Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Nieuws

Minder sterfte senioren bij inzet wijkverpleegkundige na acute ziekenhuisopname

16 februari 2016

Minder ouderen overlijden na een acute ziekenhuisopname als een wijkverpleegkundige actief betrokken is bij de nazorg. In vergelijking met het gebruikelijke ontslag uit een ziekenhuis is de sterfte veertig procent lager. Dat blijkt uit onderzoek van hoogleraar ouderengeneeskunde Sophia de Rooij van het Universitair Medisch Centrum Groningen en haar collega Bianca Buurman van het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam. Zij publiceren hierover vandaag in het wetenschappelijke magazine JAMA Internal Medicine.

Na opname in het ziekenhuis vanwege een acute ziekte, bijvoorbeeld een acute longontsteking, krijgen veel ouderen te maken met functieverlies: moeite met dagelijkse dingen die zij voor opname wel konden, zoals wassen, aankleden of boodschappen doen. Gemiddeld duurt het drie tot zes maanden voor een oudere is hersteld van een ziekenhuisopname. Een kwart tot een derde van hen overlijdt echter binnen drie maanden na acute ziekenhuisopname.

Tussenkomst van de wijkverpleegkundige leidt niet tot afname van functieverlies bij de ouderen, maar vermindert het aantal ouderen dat overlijdt na acute opname in het ziekenhuis, zo blijkt uit het onderzoek van De Rooij en Buurman. Ze volgden een grote groep ouderen die acuut waren opgenomen in het ziekenhuis. De helft van deze ouderen kreeg de gebruikelijke zorg na ontslag uit het ziekenhuis, de andere helft kreeg de zorg volgens het Transmurale Zorgbrug-zorgprogramma, waarin het geriatrie team van het ziekenhuis en de wijkverpleegkundige een belangrijke rol spelen.

In het zorgprogramma maakt de wijkverpleegkundige tijdens opname in het ziekenhuis kennis met de oudere. Direct na ontslag uit het ziekenhuis volgt een aantal thuisbezoeken. Tijdens die bezoeken bespreekt de wijkverpleegkundige de gezondheid van de oudere, en is er aandacht voor praktische zaken zoals de aanwezigheid van hulpmiddelen, het medicijngebruik en het contact met huisarts en thuiszorg.

In de groep die de zorg volgens het Transmurale Zorgbrug-programma kreeg, overleden aanzienlijk bijna veertig procent minder mensen dan in de controlegroep. De Rooij: “De informatie die patiënten bij ontslag in een ziekenhuis krijgen kan overweldigend zijn en veel patiënten weten bij thuiskomst vaak niet meer precies wat ze moeten doen. Aan de wijkverpleegkundige kunnen ze gemakkelijk hun vragen stellen, bijvoorbeeld over het gebruik van oude en nieuwe medicijnen. De wijkverpleegkundige kan echt het verschil maken.”

Inmiddels gebruiken 25 ziekenhuizen in Nederland het zorgprogramma. Meerdere zorgverzekeraars hebben het programma in hun inkoopgids gezet. De Rooij en Buurman gaan een vervolgstudie doen met patiënten uit ziekenhuizen in de regio’s Groningen en Amsterdam.

De Transmurale ZorgBrug is onderdeel van het Nationaal Programma Ouderenzorg, een overheidsprogramma om de zorg voor kwetsbare ouderen te verbeteren.

Meer informatie

  • Link naar de publicatie in JAMA Internal Medicine
  • Meer over het onderzoek van Sophia de Rooij is te lezen in een artikel op KennisInZicht, het digitale wetenschappelijke magazine van het UMCG
  • Contact: persvoorlichting UMCG, bereikbaar via (050) 361 2200
Laatst gewijzigd:24 mei 2022 08:26
View this page in: English

Meer nieuws

  • 16 april 2024

    RUG ondertekent Barcelona Declaration on Open Research Information

    De Rijksuniversiteit Groningen heeft de Barcelona Declaration on Open Research Information (Verklaring Open Onderzoeksinformatie) officieel ondertekend. Dit wordt gezien als een grote stap richting verantwoordelijke onderzoeksbeoordeling en open...

  • 02 april 2024

    Vliegen op houtstof

    In Makers van de RUG belichten we elke twee weken een onderzoeker die iets concreets heeft ontwikkeld: van zelfgemaakte meetapparatuur voor wetenschappelijk onderzoek tot kleine of grote producten die ons dagelijks leven kunnen veranderen. Zo...

  • 27 maart 2024

    RUG/UMCG onderzoekers ontvangen prestigieuze onderzoeksbeurs

    RUG/UMCG-wetenschappers Mark Hipp, Bart Eggen, Moniek Tromp en Marleen Kamperman zijn samen met collega’s betrokken bij vier van zeven Nederlandse wetenschapsconsortia.