Coping with climate change. Energetic costs of avian timing of reproduction
Promotie: dhr. L. te Marvelde, 12.45 uur, Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Proefschrift: Coping with climate change. Energetic costs of avian timing of reproduction
Promotor(s): prof.dr. M.E. Visser
Faculteit: Wiskunde en Natuurwetenschappen
Koolmezen vertikken het nóg eerder te broeden
Luc te Marvelde onderzocht waarom koolmezen het vertikken om hun broedperiode nóg verder aan te passen aan de klimaatsverandering dan dat ze tot nu toe al gedaan hebben. Zijn resultaten wijzen in de richting van een tekort aan insecten om vroeg genoeg te kunnen leggen. Te laat leggen is daardoor waarschijnlijk de best mogelijke optie.
Het broedsucces van veel bosvogels, waaronder koolmezen, hangt af van de timing van het broeden ten opzichte van de jaarlijkse rupsenpiek. Door klimaatsverandering vindt de rupsenpiek nu gemiddeld drie weken eerder plaats dan 30 jaar geleden. Koolmezen zijn ook vroeger gaan broeden, maar niet vroeg genoeg om de verschuiving van het voedselaanbod voor hun jongen bij te benen.
Een mogelijke verklaring is dat er niet voldoende voedsel aanwezig is om vroeg genoeg te kunnen broeden. Te Marvelde onderzocht dit door tegelijk de insectenbeschikbaarheid en het foerageergedrag van koolmeesvrouwtjes te meten. Hij constateert dat de koolmezen vooral foerageerden in bomen waar op dat moment de meeste insecten te vinden zijn, ondanks het feit dat er volop zaden aanwezig zijn die relatief veel meer energie bevatten dan insecten. Opvallend is dat veel koolmezen beginnen met leggen op het moment dat de insectenaantallen in snel tempo toenemen na een periode van lage insectenbeschikbaarheid. Dit duidt op een mogelijke eiwitbeperking voor eiproductie.
Vroeger leggen kan waarschijnlijk niet zonder een verhoging van de energetische uitgaven, omdat eieren dan geproduceerd moeten worden onder koudere omstandigheden, bij een lage voedselbeschikbaarheid en lage efficiëntie van voedselzoeken. Als de fitnessvoordelen van vroeg broeden niet opwegen tegen de fitnesskosten van de verhoogde energetische uitgaven, is het beter later te broeden om de totale fitness te maximaliseren. Helaas kon Te Marvelde niet aantonen dat koolmezen door ‘te laat’ te broeden - en daardoor de voedselpiek deels te missen - hun fitness maximaliseren. Het lukte hem niet om de koolmezen vroeger te laten broeden.
Luc te Marvelde (Groenlo, 1980) studeerde ecologie aan de Rijksuniversiteit Groningen, waar hij promoveert op onderzoek dat hij uitvoerde bij het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW). Dit onderzoek werd gefinancierd met gelden uit de Vici-beurs van zijn promotor Marcel Visser.
Laatst gewijzigd: | 13 maart 2020 00:58 |
Meer nieuws
-
01 oktober 2025
In de Wetenschap-podcast: Ajay Kottapalli over zeehondensnorharen en ultragevoelige sensoren
'In de Wetenschap' is de podcast van de Rijksuniversiteit Groningen. In deze aflevering hebben we Ajay Kottapalli te gast, universitair hoofddocent aan het Engineering and Technology Institute Groningen en medeoprichter van de start-up Sencilia.
-
30 september 2025
Luitenant-generaal Elanor Boekholt-O’Sullivan ontvangt Aletta Jacobsprijs 2026
De Aletta Jacobsprijs 2026 van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) is toegekend aan Elanor Boekholt-O’Sullivan, de eerste vrouwelijke luitenant-generaal bij de Nederlandse krijgsmacht. De Aletta Jacobsprijs wordt op vrijdag 6 maart 2026 uitgereikt...
-
25 september 2025
RUG onderzoeker brengt invloed geluid Waddenzee in kaart
Met een subsidie van het Waddenfonds en het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur gaat RUG professor Britas Klemens Eriksson onderzoek doen naar de invloed van geluid op het onderwaterleven in de Waddenzee.