New models and methodologies in small animal PET/CT imaging
Promotie: | Dhr. J.W.A. (Jurgen) Sijbesma |
Wanneer: | 16 oktober 2024 |
Aanvang: | 12:45 |
Promotors: | prof. dr. R.H.J.A. (Riemer) Slart, R.A.J.O. (Rudi) Dierckx |
Copromotors: | dr. H.H. (Hendrikus) Boersma, dr. A. van Waarde |
Waar: | Academiegebouw RUG |
Faculteit: | Medische Wetenschappen / UMCG |

Nieuwe modellen en methodologieën in PET/CT-beeldvorming bij kleine dieren
Positron Emission Tomography (PET) is een beeldvormingstechniek, die fysiologische en pathologische processen visualiseert door biomoleculen te labelen met positron-uitstralende radionucliden. Deze gelabelde biomoleculen (tracers) zenden positronen uit die annihileren met elektronen, waardoor gammastralen worden geproduceerd, die worden gedetecteerd door PET-camera's. Proefdieren zijn cruciaal voor het ontwikkelen en evalueren van nieuwe tracers, voordat ze in patiënten worden gebruikt. De zorg en behandeling van deze dieren hebben een grote invloed op de scankwaliteit, waardoor soort, stam, geslacht, ziektemodel, voedingsstatus, anesthetica, monitoring en injectiemethoden zorgvuldige in overweging genomen moeten worden.
Dit proefschrift van Jurgen Sijbesma onderzoekt de impact op de beeldvorming van verschillende therapeutische diëten, een nieuw diermodel voor atherosclerose, een nieuwe techniek voor herhaalde bloedafname en geslachtsverschillen
Hoofdstuk 2 onderzoekt de effecten van anabole steroïden gecombineerd met verschillende diëten op glucosebeeldvorming. De studie vond dat steroïden de glucosebeeldvorming niet beïnvloeden, maar wel het lichaamsgewicht en myocardvolume veranderen.
Hoofdstuk 3 onderzoekt de impact van een eiwitrijk dieet op myocardiale glucoseconsumptie en vond geen effect op glucosemetabolisme, maar wel een vermindering van lichaamsgewicht en vetpercentage.
Hoofdstuk 4 toont aan dat calorierestrictie een effectieve behandeling is tegen proteïnurie bij ratten met nierfalen. Hoofdstuk 5 introduceert een nieuw atherosclerotisch ratmodel, dat geschikt blijkt voor longitudinale beeldvormingsstudies. Hoofdstuk 6 presenteert een nieuwe techniek voor herhaalde arteriële bloedafname, waarmee longitudinale kwantitatieve PET-studies mogelijk zijn.
Tot slot beoordeelt hoofdstuk 7 de haalbaarheid van het gebruik van zowel mannelijke als vrouwelijke dieren in beeldvormingsstudies, waarbij verschillen worden benadrukt die te wijten zijn aan variërende anesthesieresponsen in plaats van inherente geslachtsverschillen.