When multiple become one
Promotie: | dr. T.A. (Tim) Valk |
Wanneer: | 15 september 2021 |
Aanvang: | 14:30 |
Promotors: | dr. R.M. (Raoul) Bongers, prof. dr. E. (Bert) Otten |
Copromotor: | dr. L.J. Mouton |
Waar: | Academiegebouw RUG |
Faculteit: | Medische Wetenschappen / UMCG |

In ons dagelijks leven maken we honderden bewegingen met ons lichaam om de doelen die we onszelf stellen te bereiken. Hoewel we dergelijke bewegingen relatief gemakkelijk uitvoeren, volgt deze uitvoering uit de complexe controle van een enorm aantal elementen. Deze elementen worden ook wel vrijheidsgraden genoemd. Zo zijn er bijvoorbeeld duizenden neuronen, tientallen spieren, en verschillende gewrichtshoeken betrokken bij het pakken van een kopje koffie van ons bureau. Fascinerend genoeg zijn we ons in ons dagelijks leven zelden bewust van al deze vrijheidsgraden en hoe we ze moeten controleren om een beweging te maken. We denken niet aan welke spieren geactiveerd moeten worden om de arm te verplaatsen—we doen het gewoon.
In mijn proefschrift heb ik onderzoek gedaan naar het idee dat vrijheidsgraden in ons lichaam in groepen functioneren, ofwel gecoördineerd worden in zogenaamde synergieën. In de literatuur bestaat er een voortdurend debat over hoe deze coördinatie van vrijheidsgraden in synergieën moet worden beschouwd. Eén benadering suggereert dat vrijheidsgraden altijd in dezelfde vaste groepen gecoördineerd worden, terwijl een andere benadering beweert dat de coördinatie van vrijheidsgraden in synergieën dynamisch is en anders kan zijn als bijvoorbeeld de conditie anders is. In dit proefschrift heb ik deze verschillende benaderingen van synergieën onderzocht om te beoordelen hoe vrijheidsgraden gecoördineerd worden tijdens doelgerichte wijsbewegingen in verschillende condities. De resultaten toonden consequent aan dat verschillende synergieën werden gebruikt tijdens aanwijsbewegingen in verschillende condities, wat suggereert dat de coördinatie van vrijheidsgraden in synergieën dynamisch is. Toekomstig onderzoek zou verder moeten uitwijzen hoe deze dynamische synergieën tot stand komen, wat inzichten zou kunnen opleveren om huidige trainingsprogramma's te verbeteren, bijvoorbeeld in de revalidatiepraktijk.