Skip to ContentSkip to Navigation
Onderzoek DNPP Politieke partijen Politieke Partij Radikalen (PPR) Geschiedenis

PPR jaaroverzicht 1986

Uit: Lidie Koeneman, Paul Lucardie en Ida Noomen, 'Kroniek 1986. Overzicht van de partijpolitieke gebeurtenissen van het jaar 1986' in: Jaarboek 1986 Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen, Groningen, 1987 41-44.

Twee congressen, de activiteiten van een 'heroverwegingswerk¬groep', een tweede zetel in de Eerste Kamer en geruchtmakende uitspraken van het prominente PPR-lid Bas de Gaay Fortman behoorden tot de hoofdgebeurtenissen van de PPR in 1986.

Verkiezingscongres en campagne

Op 1 februari stelden de PPR-afgevaardigden tijdens een verkiezingscongres te Amsterdam de kandidatenlijst voor de Tweede Kamerverkiezingen van 21 mei vast. Met een overweldigende meerderheid - er waren tien onthoudingen - koos het congres Ria Beckers voor de vierde achtereenvolgende keer tot lijsttrekker. Op de tweede plaats volgde het zittende Kamerlid Peter Lankhorst en op de derde plaats koos het congres de betrekkelijk onbekende Cobi Schoondergang, Statenlid voor de PPR in Noord-Holland.

In haar verkiezingstoespraak hekelde Ria Beckers het feit dat de grote partijen de gemeenteraadsverkiezingen van 19 maart alleen maar gebruikten als generale repetitie voor de Kamerverkiezingen. "Veertien regionale bijeenkomsten van het CDA waar Lubbers spreekt, het hoofd van Van Mierlo in alle gemeenten op de verkiezingsaffiches, de TV-uitzendingen met de landelijke kopstukken: het devalueert de plaatselijke democratie."

Naast vaststelling van de kandidatenlijst voor de Tweede Kamer hechtte het congres goedkeuring aan het samenwerkingsakkoord op fractieniveau tussen CPN, EVP en PPR. Op basis van gezamenlijke inhoudelijke uitgangspunten wilden de drie partijen meewerken "aan een gezamenlijk links antwoord op het huidige kabinetsbeleid." In het parlement zou de inbreng van de verschillende fracties bij wetsvoorbereiding en debatten op elkaar afgestemd worden. Toch zou naast dit gezamenlijk optreden de eigen profilering van groot belang blijven. Het fractieakkoord zou na de Tweede Kamerverkiezingen niet meer van toepassing zijn, aangezien CPN en EVP hun zetels in de Tweede Kamer verloren.

Samen met CPN, EVP en PSP ging de PPR een lijstverbinding aan: tot groot ongenoegen van deze partijen weigerde de PvdA aan deze lijstverbinding deel te nemen, uit angst daarmee teveel in de klein-linkse hoek gedrukt te worden. Dit zou de PvdA stemmen uit het midden kunnen kosten.

Op 7 april startte de PPR de verkiezingscampagne. Klein links verloor bij de gemeenteraadsverkiezingen, maar "de PPR gaat desondanks vrolijk en zelfbewust" stemmen werven, zo sprak ex-PPR voorzitter en campagneleider De Boer tijdens de bijeenkomst. Ria Beckers verwachtte dat de partij een harde dobber zou hebben aan de zuigkracht van de PvdA, die bij de gemeenteraadsverkiezingen zoveel stemmen weghaalde bij de kleine linkse partijen. Toch was ze optimistisch vanwege de stabiele en gemotiveerde achterban. Daarnaast werd de PPR in tegenstelling tot CPN en PSP niet zo verscheurd door interne conflicten, aldus de inschatting van Ria Beckers. De uiteindelijke uitslag, twee zetels, betekende handhaving van het zeteltal; maar het PPR-kader was teleurgesteld over de uitslag (de derde zetel, bekleed door de ex-CDA'er Stef Dijkman was niet verkregen op basis van de vorige verkiezingsuitslag). Hoe verder, was de vraag die de partij na de verkiezingen bezighield. Op de kerngroep (= partijraad) van 14 juni werd een motie aangenomen waarin het partijbestuur werd verzocht een onafhankelijke werkgroep in te stellen, die de reorganisatie van partij en partijapparaat als opdracht zou krijgen. Deze heroverwegingswerkgroep kreeg de opdracht voorstellen te doen tot verbetering van stijl, presentatie en organisatie van de PPR. De nieuwe opzet zou uiteindelijk op 1 januari 1988 in werking moeten treden.

