Before the Iron Age
Promotie: | F. (Francesca) Ippolito |
Wanneer: | 20 oktober 2016 |
Aanvang: | 16:15 |
Promotors: | prof. dr. P.A.J. (Peter) Attema, prof. dr. M. Pacciarelli |
Waar: | Academiegebouw RUG |
Faculteit: | Letteren |

De bredere context van protohistorisch aardewerk in Noord-Calabrië
Francesca Ippolito beschrijft in haar proefschrift de bredere context van protohistorisch aardewerk gevonden tijdens onderzoek van het Groninger Instituut voor Archeologie in Noord-Calabrië in het kader van het Raganello Archaeological Project (RAP). Dankzij nieuwe inzichten in de typochronologische articulatie van de Neolithische en de Eneolithische tijd (of Kopertijd), kunnen we op basis van dit onderzoek menselijke nederzettingen terug in de tijd volgen van het onderzoeksgebied waarvan traditioneel wordt gedacht dat het begon in Midden Bronstijd 2 naar eerdere periodes. Tevens blijkt dat er een duidelijke ontwikkeling van locaties in het binnenland was in de Midden Bronstijd, terwijl locaties in de Late Bronstijd werden verlaten.
Als onderdeel van een regionaal onderzoek naar de nederzettingsdynamiek in de Sibaritide en zijn achterland werd proto-historisch aardewerk gevonden tijdens veldkarteringen in het Raganello vallei en dit werd samen met het aardewerk uit opgravingen op de Timpone della Motta (Francavilla Marittima) onderzocht. Op basis van de gevonden sites en het aardewerk is een voorlopige reconstructie van de territoriale context gemaakt gebruikmakend van een landschapsarcheologische benadering.
Ippolito begint haar proefschrift met een samenvatting van de huidige kennis van pre- en proto-historische sites in de Sibaritide. Uit de literatuur blijkt dat er geringe aanwijzingen zijn voor sites uit de periode tussen het Neolithicum en het begin van de Bronstijd. Dit ondanks het feit dat vanaf Midden Bronstijd 2 een hoog aantal sites verspreid over de heuvelachtige strook rondom de vlakte van Sybaris is gedocumenteerd. Voornamelijk gebaseerd op het onderzoek van Renato Peroni en zijn team, lijkt de ontwikkeling van Midden Bronstijd sites te worden gekarakteriseerd door een lichte afname van sites die georienteerd waren op het heuvelachtige achterland; in de Finale Bronstijd stijgt het aantal sites in de voetheuvels met tegelijkertijd een aanzienlijke groei in de omvang van een aantal grotere sites die strategisch gelegen uitkijken over de vlakte. Peroni is van mening dat de politieke en economische veranderingen de consolidatie van een territoriale organisatie weerspiegelen, die zich verder zou ontwikkelen in de IJzertijd.
Francesca Ippolito verrichtte haar onderzoek aan het Groningen Institute of Archaeology, Faculteit der Letteren. Het proefschrift is uitgegeven door www.barkhuis.nl.