Thromboembolic disease of the venous and the arterial system: two different entities or two different sides of the same coin?
Promotie: dhr. B.K. Mahmoodi, 13.15 uur, Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Proefschrift: Thromboembolic disease of the venous and the arterial system: two different entities or two different sides of the same coin?
Promotor(s): prof.dr. J.C. Kluin-Nelemans, prof.dr. G.J. Navis
Faculteit: Medische Wetenschappen
Stolsels in aders en slagaders lijken meer op elkaar dan gedacht
Stolselvorming in het vaatstelsel is een van de meest voorkomende doodsoorzaken in de westerse wereld. Van oudsher wordt er een strikt onderscheid gemaakt tussen stollingen in slagaders (arteriële tromboembolieën, ATE’s, zoals hartinfarct en herseninfarct) en in aders (veneuze tromboembolieën, VTE’s, zoals trombosebeen of longembolie). Maar de afgelopen tien jaar is dit onderscheid in twijfel getrokken.
Promovendus Bakhtawar K. Mahmoodi onderzocht de overeenkomsten tussen ATE’s en VTE’s. Hierbij richtte hij zich op gemeenschappelijke risicofactoren, waarbij nierziekten speciale aandacht kregen als potentiële brug tussen beide groepen van aandoeningen. Nierziekten, te herkennen aan eiwituitscheiding in de urine en/of verslechterde nierfunctie, zijn bekende risicofactoren voor het optreden van ATE’s. Uit het onderzoek van Mahmoodi blijkt nu echter dat zelfs minimale eiwituitscheiding in de urine ook het risico op VTE verhoogt. Andere ATE-risicofactoren, zoals hoge bloeddruk, hoog cholesterol, suikerziekte en roken waren niet gerelateerd aan verhoogd VTE-risico. Andersom bleek dat risicofactoren voor het ontstaan van VTE’s (gebrek aan proteïne C, proteïne S en antitrombine) ook risicofactoren zijn voor ATE’s, maar niet zo sterk als voor VTE’s. Veneuze trombose en arteriële trombose zijn niet verschillende uitingen van dezelfde ziekte, concludeert Mahmoodi, maar twee multifactoriële ziektes die in ieder geval bepaalde risicofactoren gemeenschappelijk hebben. In geselecteerde groepen patiënten (bijvoorbeeld nierpatiënten) kan het risico op ATE’s en VTE’s mogelijk met een en hetzelfde medicijn verminderd worden.
Bakhtawar K. Mahmoodi (Afghanistan; 1983) verblijft sinds 2001 in Nederland en studeerde geneeskunde te Groningen. Hij verrichtte zijn promotieonderzoek bij de afdeling Hematologie in samenwerking met afdeling Nefrologie van het UMCG. Voor zijn onderzoek maakte Mahmoodi onder andere gebruik van de gegevens uit het Prevend-onderzoek, een onderzoek waaraan duizenden Groningers medewerking verleenden, en dat mede wordt gefinancierd door de Nierstichting. Inmiddels werkt Mahmoodi als onderzoeker aan de Johns Hopkins Universiteit in Baltimore (VS), met een Rubiconsubsidie van NWO.
Laatst gewijzigd: | 13 maart 2020 01:14 |
Meer nieuws
-
08 mei 2025
KNAW benoemt drie hoogleraren RUG/UMCG tot nieuw lid
Hoogleraren Jingyuan Fu, Lisa Herzog en Helga de Valk van de RUG zijn door de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) benoemd tot lid.
-
06 mei 2025
Wetenschap Werkt | Bewegend leren maakt kinderen vaardiger
Door basisschoolkinderen bewegend taal en rekenen te leren verbetert hun aandacht en taakgerichtheid. Door drie keer per week een half uur de lesstof springend en joggend tot zich te nemen gaan de resultaten op toetsen erop vooruit. Dit was de...
-
14 april 2025
12 Marie Sklodowska Curie Doctoral Networks voor de Rijksuniversiteit Groningen
De Rijksuniversiteit Groningen heeft zeer goede resultaten behaald in de laatste ronde van Marie Sklodowska Curie Doctoraatsnetwerken.