Eerste Kamerverkiezingen

Bij de Eerste Kamerverkiezingen op 20 mei verkreeg de PPR onverwacht een tweede zetel in de senaat. De PPR won deze zetel omdat de drie leden van de Frysk Nasjonale Partij in de Friese Staten op de PPR stemden. Uiteindelijk nam het oud-Tweede Kamerlid voor de PPR Henk Waltmans deze plaats in, maar niet nadat ex-vice-voorzitter Jaap de Jong zich teruggetrokken had. Hij was met voorkeurstemmen verkozen boven Waltmans. Dit veroorzaakte verwarring alom in de partij, aangezien, zo bleek achteraf, tussen de PPR en de FNP afspraken waren gemaakt over een tweede PPR-zetel in de persoon van Waltmans. De FNP stelde vertrouwen in hem, aangezien hij zich als Kamerlid altijd sterk gemaakt had voor een regionale politiek. De Jong bewilligde uiteindelijk niet en Waltmans kon alsnog in de senaatsfractie plaatsnemen. Een jaar later (juni 1987) zou de Eerste Kamer overigens in geheel nieuwe samenstelliing door de Statenleden verkozen worden. Het Eerste Kamerlid De Gaay Fortman werd door de kerngroep van 13 december opnieuw tot lijsttrekker gekozen, gevolgd door ex-partijvoorzitter De Boer. Waltmans had afgezien van een plaats op de lijst. De Gaay Fortman achtte het belangrijk zich tijdens de Statencampagne ook te richten op de samenstelling van de Eerste Kamer, "in de hoop dat door het bereiken van een progressieve meerderheid in de Senaat het kabinet-Lubbers gedwongen zou worden een sociaal rechtvaardig beleid te voeren", zo luidde de redenering.

Bestaansrecht PPR

Vóór zijn herbenoeming als lijsttrekker voor de Eerste Kamer had De Gaay Fortman binnen zijn partij de nodige stof doen opwaaien door zijn uitspraken tijdens de Algemene Beschouwingen in de Eerste Kamer. De PPR zou zich moeten beraden over haar voortbestaan, als de partij bij de Statenverkiezingen onvoldoende steun zou behalden. "De PPR wacht al te lang op succes; de partij is destijds opgericht om een progressieve meerderheid tot stand te brengen. Om dat doel te bereiken hebben we een redelijk aantal zetels nodig. (...) Het is daarom nu of nooit. Je haalt pakweg drie zetels en zo niet dan behoor je daaraan gevolgen te verbinden", aldus de PPR-senator.

Najaarscongres

Dat de partij De Gaay Fortman deze uitspraken niet in dank afnam, bleek tijdens het najaarscongres op 15 november te Utrecht. Met Ria Beckers was het congres van oordeel dat het zetelaantal in de Eerste Kamer niet beslissend kon zijn voor het voortbestaan van de PPR. Het congres verwierp echter met grote meerderheid een motie van de actiecentra (= afdelingen) Den Haag, Nijmegen, Tilburg en Delft, waarin dergelijke uitspraken over opheffing van de partij 'niet opportuun' geacht werden. De Gaay Fortman oogstte luid applaus voor zijn uitleg dat hij slechts zijn bezorgdheid had willen uiten en de PPR wilde terugbrengen 'naar de plaats waar die hoort'.

Behalve met de gebruikelijke huishoudelijke agendapunten hielden de PPR-afgevaardigden zich bezig met 'nieuwe technologie'. Na twee inleidingen over dit onderwerp, werd in werkgroepen gediscussieerd naar aanleiding van het discussiestuk 'nieuwe technologieën voor mensen'. Het congres had ten aanzien van dit onderwerp een informerend en opiniërend karakter. Een definitief stuk in amendeerbare vorm zou eventueel aan een volgend congres worden voorgelegd.

Europees Parlement

Op 17 december nam oud-PPR voorzitter Verbeek afscheid als Europarlementariër. Hij was aan het einde gekomen van zijn termijn van tweeëneenhalf jaar en zou worden opgevolgd door de CPN'er Nel van Dijk. PPR, PSP, CPN en de Groene Partij Nederland vormden gezamenlijk het Groen Progressief Akkoord en bezetten twee zetels in het Europees Parlement. Bij het aangaan van dit akkoord was een roulatiesysteem afgesproken. Alleen de lijsttrekker Van der Lek (PSP) zou de gehele periode van vijf jaar uitzitten. Verbeek zou als 'steunfractielid' betrokken blijven bij het Europese parlementaire gebeuren.

Laatst gewijzigd:29 januari 2024 15:32