Long-term outcome and treatment-related toxicity in patients with breast and testicular cancer
| Promotie: | Dhr. L.C. (Lars) Steggink |
| Wanneer: | 02 maart 2022 |
| Aanvang: | 16:15 |
| Promotors: | prof. dr. J.A. (Jourik) Gietema, prof. dr. F.E. van Leeuwen |
| Copromotors: | dr. M. Schaapveld, dr. J. Nuver |
| Waar: | Academiegebouw RUG |
| Faculteit: | Medische Wetenschappen / UMCG |
Langetermijneffecten van behandelingen van borstkanker en zaadbalkanker
Vrouwen met borstkanker en mannen met zaadbalkanker kunnen behandeld worden met bestraling en/of chemotherapie. Wat de langetermijneffecten van deze behandelingen zijn, is niet altijd even duidelijk. In dit proefschrift beschrijft Steggink daarom de resultaten van verschillende onderzoeken die deze langetermijneffecten in kaart brengen.
Het eerste onderzoek dat Steggink beschrijft is een samenwerking tussen het Universitair Medisch Centrum Groningen en het Antoni van Leeuwenhoek. In deze HARBOR-studie werden 569 vrouwen gevolgd die meer dan vijf jaar geleden behandeld waren voor borstkanker. Uit het onderzoek bleek dat een deel van de vrouwen een verminderde pompkracht van de hartspier hadden, en dit bleek gerelateerd aan de hoogte van de dosis anthracycline-chemotherapie die de vrouwen hadden ontvangen.
Daarnaast concludeerde Steggink na meer dan twintig jaar follow-up van de N4+-studie dat een hoge dosis chemotherapie met teruggave van eigen stamcellen voor herstel van bloedaanmaak geen voordelen geeft ten opzichte van een standaard chemotherapie bij hoog-risico borstkanker, behalve bij vrouwen met tien of meer aangedane lymfeklieren in de oksel. Tot slot bleek uit onderzoek naar mannelijke patiënten met zaadbalkanker dat sommige patiënten minder testosteron aanmaken na de behandeling. Ook vond Steggink genetische aanwijzingen voor waarom sommige zaadbalkankerpatiënten na de behandeling last krijgen van hart- en vaatziekten en anderen niet.
Curriculum Vitae
Lars Steggink (1989) studeerde Geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij deed zijn promotieonderzoek onder de vlag van het Cancer Research Center Groningen bij de afdeling Medische Oncologie van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Inmiddels is hij werkzaam als AIOS interne geneeskunde bij het UMCG, vanaf april 2022 werkt hij als fellow bij de afdeling Interne Oncologie van het Erasmus MC. De titel van zijn proefschrift luidt: “Long-term outcome and treatment-related toxicity in patients with breast and testicular cancer.”