Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Nieuws Nieuwsberichten

Gierst: oude gewassen voor de toekomst

18 mei 2020
Een Afrikaanse vrouw vermaalt gierst tot meel met traditonele maalstenen in Burkina Faso.
Een Afrikaanse vrouw vermaalt gierst tot meel met traditonele maalstenen in Burkina Faso.

Honger, uitdroging, verschraling. Je hoeft geen onheilsprofeet te zijn om dit als toekomstbeeld voor een deel van de wereld te schetsen. De verschillende soorten gierst bieden misschien een oplossing. Niet voor niets heeft de VN 2023 uitgeroepen tot International Year of Millets. RUG-wetenschappers René Cappers en Peter Berger onderzoeken in India wat ervoor nodig is om de verbouw te bevorderen.

Tekst: Gert Gritter, afd. Communicatie, RUG

Niet sexy

De meeste westerse mensen hebben nooit gierst gegeten. Het is niet bepaald een sexy gewas. Eigenlijk wel raar, want er is niets mis met de smaak, het is licht verteerbaar, bevat geen gluten en is gemakkelijk te bereiden - zoals rijst, maar met een kortere kooktijd. Toch heeft het een imagoprobleem. Het heeft een lage status, omdat het vooral voedsel voor arme mensen zou zijn. Gierst heeft dan ook sinds jaar en dag letterlijk en figuurlijk terrein verloren aan andere granen.

Weinig water en kunstmest nodig

Dat is jammer, want het tiental verschillende graansoorten die we met de verzamelnaam ‘gierst’ aanduiden, zijn ideaal om te verbouwen op droge, schrale grond, waar minder robuuste granen niet gedijen. Ze hebben weinig water en kunstmest nodig en zijn bestand tegen kou en hitte. Daarom hebben de Groningse onderzoekers Berger en Cappers bij NWO subsidie aangevraagd voor een gezamenlijk onderzoeksproject. In samenwerking met collega's uit Frankfurt hopen ze de opkomst en neergang van de verbouw van gierst in het verleden te begrijpen, evenals soortgelijke dynamieken in het heden.

Gierst: ideaal om te verbouwen op droge, schrale grond.
Gierst: ideaal om te verbouwen op droge, schrale grond.

Stereo-onderzoek

Berger en Cappers komen uit verschillende takken van de wetenschap, waardoor ze een geschikt team vormen. Berger is cultureel antropoloog, terwijl Cappers archeo-botanist. Kijkt Berger vooral naar de mens achter het gewas en dan synchroon (hoe is de situatie op dit moment), Cappers kijkt primair naar het gewas achter de mens en dan diachroon (hoe is de situatie door de tijd heen). Het is een grappig verhaal hoe ze elkaar ontmoet hebben. Berger was voor een expert meeting in Londen en vertelde daar dat hij bezig was met gierst, toen de gastheer uitriep: ‘O, maar dan ken je vast en zeker René Cappers!’ Maar ze wisten niet eens van elkaars bestaan af, laat staan elkaars onderzoek, ook al liggen hun werkplekken een paar honderd meter elkaar af.

‘Partners in crime’

Wat Berger en Cappers gemeen hebben is dat ze van huis uit een multidisciplinaire blik hebben. Cappers combineert zijn achtergrond als botanist met archeologisch onderzoek. Hij onderzoekt welke gewassen de mens in uiteenlopende tijden en op uiteenlopende plaatsen heeft gecultiveerd, onder meer als voedselgewas. Hij richt zich op het ontstaan en verspreiding van landbouw, in Noordwest-Europa, maar ook in het Nabije Oosten en Subsahara Afrika. Inmiddels heeft hij een imposante collectie van zaden en ander plantmateriaal tot zijn beschikking. Zijn ‘partner in crime’ Berger is sociaal-cultureel antropoloog en werkzaam bij de Faculteit Godgeleerdheid en Godsdienstwetenschap. Berger is vooral geïnteresseerd in de wijze waarop mensen omgaan met onder meer voedsel, maar ook rituelen, kosmologie en cultureel-religieuze veranderingen.

