Skip to ContentSkip to Navigation
Onderzoek DNPP Politieke partijen Socialistische Partij (SP) Geschiedenis

SP jaaroverzicht 2003

Uit: J. Hippe, P. Lucardie en G. Voerman, 'Kroniek 2003. Overzicht van de partijpolitieke gebeurtenissen van het jaar 2003' in: G. Voerman (red.), Jaarboek 2003 Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen (Groningen 2004), 15-137, aldaar 104-112.

Inleiding

Evenals in 2002 boekte de SP in het jaar 2003 vooruitgang. Het ledental steeg van 36.406 naar 43.245. De SP was hiermee nog maar iets kleiner dan de VVD, in leden­tal de derde partij van Nederland. De uitslag bij de Tweede-Kamerverkiezingen viel voor de SP tegen, gezien de vooruit­zichten op basis van de opinie­peilingen. De partij behield haar negen zetels, maar groeide procentueel wel licht (0,4%).

Campagne Tweede-Kamerverkiezingen

In november 2002 had het congres van de SP de vergeleken bij de Tweede-Kamer­verkiezingen van mei nauwelijks gewijzigde kandida­tenlijst en het licht aangepaste programma voor de verkiezingen van januari 2003 vastgesteld (zie Jaaroverzicht 2002 ). De SP startte op 5 januari in Tilburg haar verkiezingscampagne. Een paar dagen later presenteerde partijleider en lijsttrekker J.G.C.A. Marijnissen zijn boek Nieuw optimisme, waarin hij zijn kritiek op het ‘neolibera­lisme’ van paars en Fortuyn nog eens uit de doeken deed.

In de opiniepeilingen verloor de SP de laatste weken voor de verkiezin­gen flink ter­rein. Van de twintig zetels die midden december nog door het Nipo werden voor­zien, waren er een week voor de verkiezingen nog zestien over. Marijnissen benadrukte dat de SP nog steeds op winst stond – en dat zij voor de vierde keer op rij bij de landelijke verkiezin­gen vooruit zou gaan. “En dat is naar mijn weten nog nooit eerder vertoond in de geschiedenis” (Trouw, 17 januari 2003). Tegelijk waar­schuwde hij ervoor dat de PvdA – waaraan de SP terrein verloor – na de verkiezingen met het CDA een kabinet zou vormen.

Regeringsdeelname

Als gevolg van de enorme groei van de SP aan het einde van 2002 begon de partij zich voor te bereiden op een mogelijke regeringsdeel­name. Partijleider Marij­nissen ver­klaarde op 7 januari dat hij een lijstje had gemaakt van mogelijke bewinds­lieden en dat hij verkennende gesprekken voerde. Als coalitiepartners kwamen voor hem de PvdA, GroenLinks, D66 en de ChristenUnie in aanmerking.

Uitslag Tweede-Kamerverkiezingen

De uitslag was voor de SP een teleurstelling: negen zetels, net zoveel als in mei 2002, maar procentueel gezien was er een lichte vooruitgang geboekt. Het Tweede-Kamer­lid mevr. A.C. Kant weet de neergang in de peilingen aan de ‘machtsvraag’: dat wil zeggen de kwestie of het CDA of de PvdA de grootste partij zou worden en daarmee het initiatief kreeg bij de kabinetsformatie. Marijnissen meende dat de terugval ook te wijten was aan het overnemen van standpunten van de SP door PvdA en GroenLinks. Campagneleider en partijsecretaris M.J.M. Kox waar­schuwde PvdA-leider Bos zich niet rijk te rekenen met de winst van zijn partij. “Bos moet zich realiseren dat een groot deel van zijn kiezers liever op de SP had gestemd” (de Volkskrant, 23 januari 2002).

