NIAS fellowships voor drie ICOG-onderzoekers

Drie onderzoekers van het Instituut voor Cultuurwetenschappelijk Onderzoek in Groningen, dr. Eleftheria Ioannidou, dr. Ksenia Robbe en dr. Megan Williams, hebben een individuele NIAS fellowship toegewezen gekregen. Hiermee kunnen zij bij het NIAS (Netherlands Institute for Advanced Study in the Humanities and Social Science) projecten uitvoeren in een interdisciplinaire, gezamenlijke, ‘slow-science’ omgeving.

Het NIAS biedt individuele fellowships aan aan wetenschappers die onafhankelijk onderzoek willen doen in de geesteswetenschappen en de sociale wetenschappen. Gedurende vijf of tien maanden krijgen de fellows tijd en ruimte om in een interdisciplinaire gemeenschap aan een eigen onderzoeksproject te werken.

Eleftheria Ioannidou
In het project 'Performing Classical Visions: Uses of Antiquity in Fascism and Neofascism' onderzoekt Eleftheria Ioannidou het gebruik van de oudheid in de context van historisch fascisme en hedendaags extreem-rechts, door te kijken naar de wijzen waarop deze stromingen teruggrijpen bij live-evenementen op de klassieke symbolen en verwijzingen.

Het project bestaat uit twee delen. In het eerste deel onderzoekt zij de pogingen van Nazi- Duitsland en Fascistisch Italië om de klassieke werelden te doen herleven, bijvoorbeeld in klassieke re-enactments in monumentale ruimtes. In het tweede deel onderzoekt Ioannidou het gebruik van de oudheid in de politieke bijeenkomsten en culturele evenementen van neofascistische bewegingen in hedendaags Europa. Ioannidou onderzoekt de mechanismen van live performance die worden ingezet om het antieke verleden te doen herleven, en het belang ervan voor het overbrengen van de ideeën van de neofascistische bewegingen met betrekking tot nationale, culturele en raciale suprematie.

Ksenia Robbe
Het project 'Other Transitions: Remembering the 1980-90s Crises and Reimagining Sociality in Russia and South Africa' van Ksenia Robbe onderzoekt hoe de media van literatuur, film en beeldende kunst in Rusland en Zuid-Afrika de jaren '80 en '90 opnieuw benaderen als objecten van herinnering en onderzoek naar wat verloren en gewonnen is in de loop van neoliberale transformaties.

Het project benadert deze voorstellingen als de plaatsen waar we ons kunnen voorstellen hoe overgangen anders zouden kunnen zijn, in het bijzonder welk werk het geheugen kan doen om samenlevingen die in de loop van decennia achteruit zijn gegaan te herstellen en opnieuw te conceptualiseren. Het project bevordert het onderzoek in memory studies (geheugenstudie) door te focussen op het alledaagse als een plek om vragen van rechtvaardigheid en hoop opnieuw aan de orde te stellen. Door culturele processen in Zuid-Afrika en Rusland tijdens de jaren 2010 te vergelijken, conceptualiseert het de herinnering aan transities als een ruimte voor kritische dialogen tussen Oost-Europa en 'the Global South', een term die wordt gebruikt om de regio's van Latijns-Amerika, Azië, Afrika en Oceanië aan te duiden.

Megan Williams
Welke impact had de laatmiddeleeuwse verspreiding van papier op de Euraziatische diplomatieke praktijken, ca.1460-1560? Die vraag staat centraal in het boekproject 'Unfolding the Place of Paper in Renaissance Diplomacy and Statecraft' van Megan Williams.

In Europa vond een belangrijke verschuiving plaats van een grotendeels mondelinge naar een grotendeels schriftelijke diplomatie, ca.1460-1560. Deze verschuiving wordt meestal toegeschreven aan de veiligheidsbelangen van opkomende staten. De nieuwe rapporteringspraktijken die zo cruciaal waren voor deze vroegmoderne diplomatieke verschuiving, veronderstelden echter een gelijktijdige ontwikkeling in politieke communicatie en politiek kennisbeheer die wetenschappers lang als vanzelfsprekend hebben beschouwd: de groeiende beschikbaarheid van papier.

Williams zal een onderzoeksmonografie voltooien dat laat zien hoe deze relatief nieuwe materiële communicatietechnologie vorm gaf aan diplomatie, politieke communicatie en bestuur in een cruciale periode van Euraziatische politieke verandering. Vandaag de dag vinden we veel gewoonten in het denken over, ordenen en gebruiken van informatie vanzelfsprekend, die hun wortels hebben in het vroegmoderne informatiebeheer op basis van papier. De kwestie van de media was in het verleden van belang, en is dat ook nu nog.