Skip to ContentSkip to Navigation
Onderzoek DNPP Politieke partijen Politieke Partij Radikalen (PPR) Geschiedenis

PPR jaaroverzicht 1989

Uit: Paul Lucardie en Gerrit Voerman. 'Kroniek 1989. Overzicht van de partijpolitieke gebeurtenissen van het jaar 1989', in: Jaarboek 1989 Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen, Groningen, 1990 42-46.

1989 stond voor de PPR in het teken van de totstandkoming van GroenLinks en van een aantal interne kwesties.

Groen Licht

In de eerste maanden van 1989 werd het debat in de PPR over 'Groen Licht' voortgezet. Dit discussiestuk dat door het partijbestuur in oktober 1988 in Radikale Notities (1988, nr. 3) was gepubliceerd, diende - samen met de reacties erop - als basis voor het ontwerp-verkiezingsprogram in maart. 'Groen Licht' werd beschouwd als de inhoudelijke component van de partijvernieuwing die onder de noemer 'Vrolijk Links' was ingezet. In het stuk werden "enkele heilige PPR-huisjes" omver gehaald. Zo werd onder andere voorgesteld de rol van de overheid als sturingsmechanisme in te perken ten voordele van het marktmechanisme. Daarnaast werd economische groei positiever gewaardeerd, mits deze was gericht op de verbetering van de kwaliteit van het bestaan. Binnen de PPR riep de nota grote weerstanden op. In kolommen van de Radikalenkrant richtte de kritiek zich vooral op de pragmatische inslag van 'Groen Licht' en op het gemis van thema's als feminisme en Derde Wereld. Met de publikatie van het ontwerp-verkiezingsprogram 1990-1994 werd de discussie over 'Groen Licht' afgesloten.

Regenboog

Na moeizame onderhandelingen waren in het najaar van 1988 CPN, PPR, PSP, Groene Partij Nederland en EVP tot overeenstemming gekomen over samenwerking bij de Europese Verkiezingen van 15 juni 1989. Anders dan in 1984 maakte de EVP nu ook deel uit van het stembus-akkoord. Het samenwerkingsverband, dat in 1984 Groen Progressief Akkoord (GPA) was genoemd, werd vooral op aandringen van de PSP - die zich stoorde aan de term 'groen' - omgedoopt tot 'Regenboog'. In deze benaming kon elke partij de kleur van haar gading vinden; bovendien maakte het GPA in het Europees Parlement deel uit van de Regenboogfractie.

Het gemeenschappelijk program verscheen in maart onder het motto 'De toekomst begint vandaag'. In het program werd gekozen voor "een pluriform Europa met kulturele verscheidenheid". Prioriteit werd gegeven aan een gelijke verdeling van macht en inkomen, bestrijding van de milieuvervuiling en aan ontspanning tussen Oost en West.

Na moeizame onderhandelingen was men het ook eens geworden over de kandidatenlijst. Afgesproken werd dat - in het waarschijnlijke geval dat Regenboog net als het GPA in 1984 twee zetels zou behalen - lijsttrekker H. Verbeek (afkomstig uit de PPR) na twee-en-een-half jaar plaats zou maken voor PSP-er J. Hontelez, nummer drie op de lijst. Omdat de vierde kandidaat eveneens een man was, zou de op de tweede plaats staande CPN-kandidate N. van Dijk de hele zittingsperiode dienen vol te maken. Op deze wijze zou namelijk worden voldaan aan de in het Regenboog-akkoord opgenomen norm, dat de helft van het aantal zetels werd ingenomen door een vrouw. Met tegenzin stemde een extra PPR-partijraad op 4 februari in met deze oplossing die de CPN zou overbedelen. Men was er echter niet in geslaagd een tot de electorale verbeelding sprekende onafhankelijke vrouwelijke kandidate te vinden, die Van Dijk halverwege had kunnen aflossen.

