Bronvermelding
Natuurlijk moet je altijd je bronnen goed vermelden. Dat kan op verschillende manieren, maar belangrijk is dat je in ieder geval de auteur en de titel van een artikel of boek vermeldt. Verder is het belangrijk dat je al je verwijzingen op dezelfde manier vermeldt, dus niet een referentie waar je begint met het jaartal en een andere waar je begint met de titel.
Een van de systemen die veel wordt gebruikt voor het vermelden van referenties is de zogenaamde APA-stijl. Die is ontwikkeld door de American Psychological Association. Let op: de bronvermelding die we hier beschrijven is slechts één van de mogelijke vormen van bronvermelding en dus niet de enige juiste manier. Als je docent vraagt om een ander soort bronvermelding, moet je die gewoon gebruiken.
Bronvermelding in de tekst
In deze stijl vermeldt je in de tekst (meestal tussen haakjes) de naam van de auteur(s) en het jaartal van publicatie. Bijvoorbeeld:
Wetenschappers hebben ontdekt dat een lui oog bij muizen beter geneest door de combinatie van fysieke inspanning en visuele prikkels. (Kaneko, Stryker, 2014)
Als de bron waarnaar je verwijst meer dan 5 auteurs heeft, vermeld je alleen de eerste auteur, gevolgd door ‘et al.’ In je literatuurlijst (zie hieronder) vermeld je wél alle auteurs.
Vervolgens maak je aan het eind van je werkstuk een lijst met referenties. Wat je opneemt in de referentielijst hangt af van het soort bron dat je gebruikt. Hieronder staat voor verschillende soorten bronnen hoe je ernaar verwijst. Let op de spaties, punten, komma’s en schuingedrukte woorden, deze moet je ook in je referentie toepassen. In je referentielijst rangschik je de bronnen op alfabetische volgorde van de achternaam van de eerste auteur, dus niet op de volgorde waarin ze in de tekst terugkomen. Hieronder staat voor verschillende bronnen vermeld hoe je ze opschrijft in het APA-systeem.
Bronnenlijst
Online document of pagina op een website:
Auteur, initialen (jaar). Titel. Op dag, maand, jaar ontleend aan URL website.
Bijvoorbeeld: Boonstra, H. (2014). Spinozaprijs voor Theunis Piersma. Op 3 juli, 2014 ontleend aan http://www.ukrant.nl/nieuws/spinozaprijs-voor-theunis-piersma
Als de publicatiedatum niet bekend is gebruik je (n.d). Dit staat voor ‘no date’.
Bij publicaties waarbij de auteur niet bekend is begin je te schrijven met de titel.
Artikel uit een tijdschrift:
Auteur, initialen (jaartal). Titel. Naam van het tijdschrift, jaargang(nummer), pagina’s.
Bijvoorbeeld: Fell, G.L., Robinson, K.C., Mao, J., Woolf, C.J. & Fisher, D.E. (2014). Skin β-Endorphin Mediates Addiction to UV-light. Cell, 157 (7), 1527-1534.
Tussen de voorlaatste en de laatste auteur gebruik je ‘&’ tussen de andere auteurs een komma. Bij meer dan zes auteurs wordt na de zesde auteur ‘et al.’ gebruikt om de overige auteurs aan te duiden. Hun namen worden dus niet vermeld.
De jaargang is het aantal jaren dat het tijdschrift wordt uitgegeven, het afleveringsnummer geeft aan hoeveel tijdschriften er dat jaar al geweest zijn. Als een tijdschrift dus voor het derde jaar wordt uitgegeven en je verwijst naar het vierde nummer van dat jaar schrijf je jaargang(nummer) op als 3(4).
Boek:
Auteur, initialen (jaar). Titel (eventueel druk). Plaats: uitgever.
Bijvoorbeeld: Berg, J.M., Tymoczko, J.L. & Stryer, L. (2007). Biochemistry (6th ed.). New York: W.H. Freeman and Company.
Heb je te maken met een tweede of latere druk van een boek dan vermeld je dat tussen haken na de titel. In het Engels bijvoorbeeld 6th ed. in het Nederlands 6e druk.
Bronnen
American Psychological Association (n.d.). The basics of APA style. Op 3 juli 2014 ontleend aan https://apastyle.apa.org/6th-edition-resources/basics-tutorial
Rijksuniversiteit Groningen (2012). Bronnen voor literatuuronderzoek. Op 3 juli 2014 ontleend aan http://www.rug.nl/society-business/language-centre/academische-communicatievaardigheden/hacv/schriftelijke-vaardigheden/voor-studenten/bronnen-literatuur/literatuur-onderzoek
Laatst gewijzigd: | 12 april 2021 13:48 |