Alumnus Rishi Raithatha

Vertel ons over jezelf en je werk. Waar kom je oorspronkelijk vandaan?

Ik werk momenteel als Senior Advocacy Manager voor GSMA in Londen. GSMA is dé handelsassociatie van de mobiele industrie en heeft een grote afdeling – bekend als Mobile for Development – die bekijkt hoe mobiele technologie kan worden gebruikt om de sociaaleconomische resultaten in lage- en middeninkomenslanden te verbeteren. Binnen deze afdeling werk ik voor het programma ‘Mobile Money’.

In mijn rol houd ik mij bezig met het gebruik en de groei van mobiele gelddiensten in Azië, Sub-Sahara Afrika en Latijns-Amerika. Mobiel geld is een vorm van financiële dienstverlening waarbij een mobiele telefoon wordt gebruikt om betalingen te verrichten. Deze vorm van mobiele dienstverlening wordt veelal gebruikt door mensen die geen bankreking hebben. Dit is iets anders dan mobiel bankieren, welk kanaal banken gebruiken om toegang tot traditionele bankdiensten mogelijk te maken.

Werken voor GSMA is een verrijkende ervaring geweest. Zo heb ik mogen bijdragen aan een aantal mooie projecten en artikelen en heb ik voor mijn werk veel gereisd. Tussen november 2018 en februari 2020 ben ik maar liefst zes keer in Nairobi geweest. Daarnaast heb ik de kans gekregen om de organisatie te vertegenwoordigen op internationale evenementen (online en offline). Hierdoor is het in vele opzichten een droombaan.

Was er een verband tussen je stage en je eerste baan?

Ik was er al in geslaagd om mijn eerste baan te bemachtigen voordat ik mijn master aan de RUG had afgerond. Voordat ik naar Nederland kwam, heb ik in de zomer stage gelopen bij het National Audit Office in het Verenigd Koninkrijk. In het Verenigd Koninkrijk is het gebruikelijk dat bedrijven stages gebruiken om alumni te identificeren.  Accountantskantoren en adviesbureaus doen dit routinematig. Hoewel het National Audit Office op dat moment geen functie voor afgestudeerden aanbood, werd ik wel aangemoedigd om in de toekomst te solliciteren.

Aanvankelijk zag ik dit carrièrepad niet zitten, omdat ik een baan in Den Haag of Brussel ambieerde en wellicht zelfs wilde promoveren. Ik had echter moeite om via een van deze wegen een zinvolle kans te vinden. Ik was ook bang dat ik mijn studie zou afronden en financieel in de problemen zou komen. Daarom dacht ik dat ik op zijn minst kon solliciteren bij het National Audit Office als ‘back up’. Als voormalig stagiair kon het wervingsteam van het National Audit Office de eerste fasen van mijn sollicitatie versnellen.

Waarom heb je destijds voor je studie gekozen? Maak je in je huidige werk nog steeds gebruik van de kennis en vaardigheden die je tijdens de studie hebt opgedaan? Wat heb je geleerd, behalve academische vaardigheden?

Ik heb Economie en Politiek gestudeerd aan The School of Oriental and African Studies, University of London. Een masterstudie Internationale Betrekkingen leek mij een logische vervolgstap gezien mijn belangstelling voor internationale veiligheid, de politiek van postkoloniale samenlevingen en politieke economie. Mijn doel op dat moment was om te werken voor het Britse Ministrie van Buitenlandse Zaken of binnen de internationale betrekkingen. Ik koos voor de RUG omdat ik graag in het buitenland wilde studeren, iets wat ik niet kon doen tijdens mijn bachelor. Alleen studenten die een taal als gezamenlijke major namen, konden op uitwisseling naar het buitenland.

Het mooie aan de master Internationale Betrekkingen aan de RUG is dat deze master studenten goed voorbereid op een gevarieerde carrière in allerlei sectoren en functies. Mijn eigen pad is daar een goed voorbeeld van. Zo leerde ik beleidsstukken schrijven en werden we blootgesteld aan het debatteren over en/of het bepleiten van bepaalde standpunten, die misschien niet strookten met onze eigen waarden of overtuigingen. Het programma stimuleerde ook werken in teamverband, vooral bij het oplossen van problemen. In mijn huidige en laatste twee of drie functies heb ik elk van deze activiteiten moeten uitvoeren, wat aantoont dat deze vaardigheden belangrijk zijn voor functies in allerlei soorten sectoren.

Academische vaardigheden zijn nuttig tot op zekere hoogte. Het zou weinig verschil hebben gemaakt als ik met een PhD of alleen een master had gesolliciteerd bij GSMA of bij een van mijn vorige banen. Misschien was een PhD nuttig geweest als mijn expertisegebied overeenkwam met de sector of als ik een onderzoeksintensieve functie had. Een ander terugkerend probleem in de bedrijfswereld is academisch schrijven. Hoewel mooi kunnen schrijven goed werkt voor argumenten in essays, papers of tijdschriften, werkt het niet goed in een zakelijke omgeving. Jarenlang heb ik geworsteld met het loslaten van de schrijfstijl die ik op de universiteit heb ontwikkeld. 

