Waar blijven de robots nou?
Waar blijven die robots nou? RUG-onderzoekers Davide Grosse, Jacolien van Rij en Lambert Schomaker legden het uit aan de hand van recente ontwikkelingen in de Kunstmatige Intelligentie (KI). Samen met VPRO-programmamaker Jelle Brandt Corstius gaven zij het publiek sprekende voorbeelden over hoe (niet) ver robots zijn, tijdens de lezing op 22 januari in het Forum Groningen.
Brandt Corstius beet het spits af met een samenvatting van zijn tv-documentaire Robo Sapiens. Hij vertelde in het kort hoe hij en zijn (robot)vriendin Robin de wereld over reisden op zoek naar robots, maar gaat vooral in op de reacties van mensen toen het programma liet zien welke robots ze gevonden hadden.

Banen
Na het zien van Robo Sapiens zijn er drie vragen die mensen vrijwel altijd stellen. Gaan robots mensen uitroeien? Gaan robots onze banen inpikken? En zullen robots ooit echt intelligent worden? ‘De eerste twee vragen zijn denk ik vanuit angst,’ vertelde Brandt Corstius. Maar hij denkt dat we ons geen zorgen hoeven te maken. Hij liet zien dat robots nog lang niet zo intelligent zijn als we denken en dat robots ons juist gaan helpen met banen. Zo zullen ze lopende band werk gaan doen, koeienstallen schoonhouden, 24 uur per dag bereikbaar zijn voor mensen met angststoornissen en kunnen ze lesgeven op plekken waar geen docenten zijn. Het gaat nog lang duren voordat robots echt intelligent zijn. Ze zijn weliswaar meesters in een specifieke taak goed uitvoeren, maar algemene intelligentie, zoals wij mensen dat hebben, is nog ver te zoeken.
Democratie
Daarna was het de beurt aan RUG-onderzoeker Davide Grossi. Zijn onderwerp? Democratie en KI, maar dan een zonnige kant. Want KI wordt vaak geschetst als een bedreiging van de democratie. Met behulp van algoritmes kunnen social media bedrijven zoals Facebook, de gebruikers manipuleren. Toch stelde Davide dat KI de democratie ook kan helpen. Hij illustreerde het winkelmandsysteem, een KI algoritme dat ervoor zorgt dat meer mensen hun zin krijgen. Wie wil dat nou niet?
Na Grossi met zijn positieve kant van KI liet Jacolien van Rij nog beperkingen van KI zien. Zij doet onderzoek naar uitdrukkingen in taal en hoe computer deze (niet) herkennen. Aan de hand van voorbeelden illustreert zij feilloos hoe ingewikkeld het is, om een computer iets te leren, wat voor mensen heel intuitief is. ‘Kinderen van acht snappen al dat ‘hij schrikt zich een hoedje’ iets figuurlijks is.’ Computers daarentegen niet.
Laatst gewijzigd: | 30 januari 2020 10:45 |
Meer nieuws
-
26 april 2023
Koninklijke onderscheidingen voor RUG-medewerkers
Op woensdag 26 april zijn op voordracht van de RUG twee wetenschappers koninklijk onderscheiden. Mevrouw prof.dr. K.U. Loos is benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Uit handen van burgemeester K. Schuiling ontving zij de...
-
26 april 2023
Cisca Wijmenga in Raad van Toezicht Hanzehogeschool
Cisca Wijmenga treedt per 1 september 2023 toe tot de Raad van Toezicht van de Hanzehogeschool.
-
25 april 2023
Reactie op kamerbrief internationalisering
Het College van Bestuur van de Rijksuniversiteit Groningen heeft kennisgenomen van de Kamerbrief internationalisering in het hoger onderwijs die Minister Dijkgraaf op vrijdag 21 april naar de Tweede Kamer stuurde.