Investigating possible bypass mechanisms to sensitize AML blasts for combination therapy
Promotie: | Mw. K.R. (Kim) Kampen |
Wanneer: | 16 september 2015 |
Aanvang: | 11:00 |
Promotor: | prof. dr. E.S.J.M. de Bont |
Waar: | Academiegebouw RUG |
Faculteit: | Medische Wetenschappen / UMCG |
Combinatietherapieën verbeteren prognose bij leukemie
Leukemie is de meest voorkomende vorm van kanker bij kinderen. Van de twee varianten die er van de ziekte zijn, biedt de ene variant goede overlevingskansen, terwijl de vooruitzichten bij de andere variant veel minder gunstig zijn. Onderzoekster Kim Kampen bekeek of de aanpak van deze tweede variant verbeterd kan worden met combinatietherapieën.
Acute myeloïde leukemie (AML) is een hardnekkige aandoening. Niet alleen is het sterfterisico aanzienlijk, ook keert de ziekte na een succesvolle behandeling vaak terug en zijn er verschillende langetermijneffecten, zoals concentratieproblemen en verminderde vruchtbaarheid. Om de overlevingskansen te verbeteren en de langetermijneffecten te verminderen, zijn nieuwe therapieën nodig die de leukemiecellen aanpakken zonder de gezonde cellen te beschadigen, waardoor ook het herstel van patiënten sneller zal verlopen.
De prognose van AML is afhankelijk van vele genetische factoren. Afwijkingen in bepaalde genen kunnen ertoe leiden dat de AML-cellen, die zich in het beenmerg bevinden, ongevoelig zijn voor bepaalde behandeling. Voor het behandelen van AML is het dus niet alleen van belang dat de AML-cellen zelf worden aangepakt, maar ook de factoren die ervoor zorgen dat de AML-cellen niet (meer) op de behandeling reageren. Kampen bekeek voor verschillende genafwijkingen welke combinatietherapieën in aanmerking komen om de resistentiemechanismen van de AML-cellen uit te schakelen. De onderzochte therapieën blijken elk op hun eigen wijze succesvol. Omdat de genetische factoren die een rol spelen per individu zo sterk uiteenlopen, moet volgens Kampen voor elke patiënt worden bekeken welke aanpak het meest geschikt is.
Kim Kampen (1985) voerde haar promotieonderzoek uit bij de afdeling Pediatrische oncologie/hematologie van het Cancer Research Centre Groningen, bij het UMCG. Het werd gefinancierd door SKOG, de Jan Kornelis de Cock-stichting, KWF en Stichting Vrienden Beatrix Kinderziekenhuis. Zij zet haar loopbaan voort als postdoctoraal onderzoeker aan de Katholieke Universiteit Leuven.