Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Nieuws Nieuwsberichten

Van pester naar klusser

23 september 2019

Opruimen, helpen bij een voorstelling, schoonmaken. Klusjes die leerlingen soms doen op een basisschool. Maar het kind dat gedreven de musical presenteert zou zomaar een voormalig pester kunnen zijn. Want klusjes blijken een geheim wapen in de strijd tegen pesten.

Tekst: Eelco Salverda, afd. Communicatie / Foto: Elmer Spaargaren

Statusbehoefte

Verantwoordelijkheden op school, als middel tegen pesten. Daar draait het nieuwe anti-pestprogramma SterkWerk om. Weer een nieuwe loot aan de stam van de anti-pestprogramma’s? Prof. René Veenstra, die veel onderzoek doet naar pesten en bij het project betrokken is, legt de meerwaarde uit. ‘Het is inmiddels bekend dat pesten een groepsproces is. Je moet niet alleen aandacht hebben voor het slachtoffer of de dader, want iedereen is erbij betrokken: de assistenten van de pesters, de beschermers van de slachtoffers, de stille meerderheid. Er zijn programma’s die dat goed aanpakken. Maar als de pesters echt de populaire leerlingen zijn, dan blijkt het heel moeilijk vaste patronen te doorbreken. Want het populaire kind heeft iets te verliezen, namelijk aanzien. Met SterkWerk proberen we die behoefte aan status op een positieve manier in te vullen, door kinderen een verantwoordelijkheid te geven op school. Het is dus een hulpmiddel, een aanvulling op andere programma’s.’ Het beeld van klassendienst of schoffelende kinderen in hesjes dringt zich onwillekeurig op, maar dat blijkt onjuist.

Geen straf

Rick Bloemberg deed de pabo en studeerde daarna Sociologie aan de RUG. Hij ontwikkelde lesmateriaal voor SterkWerk en trainde docenten. Bloemberg legt uit dat populaire pesters nu een alternatief krijgen om hun behoefte naar status in te vullen. ‘Met de taak die ze vervullen krijgen ze verantwoordelijkheid op school. Inmiddels hebben we wel 100 mogelijke verantwoordelijkheden opgesteld, variërend van de telefoon opnemen tot gangen netjes houden, van activiteiten organiseren tot toezicht houden op het plein.’ Geen verkapte straf dus, waarbij pesters gemarkeerd worden. Iedereen krijgt een rol, niet alleen de pesters. Kinderen kunnen aangeven wat ze willen doen, maar docenten kunnen daar ook in sturen en kijken welke rol het beste bij de pester zou passen. Soms leidt dat tot onverwachte resultaten.

René Veenstra en Rick Bloemberg
René Veenstra en Rick Bloemberg

Onvermoede talenten

Bloemberg: ‘Kinderen krijgen verantwoordelijkheid en dat zorgt al voor een andere dynamiek in de klas. En je ontdekt soms talenten en interesses bij kinderen die eerder onbekend waren.’ Veenstra haalt het voorbeeld aan van een moeilijke leerling die het heel fijn bleek te vinden om te tuinieren op school. Hij zat daardoor lekkerder in zijn vel en de omgang met de docent werd een stuk gemakkelijker. ‘En je neemt de gelegenheid om te pesten weg. Een voorbeeld: de vijf minuten voor de pauze zijn vaak druk en onoverzichtelijk. Als iemand dan een functie heeft komt die persoon niet aan kliergedrag of pesten toe.’

Positieve norm

Herbergt deze aanpak niet ook een risico? Krijgt een pester door zijn belangrijke klus niet nog meer status waardoor deze zich nog meer onaantastbaar waant? ‘Dat is een punt dat ook vaak naar voren komt in overleg met scholen,’ beaamt Veenstra. ‘Maar we zien dat het werkt als je gedrag op een positieve manier invult.’ Bloemberg vult aan: ‘Ik zie ook echt verschil. Kinderen geven hun volledige aandacht aan de rol. Ze worden enthousiast, positieve eigenschappen komen bovendrijven. Je leert ze ander gedrag vertonen.’