Studenten vinden vaak dat ze verantwoording moeten afleggen over hun studiekeuze en de toegevoegde waarde van de studie. Heb jij dit ook meegemaakt en wat waren de reacties op je studiekeuze?

Tijdens mijn loopbaan heb ik gemerkt dat werkgevers in sommige gevallen niet al te geïnteresseerd zijn in wat je hebt gestudeerd; vaak gaat het juist om de eerdere ervaringen die je hebt opgedaan. In 2015 ging ik bijvoorbeeld aan de slag bij Finalta by McKinsey, een adviesbureau dat grote data analyseert om banken en verzekeraars te helpen hun prestaties te verbeteren. Mijn diploma's waren niet relevant - in plaats daarvan waren het mijn eerdere ervaringen op het gebied van (data) analyse die de doorslag gaven voor de functie. Dit voorbeeld is echter wel specifiek voor het werken in het Verenigd Koninkrijk; mijn ervaring binnen andere markten is anders.

Eerder in mijn carrière sprak ik met een recruiter van een Nederlandse investeringsbank om te informeren naar een marketingfunctie bij hun bank. De recruiter was verbaast over mijn motivatie om voor hun bank te werken, omdat ik volgens hen weinig academische kennis van en ervaring met de sector had. Erger nog, ik werd ontmoedigd om te solliciteren omdat ik geen marketingdiploma had. Het is een van de weinige keren dat mijn studiekeuze mij heeft tegengehouden. Dit voorbeeld heeft zich een paar keer herhaald, vooral bij banen in andere landen, waaruit blijkt dat er kennelijk een culturele kloof bestaat tussen het vinden van een baan in het Verenigd Koninkrijk en andere landen. 

Hoe heb jij je studententijd ervaren? Was je een actieve student?

Ik heb precies een jaar in Groningen gewoond en er het beste van gemaakt. Ik heb alle colleges bijgewoond, vooral uit angst om te falen, maar ook omdat ik me graag wilde onderdompelen in het Nederlandse universitaire systeem. Tegelijkertijd hield ik me ook bezig met extracurriculaire activiteiten: ik was secretaris-generaal voor The European International Model United Nations 2010 conferentie, ik hielp professor Jan van der Harst met het organiseren van een seminar over de betrekkingen tussen de EU en China en ondersteunde Bastiaan Aardema bij het organiseren van een NOHA reis naar Georgië (waar ik als beloning ook heen ga!).

Mijn programma bood studenten de kans om een stage te volgen en deze ervaring te gebruiken om academische studiepunten (credits) te behalen. Ik liep stage bij het Centrum voor Europese Veiligheidsstudies aan de Lutkenieuwstraat, waar ik leerde over de hervorming van de veiligheidssector in de Westelijke Balkan, Turkije en Georgië. Ik reisde (opnieuw) naar Kroatië en Georgië, en sprak zelfs namens de organisatie op een carrière-evenement. Beter dan dit kan een stage niet zijn. Tot slot was een van mijn mooiste momenten als student aan de RUG toen The Economist mijn (humoristische) brief publiceerde over wat een staat een staat maakt. De brief werd opgehangen op een van de muren bij de faculteit Letteren.

Hoe verhoud je carrière zich tot je studie en welke aspecten zie je terugkomen?

Ik heb de kans gekregen om mijn organisatie en de mobiele geldsector te vertegenwoordigen op internationale evenementen en forums. Onlangs heb ik namens de sector het woord gevoerd in een OESO-werkgroep, een kans waar je als afgestudeerde in de wereld van internationale betrekkingen naar hunkert. Ik ben vaak bezig met het bepleiten van bepaalde initiatieven of standpunten, dus het helpt dat ik heb geleerd hoe ik een overtuigend argument kan ontwikkelen. Maar het belangrijkste is dat ik door het gevarieerde karakter van mijn beide diploma's erin geslaagd ben een expertise te ontwikkelen over onderwerpen of projecten die aanvankelijk onbekend waren.

Zijn er onderwerpen, ervaringen of personen binnen je studie geweest die je zijn bijgebleven of die je hebben geïnspireerd?

Van de vele momenten schiet me er één in het bijzonder te binnen. Alle internationale studenten van de opleiding Internationale Betrekkingen werden aan het begin van het academisch jaar uitgenodigd voor een welkomstbijeenkomst. Een van de professoren introduceerde de opleiding en het leven als student in Groningen. Hij legde uit dat Nederland een kustland is met weinig windschering, dus investeren in een warme jas zou ons allemaal ten goede komen. Hij benadrukte dit terwijl hij me aankeek. Op dat moment kan ik me herinneren dat alle andere studenten een trui of een jas droegen, behalve ik. Ik kwam opdagen in een t-shirt. Ik voelde me zo gek dat ik meteen daarna naar de H&M ben gegaan en een dikke trui heb gekocht! Wat de professor betreft, hij heeft uiteindelijk mijn thesis begeleid en heeft vele jaren als referentie gediend. Ik heb veel waardering voor hem.

LinkedIn

Rishi's website