Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Evenementen Promoties

Advances in complex endovascular aortic surgery

Promotie:Dhr. M.L. (Martijn) Dijkstra
Wanneer:22 januari 2018
Aanvang:16:15
Promotor:prof. dr. J.A.M. (Clark) Zeebregts
Copromotors:dr. M. Reijnen, dr. M.J. van der Laan
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Medische Wetenschappen / UMCG
Advances in complex endovascular aortic surgery

Complicaties tijdens operatie eerder en beter inschatten met CBCT-scan

De beeldvormende techniek ‘cone beam’ CT (CBCT) is een waardevolle toevoeging die vroege complicaties tijdens een operatie aan de aorta (lichaamsslagader) kan opsporen. Ook kan de dosis contrastvloeistof tijdens de operatie hierdoor omlaag. Dat concludeert vaatchirurg in opleiding Martijn Dijkstra in zijn onderzoek naar complexe endovasculaire operaties aan de aorta.

Operaties aan de aorta worden door razendsnelle technologische ontwikkelingen steeds vaker endovasculair uitgevoerd. Dat wil zeggen dat de chirurg de borstkast of buik niet opent, maar een prothese in het bloedvat inbrengt via de slagader in de lies om een verwijding of verstopping te repareren. Het grote voordeel van endovasculaire operaties is dat de hersteltijd korter is, maar er zijn ook nadelen. Zo zijn er in verhouding met open chirurgie vaker nieuwe ingrepen nodig en kunnen er complicaties op lange termijn optreden. Dijkstra bestudeerde verschillende technieken om de duurzaamheid van complexe, endovasculaire aorta-operaties te verbeteren.

Hij concludeerde, als gezegd, dat de CBCT-techniek helpt om vroege complicaties tijdens een operatie, zogenaamde endoleaks (lekjes tussen de ingebrachte prothese en het bloedvat) accuraat te diagnosticeren en zo mogelijk direct te behandelen. Ook onderzocht hij een nieuwe behandeloptie voor patiënten met een complexe anatomie, namelijk met zogenaamde ‘chimney’ grafts in combinatie met EVAS (endovascular aneurysm sealing) en de CERAB techniek (Covered Endovacular Reconstruction of the Aortic Bifurcation). Deze behandeling lijkt geschikt voor patiënten met een hoog operatie-risico ten gevolge van meerdere, bijkomende ziekten. Tot slot wijst Dijkstra erop dat er ondanks deze ontwikkelingen waarschijnlijk patiënten zullen blijven wier anatomie te complex is voor endovasculaire behandeling. Het behoud van de open chirurgische vaardigheden voor deze groep is dan ook van belang.

Martijn Dijkstra (1985) studeerde geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Tijdens zijn promotieonderzoek was hij verbonden aan onderzoeksinstituut GUIDE van het Universitair Medisch Centrum Groningen. Dijkstra werkt als vaatchirurg in opleiding in het Martini Ziekenhuis Groningen.