Psychische patiënten moeten met arts kunnen spreken over alternatieve – complementaire - zorg

Een substantieel deel van de personen met psychische stoornissen zoekt een behandeling in het alternatieve circuit. Zij ontvangen deze behandelingen vaak naast de reguliere zorg waar zij tevreden over zijn. De term complementaire zorg dekt de lading dan ook beter dan alternatieve zorg. Onderzoekers pleiten er voor dat patiënten het gesprek met hun arts moeten kunnen aangaan over de mogelijke alternatieve zorg die zij gebruiken naast de reguliere zorg. Dit om de positieve én negatieve interacties tussen beide vormen van zorg te kunnen bespreken. Deze conclusies zijn gepubliceerd in het tijdschrift Epidemiology and Psychiatric Sciences en zijn gebaseerd op data uit de World Mental Health Surveys.
De studie stond onder leiding van prof. dr. Peter de Jonge, hoogleraar Ontwikkelingspsychologie aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Complementaire zorg
Peter de Jonge: “Het artikel laat zien dat er veel mensen zijn die reguliere zorg gebruiken en daarnaast alternatieve zorg, en dat deze niet per se ontevreden zijn over de reguliere zorg. Je zou dus kunnen zeggen dat de term complementaire zorg de lading dan ook beter dekt dan alternatieve zorg. Maar deze patiënten moeten dit wel met hun arts kunnen bespreken. Vooral ook omdat er allerlei positieve en negatieve interacties tussen beide vormen van zorg kunnen optreden.”
Volgens De Jonge zouden mensen met psychische klachten zo veel mogelijk een behandeling moeten krijgen die bewezen effectief is. “In de reguliere zorg is dat meer een expliciet uitgangspunt dan in alternatieve circuits. Toch is het zo dat die scheidslijn niet altijd duidelijk is. Sommige behandelingen gaan van het alternatieve circuit naar het reguliere circuit, en soms is er voor reguliere behandelingen geen bewijs van effectiviteit maar wordt het toch gegeven in de reguliere zorg”, aldus de Jonge.
World Mental Health Surveys
Voor het onderzoek werd gebruikt gemaakt van data uit 25 landen uit de World Mental Health Surveys van de World Health Organization (WHO). In landen met een hoger inkomen zoeken patiënten vaker naar complementaire zorg dan landen met een laag en midden inkomen. Ook kwam uit onderzoek naar voren het vooral gaat om personen met ernstige psychische stoornissen die zoeken naar alternatieve zorg, en niet, zoals vooraf aangenomen, patiënten met milde voorbijgaande klachten.
De Jonge, P., Wardenaar, K., Hoenders, H., Evans-Lacko, S., Kovess-Masfety, V., Aguilar-Gaxiola, S., . . . Thornicroft, G. (2017). Complementary and alternative medicine contacts by persons with mental disorders in 25 countries: Results from the World Mental Health Surveys. Epidemiology and Psychiatric Sciences, 1-16. doi:10.1017/S2045796017000774
Meer informatie:
Laatst gewijzigd: | 16 januari 2018 15:06 |
Meer nieuws
-
20 februari 2019
“Uit de boekenkast” - De invloed van jeugdliteratuur op de houding van jongeren ten aanzien van seksuele en genderdiversiteit
Onderzoekers Diana van Bergen en Sanne Parlevliet van de Rijksuniversiteit Groningen starten binnenkort de pilotstudie “Uit de boekenkast” . Deze studie is mogelijk door een subsidie van het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek Seksualiteit (FWOS)...
-
18 februari 2019
Ook onderzoek dóen draagt bij aan de zorg
GZ-psycholoog en cognitief gedragstherapeut Klaske Glashouwer is science-practitioner. Bij GGZ-instelling Accare behandelt ze kinderen en jongeren met eetstoornissen en coördineert ze onderzoek. Aan de Faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen...
-
15 februari 2019
Stynke Castelein wint de Vrouw in de Media Award Groningen 2018
Stynke Castelein, bijzonder hoogleraar herstelbevordering bij ernstige psychische aandoeningen aan de Rijksuniversiteit Groningen en hoofd onderzoek bij Lentis, ontvangt de Vrouw in de Media Award 2018 voor de provincie Groningen.