Skip to ContentSkip to Navigation
Maatschappij/bedrijven Wetenschapswinkels Taal, Cultuur en Communicatie Projecten Afgeronde projecten en publicaties

Laaggeletterde Nederlanders zijn moeilijk vindbaar

Laaggeletterdheid is niet alleen een probleem in arme landen, maar ook in Nederland. Ongeveer 2,5 miljoen Nederlanders worstelen met lees-, reken- en computervaardigheden. Het gaat hier niet alleen om immigranten of mensen met een andere moedertaal, maar óók om mensen voor wie Nederlands de moedertaal is. In opdracht van Taalhuizen Groningen en de Wetenschapswinkel Taal, Cultuur en Communicatie doet Marlou Zandgrond onderzoek naar deze problematiek.

Onvoldoende aandacht

De overheid bestrijdt laaggeletterdheid via verschillende initiatieven. Ook wordt er op dit moment veel onderzoek naar de problematiek gedaan. In haar masterscriptie laat Marlou echter zien dat veel van het onderzoek naar en beschikbare materialen voor laaggeletterden gericht zijn op mensen voor wie Nederlands een tweede taal is. Er is op dit moment onvoldoende aandacht voor laaggeletterde moedertaalsprekers, die andere behoeften hebben. Volgens Marlou is het daarom nodig om nog eens kritisch te kijken naar bestaand onderzoek naar laaggeletterdheid in Nederland. Zijn de uitkomsten representatief voor de hele populatie laaggeletterden of betreffen ze slechts een specifieke groep daarbinnen?

Schaamte

Nu is het moeilijk gebleken om de groep laaggeletterde moedertaalsprekers te identificeren. Ze schamen zich vaak voor hun taalproblemen en zoeken daarom niet snel hulp. Ook wordt hun taalvaardigheid vaak overschat, niet in de laatste plaats omdat ze handige trucjes bedenken om onder lees- of rekenopdrachten uit te komen. Hierdoor blijft laaggeletterdheid onder moedertaalsprekers vaak onopgemerkt. Het is daarom van belang, concludeert Marlou, dat er speciale aandacht wordt besteed aan het identificeren en bereiken van deze groep laaggeletterden. Hiervoor is samenwerking nodig tussen organisaties die met laaggeletterden te maken krijgen, zoals Taalhuizen, wijkteams en organisaties zoals Humanitas en de Voedselbank.

Beperkte materialen

Tot slot ontdekt Marlou dat beschikbare materialen om taalproblemen te bestrijden vaak gericht zijn op een specifiek taalniveau. Hierdoor krijgen laaggeletterden materiaal aangereikt dat niet altijd aansluit bij hun eigen niveau. Er is dus behoefte aan meer maar ook gevarieerdere lesmaterialen die onder meer aansluiten bij de wensen en behoeften van laaggeletterde moedertaalsprekers.

Laatst gewijzigd:06 augustus 2021 14:56