor de Universiteit Bibliotheek van de RUG. In 2006 werd vervolgens, in samenwerking met de Hanze Hogeschool begonnen met de inrichting van een aantal koude warmte opslagen voor de nieuwbouw op het Zernike terrein van de RUG. De keuze voor deze systemen past in het streven van het College van Bestuur om het energieverbruik binnen de RUG terug te dringen. Ondergrondse opslag bespaart ten opzichte van conventionele koelmachines plm. 65 % aan energiekosten, en plm. 40 % minder CO2 uitstoot.

Op dieptes variërend van 80 meter in de binnenstad tot 180 op het Zerniketerrein in de grond bevinden zich grondwaterlagen (zogenaamde aquifers) die geschikt zijn voor de opslag van energie. Het werkingsprincipe van energieopslag in de bodem is eenvoudig. Koude en/of warmte wordt opgeslagen in een watervoerende zandlaag (aquifer) in de bodem. Met behulp van bronnen kan het grondwater uit de aquifer worden opgepompt en weer in de aquifer worden geïnfiltreerd. ’s Winters wordt winterkoude opgeslagen in de koude bron met een temperatuur van circa 8°C. ’s Zomers wordt het koude grondwater uit de koude bron opgepompt en gebruikt voor koeling van een gebouw of een proces. Het grondwater neemt de warmte uit het koelcircuit in het gebouw op en wordt met een temperatuur van 15 à 20°C in de warme bron geïnfiltreerd. Het grondwatercircuit en het gebouwcircuit zijn gescheiden door een warmtewisselaar. Koelen met opgeslagen koude kost slechts 10% van het vermogen van een koelmachine. Samen met de elektriciteit voor het laden van koude is een besparing mogelijk van 40 - 80% op het elektriciteitsverbruik voor koeling in vergelijking met een koelmachine.
Warmte/koudeopslag in combinatie met een warmtepomp bespaart circa 50 procent op de energie voor verwarmen en koelen in vergelijking met een klassieke installatie, bestaande uit een ketel en koelmachine.

Een warmtepompcentrale zorgt voor een goede balans tussen warmte en koude. Deze installatie zorgt voor bruikbare watertemperaturen die nodig zijn voor de luchtbehandelingkasten die verwarmde- of gekoelde lucht produceren.

De energiebesparing wordt bereikt door in de winter warm water op te pompen en koud water in de bodem op te slaan en in de zomer andersom.


Resultaten | 2020

Het elektriciteitsverbruik van de RUG is ten opzichte van 2019 met circa 10% gedaald. Het gasverbruik is ondanks de 30% bezetting nagenoeg gelijk gebleven. Hieruit mag geconcludeerd worden dat tijdens de lockdowns de verwarming van de panden, tegen de verwachting in, niet of nauwelijks is verminderd. Omdat hybride werken de nieuwe standaard wordt, zal worden onderzocht of verwarming van ruimtes en gebouwen efficiënter kan. De hoeveelheid door de RUG zelf opgewekte energie is toegenomen van 19,1% in 2019 naar 19,4% in 2020. Hieraan zijn geen conclusie te verbinden, omdat 2020 geen standaardjaar was.

Laatst gewijzigd:14 februari 2022 11:22
View this page in: English