Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Nieuws Nieuwsberichten

‘Europa staat hoog op de agenda van de RUG’

01 juli 2025

Europese financiering speelt een cruciale rol voor universiteiten. Hoe benut de Rijksuniversiteit Groningen de Europese kansen, en hoe sluiten we aan bij de nieuwste ontwikkelingen uit Brussel? Deze vragen stonden centraal tijdens de werkconferentie ‘EU Research & Innovation policy and funding’.

Kernboodschappen van de bijeenkomst

  • Het toenemende belang van Europese gelden voor de Rijksuniversiteit Groningen als vijfde generatie universiteit
  • Nieuwste ontwikkelingen in Brussel: meer nadruk op hoge ‘technology readiness level’ (TRL)

  • Hoe succesvol in te zetten op Europese financiering? Juiste netwerken, keuzes maken, talenten benutten en het belang van politieke voelsprieten bij onderzoekers

Toenemende belang van Europese financiering

Recent benadrukte de Europese Commissievoorzitter Ursula von der Leyen het belang van wetenschap. Een positieve boodschap, oordeelde collegevoorzitter Jouke de Vries, die met zijn speech de bijeenkomst over Europese financiering opende. Niet in de laatste plaats vanwege de roerige geopolitieke tijden, voegde hij eraan toe. Naast regionale en nationale gelden worden Europese beurzen steeds belangrijker, en komt de nadruk steeds meer te liggen op impact. ‘Europa staat hoog op de agenda van de RUG’, benadrukte De Vries.

De Rijksuniversiteit Groningen wil impact maken als ‘vijfde generatie universiteit’, vervolgde de collegevoorzitter. Vierde generatie universiteiten, zoals de Nederlandse TU’s, werken structureel samen met de wereld om zich heen. Groningen voegt daar als vijfde generatie universiteit iets nieuws aan toe: als brede kennisinstelling heeft de RUG alle wetenschappelijke disciplines in huis, die samenwerken aan de grote uitdagingen van deze tijd.

Geert Jan Arends, Senior Advisor Research Funding, gaf een korte reflectie op Horizon Europe, het onderzoeks- en innovatieprogramma van de Europese Unie. Van 2020 tot en met 2027 stelt de EU bijna 100 miljard euro subsidie beschikbaar voor innovatie en onderzoek. Dat geld wordt verdeeld over drie ‘pillars’, legde Arends uit. Voor de RUG komen de Europese gelden vooral uit de eerste pijler, waarbij het draait om ‘excellent onderzoek’ (bijvoorbeeld via de ERC Grants en Marie SkÅ‚odowska-Curie Actions). De tweede en derde pijlers focussen op maatschappelijke uitdagingen en innovatie. Met name voor de tweede pijler ziet Arends ruimte voor verbetering voor de RUG.

Deelnemers aan de werkconferentie
Deelnemers aan de werkconferentie

Nieuwste ontwikkelingen in Brussel

Martijn Röfekamp, EU Liaison Officer, blikte vooruit op belangrijke ontwikkelingen in Brussel. Hij verwees naar het Draghi-rapport en het daaruit voortvloeiende Competitiveness Compass van de Europese Unie, waarbij het draait om de vraag: hoe blijft Europa competitief met landen als China en de VS, met name op het gebied van innovatie? Von der Leyen wil dat R&I (onderzoek en innovatie) centraal komen te staan in de economische strategie van Europa.

Dat lijkt een positieve ontwikkeling voor universiteiten, maar Röfekamp stelde dat de nadruk steeds meer komt te liggen op vergevorderde technologie, in plaats van fundamenteel onderzoek. Ook wil Brussel de Europese geldpot centraliseren. Het gevaar dreigt dat universiteiten autonomie verliezen. Maar, zo wist Röfekamp, de race is nog verre van gelopen. Onlangs wezen bedrijven de Brusselse beleidsbepalers op het belang van fundamenteel onderzoek. En Horizon Europe lijkt door te gaan als zelfstandig programma.

Deze zomer wordt er meer duidelijk over de verdeling van de Europese gelden. Universiteiten kunnen twee dingen doen: proberen invloed uit te oefenen in Brussel en inspelen op nieuwe ontwikkelingen. Juist daarom is de bijeenkomst van belang: hoe zetten we nieuwe ontwikkelingen om in kansen voor de universiteit?

Succesvol inzetten op Europese financiering

Helga de Valk, directeur van het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI), vertelde over haar ruime ervaring met Europese financiering. Volgens De Valk liggen er belangrijke financieringskansen in Brussel, maar een succesvolle aanpak vraagt om maatwerk. Onderzoekers doen er goed aan om gebruik te maken van hun talenten. ‘Niet iedereen is geschikt om een onderzoeksvoorstel voor een ERC Grant te schrijven’, stelde de hoogleraar. En soms komt een aanvraag te vroeg. Ook benadrukte ze het belang van een sterk netwerk, iets wat tijd kost. Relaties en vertrouwen zijn fundamenteel voor een succesvolle aanvraag, zei de NIDI-directeur.

Gastspreker Sean McCarthy, die ruim veertig jaar ervaring heeft met Europese onderzoeksfinanciering, vertelde over het voorbereiden van een Europese onderzoeksstrategie. Hij wees op FP10, het tiende Europese kaderprogramma voor onderzoek en innovatie dat Horizon Europe zal opvolgen vanaf 2028. Het is volgens McCarthy cruciaal om te volgen hoe dit nieuwe programma wordt voorbereid, ook voor onderzoekers. De onderzoeker van de toekomst wordt erkend in zijn eigen onderzoeksgebied, maar heeft daarnaast een scherp oog voor politieke en commerciële ontwikkelingen. ‘In Brussel draait het namelijk om het grote plaatje.’

Na de pauze gingen de deelnemers van de bijeenkomst uiteen in break-out-sessies. Tijdens de eerste thematafel kwam naar voren dat ERC-programma’s een waardevolle opstap kunnen vormen voor onderzoekers, maar dat kennis en ervaringen daarover beter gedeeld moeten worden, zeker gezien de hoge werkdruk. Aan de tweede tafel stonden multi- en interdisciplinaire samenwerking centraal, en bleek onder andere dat onderzoekers vaak weinig tijd hebben om netwerken op te bouwen, terwijl er wel mogelijkheden bestaan, zoals via het ENLIGHT-netwerk.

Bij de discussies aan de derde tafel werd duidelijk dat samenwerking met bedrijven in het toekomstige financieringslandschap steeds belangrijker wordt, maar veel inzet vraagt, sterk verschilt per faculteit en lang niet altijd beloond wordt, terwijl de brede positie van de RUG als algemene universiteit juist kansen biedt. De laatste tafel verkende hoe ondernemerschap versterkt kan worden, bijvoorbeeld met een incubatorprogramma dat niet alleen bedrijven, maar ook ideeën van onderzoekers helpt ontwikkelen.

Na afloop gaf Thony Visser, decaan van de faculteit der Letteren en voorzitter van het Research en Impact Beraad, een korte nabeschouwing op de bijeenkomst. Volgens haar is er creativiteit, uithoudingsvermogen en moed nodig om de universiteit een stap verder te brengen bij het succesvol inzetten op Europese gelden. Dat vraagt om een investering, terwijl veel onderzoekers kampen met een gebrek aan tijd. Daarom draait het de komende tijd om het maken van keuzes, benadrukte Visser tot besluit.

Laatst gewijzigd:01 juli 2025 11:48
Deel dit Facebook LinkedIn
View this page in: English

Meer nieuws