Provinciale Statenverkiezingen

De Provinciale Statenverkiezingen verliepen voor de SP zeer succesvol, al­hoewel de partij vergeleken met de kamerverkiezingen procentueel iets achteruitging. Het aantal zetels ver­dubbelde van negentien naar 38. In de drie provincies waar de SP in 1999 niet met een lijst was uitgeko­men – Flevoland, Friesland en Zeeland – werden nu twee zetels be­haald.

Eerste-Kamerverkiezingen

Op de partijraad van 15 maart werd de kandidatenlijst voor de Eerste-Kamerver­kie­zingen vastgesteld. Op de eerste plaats stond partij­secretaris Kox. Hij werd gevolgd door de schrijfster mevr. A.H. Meu­lenbelt, de filosoof en historicus R.A.A.G.M. van Raak, en de oud-voor­zitter van de Landelijke Huisartsenvereniging mevr. T.M Slagter. De zit­tende senator R.F. Ruers nam de zevende positie in; zijn collega D. van Vugt was niet gekandideerd. Op 15 maart stelde de partijraad de kandidatenlijst defi­nitief vast. De vier eerstgenoemde kandidaten wer­den op 26 mei tot senator verkozen.

Tweede kabinet-Balkenende

Na de totstandkoming van het tweede kabinet-Balkenende spuwde de SP vuur over de ‘draconische bezuinigingen’ die in het nieuwe regeer­akkoord werden aangekondigd. Par­tijleider Marijnissen vond het ‘een recept voor een sociale ramp’ (de Tribune, 6 juni 2003). Op het partij­congres op 24 mei kondigde hij een ‘keiharde oppositie’ aan. De SP start­te in juni de zogeheten ‘Oppositie B II Tour’. Op tientallen bijeen­komsten zetten SP-kamerleden de voornemens van het tweede kabinet-Bal­ken­ende uiteen, waarbij zij onder de leus ‘Red de solidariteit’ opriepen tot verzet tegen de regeringsplannen. Zo voerde de partij actie tegen de ‘uitkleding’ van het ziekenfonds­pakket en de invoering van eigen bijdragen.

Op 20 september organiseerde ‘Keer het tij’ – een samenwerkingsver­band van een aan­tal organisaties inclusief de SP, GroenLinks en de PvdA (zie ook in deze Kroniek onder ‘hoofdmomenten’) – een demon­stratie tegen het tweede kabinet-Balkenende. Aan deze manifestatie deden zo’n 25.000 mensen mee. Op 18 december organiseerde het samen­werkingsverband een landelijke campagnedag.

Op 14 oktober sloten de vakbonden, de werkgevers en het kabinet-Balkenende het zogeheten ‘Najaarsakkoord’. Hierin zagen FNV en CNV af van loonsverhogingen in ruil voor een ‘beperking van de ver­slechteringen in de sociale zekerheid’. Het FNV legde de resultaten in een referendum aan haar achterban voor. De SP was van me­ning dat het akkoord ‘historisch slecht’ was en zij riep de FNV-leden tevergeefs op om het af te wijzen (de Tribune, 14 november 2003).

Oorlog in Irak

De SP was als lid van het ‘Platform tegen de nieuwe oorlog’ actief betrokken bij de voorbereiding van de demonstratie in Amsterdam op 15 februari tegen een mogelijk gewapend optreden van de Verenigde Staten en Groot-Brittannië tegen Irak. Marij­nissen riep niet alleen zijn eigen achterban maar ook die van de (zich afzijdig hou­den­de) PvdA op om aan het protest deel te nemen. Zo’n 70.000 mensen liepen mee in de betoging. De demonstratie van 22 maart, enkele dagen na de inval van de Vere­nigde Staten en Groot-Brittannië in Irak, trok volgens schattin­gen van de politie zo’n 25.000 betogers.

Op 30 november organiseerde de Tweede-Kamerfractie van de SP een conferentie in Amsterdam over de gevolgen van “de permanente oorlog die sinds 11 september 2001 woedt” (Spanning, 23 oktober 2003).