Problemen op straat

Pesten beperkt zich niet tot school, maar vindt ook plaats op straat, in de speeltuin, in het zwembad. Zijn anti-pestprogramma’s niet te eenzijdig op de schoolsituatie gericht? ‘Als een pestprogramma breed gedragen wordt op school zie je dat het ook buiten school doorwerkt,’ weerlegt Veenstra. ‘En ik vind het ook de taak van de leerkracht om in te spelen op wat er buiten school gebeurt. De aanpak van pesten reikt verder dan wat er in je eigen lokaal gebeurt.’

'Kinderen worden enthousiast, positieve eigenschappen komen bovendrijven.' (© Foto SterkWerk)
'Kinderen worden enthousiast, positieve eigenschappen komen bovendrijven.' (© Foto SterkWerk)

Rekenen of pesten tegengaan?

Leveren de programma’s genoeg op voor scholen om hun tijd daar aan te besteden? Er moet al zoveel extra’s tegenwoordig op school: Engels, wetenschap en techniek, noem maar op. Veenstra: ‘Het programma KiVa is bijvoorbeeld een ‘slank’ programma, dat kost maar 15 uur per jaar. En ja, het levert genoeg op, die investering vinden veel scholen het waard. Een veilige klas leidt tot betere prestaties en is ook gezonder voor de leraar. KiVa is gegroeid van 60 scholen naar meer dan 350 scholen. Dat zegt wel wat.’

Spijt

Veenstra spreekt wel eens pesters. Tonen ze spijt? ‘Het vergt veel zelfreflectie om over je daden te kunnen praten, en dat kunnen kinderen vaak nog niet. Op de lagere school zat in mijn klas een meisje dat buiten de groep viel en het niet makkelijk had. Nu denk ik ‘daar zijn we toen niet goed mee omgegaan als groep’, maar op zo’n moment zag ik dat nog niet. Daarom is het belangrijk dat scholen een goed programma hebben om iedereen een fijne schooltijd te geven en dat leerkrachten andere kinderen inschakelen om iemand die gepest wordt of eenzaam is te steunen.’

Meer openheid

De maatschappij verhardt en pesten uit zich ook digitaal. Pestprogramma’s lijken meer dan ooit nodig te zijn. Wordt Veenstra nooit moedeloos? Hij veert op, de stem krachtiger: ‘Nee, juist niet. We kunnen namelijk al heel veel doen. We weten nu dat we het groepsgewijs moeten aanpakken. We weten dat voor sommige kinderen aanvullende programma’s nodig zijn. En vergeet niet: dit is ook een tijd dat alles boven water komt, zeker online. De transparantie wordt groter en je komt er niet meer mee weg.’

Pestprofessor

Voor Veenstra kwam het onderzoek naar de aanpak van pesten op zijn pad toen hij als jonge onderzoeker de sociale netwerken van jongeren uit het grote bevolkingsonderzoek Trails bestudeerde. Hij wist het vermoeden dat pesten een groepsproces is te onderbouwen en was daarmee wereldwijd een voorloper. Inmiddels is hij bekend als ‘de pestprofessor’ (“een term die ik beschouw als eretitel, zeker als ik als een soort beschermheer van kinderen wordt opgevoerd.”) En Bloemberg? ‘Na de pabo wilde ik meer weten over groepsprocessen in de klas en ben ik sociologie gaan studeren. Die combinatie van theorie en praktijk bevalt me prima. Ik vind het belangrijk om op school niet alleen oog te hebben voor prestaties. Je moet je ook richten op sociale processen. We hebben de verantwoordelijkheid een betere samenleving achter te laten.’

SterkWerk is positief ontvangen door twee pilotscholen en wordt in het schooljaar 2019-2020 op een grotere schaal onderzocht op Nederlandse basisscholen.

Meer informatie

Laatst gewijzigd:21 juni 2022 08:39
View this page in: English

Meer nieuws