Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Nieuws Nieuwsberichten

Risk factors for late graft failure and mortality in renal transplantation

09 februari 2011

Promotie: dhr. A.P.J. Vries, 16.15 uur, Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen

Proefschrift: Risk factors for late graft failure and mortality in renal transplantation

Promotor(s): prof. dr. R.O.B. Gans, prof.dr. W.J. van Son

Faculteit: Medische Wetenschappen

 

Risicofactoren voor overlijden aan hart- en vaatziekten na niertransplantatie

Alle ontwikkelingen in de transplantatiegeneeskunde ten spijt, hebben patiënten na een niertransplantatie een verhoogde kans om vroegtijdig te overlijden aan hart- en vaatziekten. In zijn promotieonderzoek toont Aiko de Vries aan dat overbelasting van het hart, een matige nierfunctie en de noodzaak om bloeddrukverlagende medicijnen te gebruiken, een groter risico vormen op vroegtijdig overlijden dan de ontwikkeling van het metabool syndroom.

Bij de meerderheid van de patiënten is een jaar na de niertransplantatie sprake van het metabool syndroom, een verzamelnaam voor een complex van samenhangende risicofactoren voor hart- en vaatziekten. De betreffende risicofactoren zijn overgewicht, hoge bloeddruk en een verslechterd profiel van cholesterolwaarden. De aanwezigheid van het metabool syndroom hangt samen met insulineresistentie en kan bijdragen aan een versnelde ‘slijtage’ van het niertransplantaat.

Vrouwen hebben vaker dan mannen het metabool syndroom na niertransplantatie, en hebben meer gewichtstoename. Overgewicht, de vetverdeling over het lichaam (de zg. appelvorm) en gebruik van het afweeronderdrukkende medicijn prednisolon, blijken belangrijke voorspellers van insulineresistentie na niertransplantatie. In vergelijking met niet-getransplanteerde mensen hebben mensen met een niertransplantatie een 6-7 keer verhoogde kans om vroegtijdig te overlijden. Overbelasting van het hart, een matige nierfunctie en de noodzaak tot het gebruik van bloeddrukverlagende medicijnen verklaren dit verhoogde risico meer dan de aanwezigheid van het metabool syndroom, aldus DeVries.

Aiko de Vries (Groningen, 1976) studeerde geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij heeft zijn promotieonderzoek uitgevoerd bij de afdelingen Interne Geneeskunde en Nefrologie van het UMCG. Het onderzoek werd gefinancierd door de Nierstichting en ZonMw. De Vries is nu werkzaam als internist en transplantatienefroloog in het Leids Universitair Medisch Centrum.

 

Laatst gewijzigd:13 maart 2020 01:11
Deel dit Facebook LinkedIn
View this page in: English

Meer nieuws

  • 06 juni 2025

    India-Nederland Hydrogen Valley Fellowship-programma aangekondigd

    Ter gelegenheid van Wereldmilieudag op 5 juni 2025 maakten het Indiase ministerie van Wetenschap en Technologie en de RUG gisteren de start bekend van een partnerschap voor het Hydrogen Valley Fellowship-programma. Dit programma biedt getalenteerde...

  • 28 mei 2025

    Gaan avondmensen cognitief sneller achteruit dan ochtendmensen?

    Wie ’s avonds opleeft en laat naar bed gaat, heeft een grotere kans op cognitieve achteruitgang dan een ochtendmens, blijkt uit UMCG-onderzoek.

  • 27 mei 2025

    Op avontuur in de hersenen

    In de tentoonstelling Brainstorm in het Universiteitsmuseum leggen Iris Sommer en twee andere Groningse hersenonderzoekers uit wat de link is tussen de darmen en het brein, hoe het werd ontdekt dat de hersenen doen wat ze doen en hoe je gemotiveerd...