prof. dr. S.A. (Menno) Reijneveld

Prof.dr. Menno (S.A.) REIJNEVELD, sociaal-geneeskundige en epidemioloog, is  kernhoogleraar Sociale Geneeskunde, hoofd van de afdeling Gezondheidswetenschappen en voorzitter van het cluster Prevention, Public Health & Primary Care van het UMC Groningen. Zijn onderzoek richt zich op preventie en bevordering van participatie in extramurale settings. Veel van zijn onderzoek richt zich op achterstandsgroepen.

Menno Reijneveld werd opgeleid als arts aan de Universiteit van Utrecht / UMC Utrecht. Hij werkte daarna bij de GGD Amsterdam, waar hij werd opgeleid tot sociaal-geneeskundige en epidemioloog, en  promotieonderzoek deed. Hij promoveerde in 1995 aan de Universiteit van Amsterdam, en kreeg in 1996 de nationale volksgezondheidsprijs voor zijn proefschrift ‘The measurement of local public health: studies on the health status of an urban population’. Na zijn promotieonderzoek had hij een aanstelling bij zowel GGD Amsterdam als het AMC Amsterdam, en startte een extramurale academische werkplaats. Hij werkte vervolgens bij TNO, Leiden, als senior-onderzoeker, docent en hoofd. In 2004 werd hij hoogleraar en hoofd van de UMCG-afdeling Gezondheidswetenschappen.

Menno Reijneveld leidt het NWA-consortium Healthy Early Life Start (HEALS) Applied en de academische werkplaats C4Youth (www.c4youth.nl). Daarnaast is hij betrokken bij verschillende andere nationale en internationale projecten. Hij was verder één van de initiatiefnemers van de research master Clinical and Psychosocial Epidemiology en begeleidde vanuit het UMCG tot op heden >80 afgeronde promotietrajecten als promotor; deze promoties en zijn publicaties staan elders op deze website.

Gerelateerde functies

Menno Reijneveld is voorzitter van het Interuniversitair Overleg Sociale Geneeskunde waarin alle umc’s samenwerken, voorzitter van de NFU/KNMG-werkgroep Meer extramurale artsen, en lid van diverse andere nationale en internationale commissie en organisatie op het terrein van public health en sociale geneeskunde, o.a. van ZonMw. Hij was ook voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Epidemiologie en van de landelijke Opleidingscommissie Maatschappij en Gezondheid, die toeziet op de opleiding tot sociaal-geneeskundigen Maatschappij en Gezondheid. Verder schreef hij mee aan het rapport Onderzoek waarvan je beter wordt van de Gezondheidsraad, gericht op heroriëntatie van het onderzoek van de Nederlandse universitaire medische centra. Tot slot is hij adviseur van TNO Kwaliteit van Leven, Leiden.