Het Saramacca project. Een plan van Joodse kolonisatie in Suriname
Promotie: dhr. A. Heldring, 14.45 uur, Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Proefschrift: Het Saramacca project. Een plan van Joodse kolonisatie in Suriname
Promotor(s): prof.dr. D.F.J. Bosscher
Faculteit: Letteren
Naoorlogse vestiging van joden in Suriname liep stuk op communistenvrees
Van 1946 tot 1948 onderhandelde een Amerikaans-Joodse organisatie, de Freeland League, met de Nederlandse en Surinaamse regeringen over de vestiging in Suriname van 30.000 joodse ontheemden uit Europa. Na een aanvankelijk positieve opstelling zetten beide regeringen de onderhandelingen stop: de Nederlandse regering vreesde dat zich onder de joodse immigranten uit Centraal- en Oost-Europa veel ‘communistische infiltranten’ zouden bevinden. Voormalig ambassadeur Alexander Heldring zet in zijn proefschrift de redenen waarop het plan afketste op een rij en toont aan waarom die merendeels op misvattingen berustten.
De joden die in Suriname gevestigd zouden worden, zouden Surinaamse onderdanen worden, maar wel zoveel mogelijk hun eigen joodse cultuur en jiddische taal behouden. Voor de Freeland League was vestiging in Palestina geen onmiddellijke optie, omdat zij, in tegenstelling tot de zionisten, niet naar het creëren van een onafhankelijke joodse staat streefde. Eind juni 1947 stemden de Staten van Suriname in principe ermee in om 30.000 joodse immigranten in Suriname toe te laten. Deze zouden zich vestigen in het Saramaccadistrict, ten westen van Paramaribo.
Er was echter veel tegenstand van zionistische zijde. Zolang Palestina onder Brits mandaat stond en de Britten massale joodse immigratie uit Europa belemmerden, zou Suriname immers als een aanvaardbaar alternatief voor een toevluchtsoord voor joodse ontheemden kunnen dienen. Ook de creoolse Nationale Partij Suriname (NPS) verzette zich tegen het plan. De NPS was bang voor mogelijke politieke en economische overheersing door de joodse immigranten. Na een aanvankelijk positieve opstelling besliste de Nederlandse regering dat het plan niet door mocht gaan. De regering vreesde dat zich onder de joodse immigranten uit Centraal- en Oost-Europa veel ‘communistische infiltranten’ zouden bevinden. Kort na de stichting van Israël (mei 1948) en onder Nederlandse druk besloten de Staten de onderhandelingen over de joodse immigratie ‘op te schorten’. Dit betekende in feite ‘stopzetten’. Nog tot begin 1956 heeft de Freeland League geprobeerd de onderhandelingen te heropenen, doch vergeefs.
Alexander Heldring (Amsterdam, 1939) studeerde rechten aan de Universiteit Leiden. Heldring was ambassadeur van het Koninkrijk der Nederlanden in Burkina Faso, Niger, Ghana, Togo en Benin. In zijn meer dan dertigjarige carrière in de diplomatieke dienst was hij ook actief in Polen, België (NAVO), de Verenigde Staten, Zwitserland (Verenigde Naties) en Suriname. Eind januari 2011 verschijnt bij uitgeverij Verloren te Hilversum een handelseditie van het proefschrift.
Zie ook http://www.jewcy.com/arts-and-culture/saramacca_project
Laatst gewijzigd: | 13 maart 2020 01:16 |
Meer nieuws
-
06 juni 2025
India-Nederland Hydrogen Valley Fellowship-programma aangekondigd
Ter gelegenheid van Wereldmilieudag op 5 juni 2025 maakten het Indiase ministerie van Wetenschap en Technologie en de RUG gisteren de start bekend van een partnerschap voor het Hydrogen Valley Fellowship-programma. Dit programma biedt getalenteerde...
-
13 mei 2025
Europese veiligheid: kans en bedreiging voor de democratie
Hoe sterk is onze democratie? Wat er nu op het wereldtoneel gebeurt, is daarvoor bepalend, betoogt Pieter de Wilde, hoogleraar Europese Politiek & Maatschappij aan de Rijksuniversiteit Groningen.
-
08 mei 2025
Prof. dr. Petra Hendriks verkozen tot lid Academia Europaea
Prof. dr. Petra Hendriks, hoogleraar Semantiek en Cognitie aan de Faculteit der Letteren en directeur van het Center for Language and Cognition Groningen (CLCG), is verkozen tot lid van de prestigieuze Academia Europaea.