Quantitative cardiac dual source CT; from morphology to function
| Promotie: | Mw. M. (Marly) van Assen |
| Wanneer: | 04 september 2019 |
| Aanvang: | 11:00 |
| Promotors: | prof. dr. M. (Matthijs) Oudkerk, prof. dr. R. (Rozemarijn) Vliegenthart |
| Copromotor: | dr. U.J. Prof. Schoepf |
| Waar: | Academiegebouw RUG |
| Faculteit: | Medische Wetenschappen / UMCG |
Nieuwe CT-technieken voor de diagnose en behandeling van hartziekten
Hart- en vaatziekten zijn een van de belangrijkste doodsoorzaken wereldwijd. Om deze ziektes op te sporen en de risico’s in kaart te brengen, gebruiken artsen steeds vaker beeldvormende technieken zoals computertomografie (CT). In dit proefschrift heeft Van Assen gekeken naar nieuwe mogelijkheden van CT in de diagnose en prognose van coronairlijden – een vernauwing van de kransslagaderen, met als gevolg een mogelijk hartinfarct.
Van Assen gebruikte voor haar onderzoek twee nieuwe technologische ontwikkelingen van de CT die de bloedstroom door de vernauwde kransslagaderen en de bloedtoevoer naar de hartspier beoordeelden. Uit het onderzoek blijkt dat deze technieken de diagnostische en prognostische waarde van CT inderdaad kunnen verhogen. Ook stelde Van Assen een protocol op om het gebruik deze nieuwe beeldenvormende technieken te optimaliseren en te standaardiseren. Daarnaast werd er gekeken naar het gebruik van kunstmatige intelligentie om de analyse van deze technieken te bevorderen.
Hoewel de nieuwe CT-technieken veel potentie hebben om zowel de diagnose als de behandeling van coronaire hartziekten te verbeteren, waarschuwt Van Assen dat er nog wel gekeken moet worden naar het optimaliseren van het proces. Zo moet de volgorde en de optimale combinatie van de verschillende onderzoeken – zowel met CT als met andere technieken – nog bepaald worden. Ook moeten artsen nog kijken naar een gestroomlijnde implementatie van dergelijke technieken in de kliniek, zodat ziekenhuizen makkelijker aan de toenemende vraag naar hartonderzoeken kunnen voldoen.
Curriculum Vitae
Marly van Assen (1989) studeerde Technische Geneeskunde aan de Universiteit Twente. Tijdens haar promotieonderzoek was zij verbonden aan onderzoeksinstituut GUIDE van het Universitair Medisch Centrum Groningen en de Medical University of South Carolina. De titel van haar proefschrift luidt: “Quantitative cardiac dual course CT; from morphology to function”.