Een Adivasi uit Odisha verwijdert het kaf van gierst (copyright P. Berger)
Een Adivasi uit Odisha verwijdert het kaf van gierst (copyright P. Berger)

Highland people

Berger is betrokken bij een langdurig etnografisch onderzoek in de deelstaat Odisha in Oost-India, dat zich richt op de tribale samenlevingen van ‘adivasi’s’. Omdat ze doorgaans in ontoegankelijke hoger gelegen delen van India wonen, staan ze ook wel bekend als ‘highland people’. Berger: ‘Ze zijn een gemarginaliseerde bevolkingsminderheid in India, van zo’n 8%. Het woord ‘‘minderheid’’ doet een kleine groep mensen vermoeden, maar in het subcontinent met meer dan een miljard inwoners is alles relatief. Het gaat om uiterst diverse groep van circa 100 miljoen mensen, verspreid over het land en met eigen talen, culturen en godsdiensten. Berger heeft twee jaar gewoond bij adivasi’s in Odisha, heeft hun taal geleerd en ze van nabij bestudeerd. In ditzelfde gebied voert hij met Cappers hun gezamenlijke onderzoek uit.

Gierst als kinderen

Met hun onderzoek hopen Cappers en Berger adviezen uit te brengen aan de Indiase overheid en ngo’s, zowel over beleid als over communicatie. Cappers: ‘We willen niet alleen de dynamiek begrijpen achter voedselkeuze, maar ook de gevolgen van ingrepen in de landbouw. In het verleden werd van hogerhand de verbouw van rijst en tarwe gestimuleerd, in het kader van voedselveiligheid en India’s groene revolutie. Maar de verbouw van rijst kan op den duur desastreus zijn voor het milieu en het landschap, bijvoorbeeld omdat er veel water voor nodig is. En in het verlengde daarvan gaan ook cultuur en maatschappij achteruit. De kernvraag is hoe je landbouw op de lange termijn duurzaam kunt krijgen.’ Berger vult aan: ‘De culturele dimensie is daarbij ook heel belangrijk. Ons onderzoekvoorstel richt zich op de paradox dat gierst nu wordt beschouwd als ‘‘gewas van de toekomst’’, terwijl de adivasi’s nog steeds door veel laaglanders worden gezien als een soort primitief volk uit de Steentijd. De animistische adivasi’s zien granen bijvoorbeeld als niet-menselijke personen. Ze denken en spreken er bijvoorbeeld over als gierst als kinderen en rijst als bruid. Het gaat niet alleen om verhoging van de opbrengst, voedingswaarde en maagvulling.’

Toekomstverwachting

Wat vinden ze zelf van gierst? Cappers is nuchter en houdt het het liefst bij gebruikelijke kost. Maar Berger heeft het tijdens zijn langdurige verblijf in Odisha vaak gegeten en heeft het leren waarderen: ‘Ze maken er bijvoorbeeld een licht gegiste, zeer romige en smakelijke brij van. Als mensen lang in de hitte op het land moeten werken, drinken ze dat twee keer per dag. Het geeft ze voldoende energie en ze hoeven er verder niets bij te eten. Ze waren verbaasd dat ik de hele dag door flesjes water dronk.’ Tot slot: wat verwachten ze van gierst als graan van de toekomst? Als bioloog denkt Cappers ietwat als exacte wetenschapper. Hij ziet meteen de gunstige eigenschappen van gierst en de toepassingsmogelijkheden. Berger is als antropoloog voorzichtig: ‘Ik ben bang dat de Indiase overheid voor een top down-benadering kiest. Maar oplossingen werken alleen als ze rekening houden met de plaatselijke bevolking. Er is geen simpele one size fits all…’

Meer informatie

Laatst gewijzigd:26 september 2022 11:46
View this page in: English

Meer nieuws