Partijcongres

Het elfde partijcongres dat de SP had gepland voor 25 januari 2003 over de toekomst van de partij, werd vanwege de val van het eerste kabinet-Balkenende in de herfst van 2002 en het uitschrijven van vervroegde Tweede-Kamerverkie­zingen vervroegd naar 23 november (zie Jaaroverzicht 2002 ). Het oorspronkelijke thema werd doorgeschoven naar het twaalfde partijcongres, dat op 24 mei 2003 werd gehouden. Een voorbereidingscommissie had een con­gresstuk opgesteld, Nieuwe kan­sen grijpen geheten, waarin de vraag aan de orde kwam op welke wijze de groei van de SP op lo­kaal niveau kon worden bevorderd en hoe de in groten getale toegestroomde nieuwe leden het beste in de partijor­ga­nisatie konden worden opgenomen. Het document was in september 2002 door het partij­bestuur en de partijraad vastgesteld en vervolgens in de afdelingen besproken. Vanwege de politieke gebeurtenissen werd de discussie op de regioconferenties uitgesteld. In het voorjaar bespraken de afdelingen en de regioconferenties een geactualiseerde versie van de nota, waarna het congres zich erover boog. De afgevaardigden spraken onder meer uit dat in het kaderblad voortaan verslag moest worden gedaan van de besluiten van het partijbestuur en de partijraad. Ook besloot het congres dat de SP ernaar diende te streven in 2003 150 afdelingen te hebben en in 2006 40.000 leden.

De partijraad van 6 september stelde overeenkomstig de wens van het partijcongres een drietal landelijke themagroepen in, met als onderwer­pen internationale soli­dari­teit, ruimtelijke ordening en natuur, en economie en werkgelegenheid.

Verkiezing partijbestuur

Het partijcongres koos ook vijftien leden van het partijbestuur. Daarbij werd de zittende voorzitter Marijnissen met grote ­meerderheid van stemmen herkozen. Partij­secretaris Kox, die op 10 juni als Eerste-Kamerlid zou worden geïnstalleerd, trad terug. Hij werd opgevolgd door P. Jansen. De overige 21 leden van het partijbestuur waren in april op de zes regioconferenties gekozen. Als regiobestuurders maakten zij auto­matisch deel uit van het partijbestuur.

Europese verkiezingen 2004

Op 6 september stelde de partijraad een commissie in die in verband met de Europese verkiezingen van 10 juni 2004 het ontwerpprogramma moest opstellen. Het concept dien­de in januari 2004 in de afdelingen te worden besproken, waarna de partijraad van 28 februari 2004 de defini­tieve versie zou vaststellen.

De partijraad van september 2003 riep ook een kandidatencommissie in het leven. Van 4 oktober 2003 tot 13 januari 2004 konden partijleden zich aanmelden als kandi­daat voor de Europese verkiezingen. Aspirant-kandidaten dienden onder meer een ‘strijdbaar socialist’ te zijn, en bereid te zijn zich “te conformeren aan de afdracht­re­geling van de SP” (de Tribune, 17 oktober 2003). De kandidaten­com­missie zou uiter­lijk op 14 februari 2004 een voorstel doen, waarna de definitieve kandidaten­lijst door de partijraad op 28 februari 2004 zou worden vastgesteld.

Op de partijraad van 14 juni 2003 werd over de Europese Unie en de Europese grondwet gedis­cus­sieerd. Onder andere werd de suggestie gedaan om binnen de SP een ‘Europa-denktank’ te vormen. De partijraad van 13 december werd bij­gewoond door een aantal vertegenwoordigers van linkse partijen in Europa (waaronder de Parti Communiste Français en de Partei des Democratischen Sozialismus).

