Landscapes of facilitation
Promotie: | Mw. I.B.C. (Isabelle) van der Ouderaa |
Wanneer: | 27 augustus 2021 |
Aanvang: | 12:45 |
Promotors: | B.D.H.K. (Britas Klemens) Eriksson, Prof, prof. dr. M. Bishop, prof. dr. J. (Johan) van de Koppel, PhD |
Waar: | Academiegebouw RUG |
Faculteit: | Science and Engineering |

Mosselen en mangroven basis voor grote soortenrijkdom ter plaatse
Isabelle van der Ouderaa onderzocht hoe dier- en plantsoorten elkaar positief beïnvloeden en zodoende bijdragen aan een grotere biodiversiteit. Van der Ouderaa: ‘De soortenrijkdom van onze wereld staat al lange tijd onder druk, meest door toedoen van de mens. Het behouden van biodiversiteit vergt meer dan het beschermen van een natuurgebied. Het vereist kennis van en inzicht in de vele interacties die plaatsvinden tussen de verschillende soorten die aanwezig zijn. Lang richtte ecologisch onderzoek zich op negatieve interacties zoals competitie en predator-prooi relaties. In de afgelopen decennia ontstond er meer oog voor de rol van positieve interacties in het structureren van soortgemeenschappen.
Wanneer verschillende soorten elkaar faciliteren, bijvoorbeeld door het bieden van schaduw, veiligheid of vaste ondergrond, kan er een domino-effect ontstaan. Bij zogenoemde facilitatie-cascades faciliteert een primaire habitatvormende soort – zoals de mossel - een secondaire habitatvormer – zoals het bruinwier Fucus - die op zijn beurt de biodiversiteit kan vergroten. Deze positieve interacties zijn gevoelig voor variatie in soorteigenschappen en functie van de habitatvormers. Zo blijken oesters en mosselen – op het eerste gezicht twee gelijkaardige soorten – de ontwikkeling van verschillende macroalgen en geassocieerde soorten te faciliteren vanwege hun verschillende ecologische functies. Verder blijkt de morfologie van macroalgen effect te hebben op de soorten die gefaciliteerd worden. Eén primaire habitatvormer kan meerdere facilitatie-cascades genereren met positieve effecten op de biodiversiteit op zowel lange als korte afstanden. Hierdoor worden verschillende habitats sterk met elkaar in verbinding gebracht door een netwerk van positieve interacties. Deze complexe interactienetwerken onderstrepen het belang van cross-habitat managementinitiatieven die als doel hebben de biodiversiteit te vergroten door beheer en herstel van habitatvormende soorten en hun positieve interacties.