Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Evenementen Promoties

Better together

social outcomes of cooperative learning in the first grades of primary education
Promotie:dr. M.A. (Marij) Veldman
Wanneer:01 juli 2021
Aanvang:14:30
Promotors:prof. dr. R.J. (Roel) Bosker, prof. dr. T.A.B. (Tom) Snijders
Copromotor:dr. S. Doolaard
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Gedrags- en Maatschappijwetenschappen
Better together

Samen gaat het beter: onderzoek van het Success for All-programma

Success for All (SfA) is een van oorsprong Amerikaans schoolverbeteringsprogramma. Sinds 2015 wordt het toegepast op een aantal Groningse scholen. In de dagelijkse SfA-lessen, gericht op taal en lezen, wordt veelvuldig gebruik gemaakt van samenwerkend leren. Leerlingen werken in duo’s en kleine groepen om leeruitkomsten te maximaliseren. Leerkrachten geven instructie in samenwerkvaardigheden. Goed teamwerk wordt beloond en successen worden gevierd, bijvoorbeeld met een teamyell.  In Amerika bleek SfA een positief effect te hebben op lezen. Sociale uitkomsten van samenwerkend leren zijn maar zelden onderzocht.

In het onderzoek van Marij Veldman is de impact van samenwerkend leren als onderdeel van het Nederlandse SfA-programma op sociale uitkomsten onderzocht in de middenbouw (groep 3 t/m 5) van het basisonderwijs. Over het algemeen laat het proefschrift veelbelovende resultaten zien van implementatie van samenwerkend leren bij jonge basisschoolleerlingen. Ten eerste toonden SfA-leerlingen uit groep 3 betere gespreksvaardigheden tijdens groepswerk. Daarnaast lieten ze ook meer positief en minder negatief groepsgedrag zien.

Leerlingen uit de middenbouw vertoonden buiten het groepswerk niet meer prosociaal en minder antisociaal gedrag, met uitzondering van de volgende bevinding: in groep 4 nam antisociaal gedrag van leerlingen met een laag sociaaleconomische status in de SfA-conditie af, terwijl antisociaal gedrag van leerlingen met een laag sociaaleconomische status in de controleconditie toenam. Ten slotte bleek er een effect op relaties tussen klasgenoten, namelijk de mate waarin leerlingen graag met elkaar samenwerken. In de SfA-klassennetwerken was minder de neiging tot vaste structuren van kleine, gesloten groepjes.