Lazrak

Op voorstel van de SP had de Tweede Kamer in september 2002 inge­stemd met de instel­ling van een parlementair onderzoek naar het integratiebeleid van de afgelopen decen­nia (zie Jaaroverzicht 2002 ), de Parlementaire commissie integratie­beleid geheten. In september 2003 stapte het SP-Tweede-Kamerlid A. Laz­rak uit de com­missie. Volgens hem werd uitsluitend de ‘papieren werkelijkheid’ on­derzocht, doordat de commissie alleen met ambtenaren en beleidsadviseurs zou spre­ken. “We vragen niet aan de allochtonen en autochtonen hoe dat beleid voor hen heeft uitge­pakt” (NRC Handels­blad, 18 september 2003). Ook ergerde Lazrak zich aan het feit dat de commissie bij de voorbereidingen het Hilda Verweij-Jonker Instituut had ingescha­keld. Deze onderzoeks­instelling, die werd geleid door de GroenLinkser J.W. Duyven­dak, had in het verleden regelmatig diverse kabinetten geadviseerd over het integratie­beleid en zou daardoor niet objectief zijn. De SP-top was niet gelukkig met het besluit van Lazrak. Volgens Kant was het een persoonlijke beslissing. Lazrak werd opge­volgd door mevr. F. Vergeer.

Begin december werd bekend dat Lazrak in aanvaring was gekomen met de SP over de afdracht van een deel van zijn salaris als kamerlid aan de partij. De volksvertegen­woordigers van de SP dienen bij hun aantreden een contract te ondertekenen waarin zij toezeggen hun in­komsten uit deze functie aan de partij af te dragen, waarna die hun weer een deel van het bedrag uitkeert. In een gesprek met partijvoorzit­ter Marij­nissen en de gewezen partijsecretaris Kox gaf Lazrak te kennen niet bereid te zijn hier­aan langer mee te werken.

www.spnet.nl

Op 6 september startte de SP een aparte site voor haar leden. Op deze met een wacht­woord afgeschermde site konden leden informatie vinden over het scholings­pro­gram­ma, de verslagen van het partijbestuur en de partijraad en dergelijke.

Omroep Nútopia

Aan het einde van 2003 was de SP betrokken bij de oprichting van een nieuwe pu­blieke omroep, ‘Nútopia’ geheten. De omroep wilde pro­gramma’s gaan uitzenden die vooral over natuur en milieu zouden gaan. Tot de initiatiefnemers behoorden verder onder meer de Dierenbe­scherming, de Faunabescherming, Stichting Wakker Dier en de Partij voor de Dieren. Nútopia streefde ernaar om op 1 maart 2004 minstens 50.000 leden te tellen, waarna de vereniging de status van aspirant-omroep zou kunnen aan­vragen. De SP fourneerde 5.000 euro en hielp Nútopia verder met drukwerk.

Partijbijeenkomsten

Op 16 mei organiseerde de SP het symposium ‘Politics are dancing’. De bedoeling was politiek en popmuziek met elkaar in contact te brengen met betrekking tot thema’s als radio (meer aandacht voor Nederlandse producties) en poppodia (arbo­wetgeving en subsidiëring). Het Tweede-Kamerlid mevr. A.M.V. Gerkens van de SP, die het initiatief voor de bijeenkomst had genomen, bepleitte een volwaardige plaats voor pop­muziek in de Culuurnota.

Op 21 juni belegde de SP een zogeheten ‘Solidair’-bijeenkomst met als thema: ‘een progressieve agenda voor werkend Nederland’. Er werd onder meer gediscussieerd over de vraag hoe de partij zich tegen het tweede kabinet-Balkenende moest opstellen, en wat de partij kon bete­kenen voor de vakbeweging.

Het jaarlijkse ‘Festival Tomaat’ van de SP werd op 14 september ge­houden. Deze bij­eenkomst met veel cultuur en politiek trok zo’n 2.000 bezoekers.