Met twee zetels haalde Regenboog op 15 juni inderdaad hetzelfde resultaat als GPA in 1984. Maar waar toen de tweede zetel te danken was aan een lijstverbinding met de PvdA, werd deze nu op eigen kracht binnengehaald: in plaats van 5,4% van de stemmen in 1984 scoorde Regenboog nu 7,0%. In het Europees Parlement sloot men zich aan bij de groen-linkse Europese fractie.

Kamerverkiezingen

In november 1987 had het congres besloten dat de PPR zelfstandig de eerstkomende verkiezingen voor de Tweede Kamer in zou gaan, "tenzij zich ontwikkelingen voordoen, die uitzicht bieden op verbreding en politieke vernieuwing". De PPR-partijraad van 25 februari vatte de uitslag van het PSP-referendum als zodanig op en besloot in te gaan op de uitnodiging van de PSP om gesprekken te beginnen over een gemeenschappelijke lijst bij de Kamerverkiezingen van 1990. Wel werden daar bepaalde voorwaarden aan verbonden. De gesprekken moesten voor 1 mei zijn afgerond en inhoudelijk moest de uitkomst meer zijn dan een optelsom van de deelnemende partijen. Daarom moesten ook niet-partijgebonden personen erbij worden betrokken.

Ondertussen gingen de voorbereidingen voor de Kamerverkiezingen gewoon door. In april presenteerde de PPR haar ontwerp-partijprogram, 'Een kwestie van beschaving: pleidooi voor een ecologische democratie'. Centraal hierin stond het milieu. "Groen-links is onze plaats, het uitgangspunt is een ecologische democratie", aldus partijvoorzitter Van Ojik in een toelichting. In het program werd een extra belasting op milieubelastende produkten voorgesteld. Deze zogenaamde 'groentax' zou per jaar 50 miljard gulden opleveren, die deels aan de verbetering van het milieu ten goede zouden moeten komen en voor het overige aan lastenverlichting voor de lagere inkomens. Verder bepleitte de PPR opnieuw de invoering van een basisinkomen.

Interview Broersma

In februari zorgde R. Broersma, secretaris publiciteit van het partij-bestuur, voor enige opschudding door in een interview in de Radikalen-krant (1989, nr.2) te pleiten voor een nieuwe lijsttrekker. In plaats van de twee à drie zetels, waar R. Beckers garant voor zou staan, achtte hij met een 'ander gezicht' het mogelijk er vijf in de wacht te slepen. In de optiek van Broersma zou partijvoorzitter B. van Ojik de lijst moeten aanvoeren, gevolgd door "een leuke jonge vrouw". Beckers en het andere PPR-Kamerlid P. Lankhorst zouden dan als lijstduwers kunnen fungeren. Broersma's bespiegelingen sorteerden slechts een tegengesteld effect. Nadat Beckers zich in april weer kandidaat had gesteld, werd zij door het partijcongres in juni aangewezen als lijsttrekker van GroenLinks.

GroenLinks

Het afbreken van de gesprekken met PSP en CPN door het partijbestuur leidde tot een vertrouwensbreuk met de partijraad, toen deze op 6 mei in extra zitting bijeen het bestuur opdroeg de besprekingen te hervatten (zie ook Jaaroverzicht GroenLinks, onder het kopje 'Inleiding'). Toen het bestuur weigerde deze motie uit te voeren, nam de partijraad het heft in eigen hand. Staande de vergadering werd een delegatie aangewezen, die onder leiding van ex-partijvoorzitter W. de Boer de draad van de onderhandelingen met CPN en PSP weer oppakte. Nadat onderling overeenstemming was bereikt, keurde op 20 mei de partijraad het akkoord goed. Zelfs B. de Gaay Fortman, van oudsher afwijzend tegenover te nauwe banden met CPN en PSP, sprak zijn instemming uit. Op 22 mei volgde het partijbestuur. Het rechtvaardigde zijn ommezwaai door te verwijzen naar de gewijzigde politieke omstandigheden door de val van het kabinet-Lubbers. Daarnaast herkende het in het program veel van het radicale gedachtengoed.