Op 11 november debatteerden CNV-voorzitter D. Terpstra, de bestuur­der van FNV-Bondgenoten H. van der Kolk en SP-Tweede-Kamerlid De Wit onder leiding van Marijnissen over de toekomstige rol van de vakbonden.

Acties

In de week van 6 tot en met 10 januari riep de SP treinreizigers op om via e-mail of tele­foon hun klachten over de NS (vertraging van treinen, gebrek aan informatie en dergelijke) aan de partij door te geven. Het initiatief was een onderdeel van de actie ‘Pak de trein terug’ die de NS sinds augustus 2002 voerde. Na afloop van de meld­week bundelde de SP de (vaak negatieve) ervaringen van de reizigers in het Logboek pres­taties NS, dat op 16 januari werd aangeboden aan demissionair minister De Boer van Verkeer en Waterstaat.

Vanwege de bezuinigingen die het eerste kabinet-Balkenende wilde doorvoeren op de aankoop van natuurterreinen, plaatste de SP op 12 januari in bijna alle provincies protestborden bij gebieden waarvan de aankoop onzeker was geworden.

Eveneens in januari begon de SP een campagne tegen de verhoging van de nominale (dat wil zeggen het vaste deel van de) ziek­tekostenpremie door het eerste kabinet-Balkenende. Onder het motto ‘Tweemaal nomi­naal is één schandaal’ riep de SP in radiospots en folders het publiek op om hiertegen in verzet te komen. Op 7 maart over­handigde Kant 35.000 protestkaarten aan PvdA-leider Bos, die op dat moment met het CDA over de vorming van een nieuwe regering onderhandelde.

Tegen de plannen van minister Donner van Justitie om de dienstverle­ning van de Bu­reaus Rechtshulp te beperken kwam verzet van het ‘Actiecomité Recht voor Iedereen’ – een samenwerkingsverband van de SP en de Bureaus Rechtshulp. Met als leus ‘Stop de afbraak van de sociale rechtshulp’ organiseerde het comité op 13 februari een lan­delijke actiedag.

In het voorjaar zette de SP een ‘Bureaucratie Brigade Zorg’ op, een meldpunt voor con­crete gevallen van doorgeschoten bureaucratische regelingen in de gezondheids­zorg. Deze klachten leidden vervolgens tot praktische verbeteringsvoorstellen. Van­wege het succes stelde de partij ook Brigades in op het terrein van onderwijs, sociale zaken en politie en justitie. Op de site van de SP konden voorbeelden van bureaucratie worden aangemeld. In november publiceerde het wetenschappelijk bureau van de SP Meer zorg met minder bureaucratie. 10 voorstellen tegen het georganiseerde wan­trouwen in de zorg. De auteurs Kant en mevr. I. Palm stelden onder meer voor om de eigen bijdragen in de thuiszorg af te schaffen.

In september startte de SP een actie tegen het hoge salaris van de nieuw aangetreden bestuurder A. Moberg van het supermarktconcern Ahold. Via de website van de partij konden klanten een klaagbrief versturen aan de directie van Albert Hein.

Internationale contacten

Begin juni had in Helsinki een bijeenkomst plaats van het New Euro­pean Left Forum (NELF), een ‘overlegorgaan van de partijen van socialistisch links in Europa’ (Span­ning, 24 juli 2003) waarvan de europarlementsfractie deel uitmaakte. Namens de SP was onder ande­ren Van Bommel aanwezig.

Van 12 tot 15 november werd het tweede Europees Sociaal Forum in Parijs gehouden. Gespreksthema’s op deze bijeenkomst, waar de SP sterk vertegenwoordigd was, waren het neoliberalisme en de globalise­rig.

ROOD

In 1999 was ‘ROOD’ gevormd, een organisatieverband van jongeren in de SP (zie Jaaroverzicht 1999 ). Na enige tijd zou ROOD een wat ‘vrijblijvend karakter’ hebben gekregen, waarna de door jongeren in het begin van 2003 door de SP-leiding voor de keus waren gesteld: “óf ROOD opheffen, óf radicaal het roer om” (de Tribune, 15 augustus 2003). De jongerenorganisatie koos voor het laatste. Op de algemene ledenvergadering op 18 mei werd een nieuw bestuur gekozen, waarbij interim-voor­zitter Van Vugt als voorzitter werd aangewezen. Hij was in 1999 Eerste-Kamerlid geworden, maar op 10 juni 2003 teruggetreden. Verder be­sloten de jongeren ROOD als vereniging te constitueren, hetgeen op 20 juni ge­schiedde. Tijdens de ledenvergadering van 26 oktober stelde ROOD haar jaarplan vast. De SP-jongeren­organisatie besloot zich met name te richten op het uitbreiden van haar acties op gemeentelijk niveau. Ook diende er meer aandacht te worden be­steed aan scholing. Aan het einde van 2003 telde ROOD 1.123 leden. Het partij­bestuur constateerde op 7 november “dat ROOD in 2003 een succesvolle doorstart heeft gemaakt” (Spanning, 20 november 2003).

Verwante instellingen en publicaties

Op 4 juli overhandigde het Tweede-Kamerlid mevr. K. van Velzen het zwartboek Mijn verhaal en de nota Niet ruimen maar prikken – ge­schreven door I. Dekker en haarzelf – aan minister Veerman van Land­bouw, Natuur en Voedselkwaliteit. In deze publicaties veroor­deelde de SP de handel­wijze van de overheid bij de bestrijding van de vogelpest­epidemie, waarbij gezonde ‘hobbydieren’ werden geruimd.

Tweede-Kamerfractievoorzitter Marijnissen en kamerlid Vergeer boden op 29 oktober het rapport Het VMBO ver­dient beter aan de minister Van der Hoeven van Onderwijs, Cul­tuur en Wetenschap aan. Bij de presen­tatie gingen de beide SP-ers uitgebreid in op de knel­punten die in het Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (VMBO) be­stonden. Hiervoor had de SP op uitgebreide schaal leraren in het VMBO geën­que­teerd.

In september verscheen de brochure Zeg maar: Wet water en brood. Hierin werd in­ge­gaan op onder meer de financiële gevolgen van de nieuwe Wet Werk en Bijstand die door het tweede kabinet-Balkenende met ingang van 2004 zou worden ingevoerd.

In augustus publiceerde het Wetenschappelijk Bureau het rapport Nor­men, waarden en radioactief afval. Een actueel ethisch ‘Nee bedankt’ tegen kernenergie, geschreven door H. Damveld. De auteur betoogt dat het ethisch onverantwoord is om toe­kom­stige generaties met kernafval op te zadelen. In november verscheen Hoe gaat het? Turkse en Marok­kaanse Nederlanders aan het woord . In deze notitie werden ‘de ervaringen, opvattingen, wensen en voorstellen’ van bijna 500 burgers van Turkse en Marok­kaanse afkomst weergegeven ten aanzien van hun positie in de Nederlandse samenleving.

Op 7 juni belegde het SP-Ouderenplatform zijn derde Landelijke Oude­rendag in Utrecht. Tot de sprekers behoorde Marijnissen.

Personalia

Op 11 september werd mevr. L. Marijnissen, dochter van partijleider Marijnissen, beëdigd als gemeenteraadslid voor de SP in Oss. Bij de tussentijdse gemeenteraadsverkiezingen in Oss in november 2002 had zij de zestiende positie op de kandidatenlijst ingenomen. Zij verwierf 550 voorkeursstemmen, genoeg voor een raads­zetel. Omdat zij nog maar zeventien was kon zij echter nog geen zitting nemen in de raad (zie Jaaroverzicht 2002 ). Ongeveer anderhalf jaar later zou zij een open­gevallen zetel innemen.

Laatst gewijzigd:06 september 2023 16:07