Het partijcongres volgde op 17 juni. De behandeling van 'Een kwestie van beschaving', het ontwerp-program van de PPR, was van de agenda afgevoerd. Met overgrote meerderheid sprak het zich uit voor het GroenLinkse Akkoord. Op het ontwerpprogram van GroenLinks werden enkele amendementen aangenomen. Beckers werd tot lijsttrekker gekozen, waarmee zij automatisch de koppositie op de lijst van GroenLinks zou innemen. Lankhorst, net als Beckers aanvankelijk niet zo geporteerd voor samenwerking, werd aangewezen als tweede PPR-kandidaat. Oud-partijvoorzitter J. van der Plaat, één van de drijvende krachten achter de klein linkse samenwerking binnen de PPR, bedankte als lid vanwege de lage plaats die zij kreeg toegewezen op de kandidatenlijst.

PPR-jongeren

De kandidatuur van studentenleider M. van Poelgeest namens de 'onafhankelijken' schoot de voorzitter van de PPR-jongeren, M. Plugge, in het verkeerde keelgat. Volgens Plugge was Van Poelgeest een "anti-samenwerker, die alleen maar zijn eigen carrière nastreeft" (Radikalen-krant, 1989, nr.7). Het bestuur van de PPR-jongeren distancieerde zich van de uitspraken van de voorzitter. Wel was men het eens met zijn klacht over het gebrek aan inspraak voor de PPR-jongeren bij de tot-standkoming van GroenLinks.

Interview Van Ojik

In een interview in oktober in Radikale Notities (1989, nr.2) uitte partijvoorzitter Van Ojik kritiek op de aanloop van GroenLinks naar de Kamerverkiezingen, waarbij hij de PPR niet spaarde. Het was de zwakte van de deelnemende partijen dat ze in GroenLinks weer "met de oude gezichten" op de proppen waren gekomen. Volgens Van Ojik had een deel van de partij lange tijd met het hoofd in de wolken gelopen: van mening dat het de PPR op eigen kracht goed zou vergaan in de verkiezingen, zou men geringschattend op PSP en CPN hebben neergezien "als fossielen uit een ver verleden".

Opbouw Groen Links

Na de Kamerverkiezingen van 6 september wilde de PPR spoed zetten achter de totstand-koming van één Groen Linkse partij. Het partijbestuur was van mening dat het gescheiden voortbestaan van PPR, PSP, CPN en EVP schadelijk zou zijn voor de werfkracht van Groen Links. Partijvoorzitter Van Ojik vond samensmelting van de verschillende partijorganisaties vanzelfsprekend en wees erop dat de PPR al vóór het ontstaan van Groen Links vond "dat je ook moet fuseren als je wilt samenwerken" (De Volkskrant, 13 december 1989). De partijraad van 18 november aanvaardde het ontwerpreglement van de Groen-Linkse Raad. Op de partijraad van 16 december oogste Van Ojik bijval voor zijn voorstel om het integratieproces binnen een jaar af te ronden, zodat de PPR op 1 januari 1991 kon worden opgeheven. Op deze partijraad werden de 14 PPR-gedelegeerden in de Groen-Linkse raad aangewezen.

Rechts Forum

Uit verontrusting over de Groen Linkse koers die de PPR was ingeslagen kwam aan het eind van het jaar een tiental PPR-leden bijeen. In plaats van de oriëntatie op klein links wilden zij dat de PPR toenadering tot PvdA en D66 zocht. De verontruste leden kondigden voor begin 1990 de vorming aan van 'Rechts Forum', naar analogie van het 'Links Forum', dat eerder door voor het merendeel anti-Groen Linkse PSP-leden was opgericht.

Laatst gewijzigd:27 november 2023 13:57