Universiteiten in de 21 e eeuw: echte verandering komt van onderop

Een toekomstbestendige universiteit kan niet zonder anarchistisch en utopisch denken. Dat stelt Elke Van dermijnsbrugge, onderzoeker en docent aan NHL Stenden en specialist in onderwijskunde en radicale verandering. Op 27 oktober is ze keynotespreker tijdens het evenement ‘Make it happen’ in House of Connections. Daar gaan deelnemers in gesprek over de rol en relevantie van de universiteit in de 21e eeuw. Van dermijnsbrugge: ‘Wat staat er werkelijk op het spel als we van onderop besluiten het anders te doen?’
Tekst: Jelle Posthuma
Van dermijnsbrugge werkte lange tijd in het internationale onderwijs en is inmiddels al jaren actief als onderzoeker in het hoger onderwijs. In haar onderzoek richt zij zich op speculatief en utopisch denken. Hoe kan er van onderop, bijvoorbeeld binnen een universiteit, worden samengewerkt om verandering mogelijk te maken? ‘Vanuit mijn achtergrond is het natuurlijk heel interessant om te spreken over de toekomst van het onderwijs’, vertelt ze.
Tijdens haar keynote wil Van dermijnsbrugge niet vervallen in doemdenken over de toekomst van het hoger onderwijs. ‘Daar zijn we met z’n allen al goed genoeg in. Ik wil het juist omkeren. Samen schetsen we hoe de universiteit er in 2055 uit kan zien en ontwikkelen we strategieën om daar te komen. Ik noem dat een provocatieve, positieve prikkel. Hoe kunnen we vanuit onze huidige context toewerken naar een betere versie? Dat is realistisch utopisch denken.’
Hyperkwantificatie
Tegelijkertijd erkent Van dermijnsbrugge de uitdagingen van dit moment. Volgens haar zijn er grote, onderliggende problemen. Zo ziet ze in het onderwijs – en niet alleen bij universiteiten – een sterke drang om alles te meten. ‘Er is sprake van hyperkwantificatie. Prestaties van leerlingen en studenten worden gekoppeld aan de economische groei van een land: hoe beter we cijfermatig presteren, hoe gunstiger dat is voor de economie. Maar dit heeft grote gevolgen voor de leerervaring van studenten en de rol van docenten. Wat niet meetbaar is, telt niet.’
Het hangt nauw samen met een andere ontwikkeling in het hoger onderwijs: de commercialisering van universiteiten. ‘Mensen en opleidingen zijn producten geworden. De hoge budgetten voor marketingafdelingen illustreren dat probleem. Natuurlijk, er is sprake van dalende studentenaantallen en instellingen moeten hun voortbestaan veiligstellen, maar het gaat mij om het discours: de manier waarop we praten over studenten en opleidingen.’ Tegenwoordig werken er ‘line managers’ aan universiteiten, zegt ze. Dat is veelzeggend, volgens de onderzoeker: ‘Het draait om hoe we onderwijs percipiëren. Is het een product of een basisrecht?’
Morele verantwoordelijkheid
Tot slot wijst Van dermijnsbrugge op de toenemende druk op de academische vrijheid. ‘Het kritisch denken is aan slijtage onderhevig. Er is veel polarisatie in de samenleving: studenten en docenten ontwijken liever moeilijke politieke gesprekken. Maar juist het debat, het respectvol met elkaar oneens zijn, is van groot belang. Het is iets waarin we ons moeten bekwamen. Universiteiten hebben bovendien een ethische en morele verantwoordelijkheid. Kijk om je heen: er is een grote behoefte aan een moreel standpunt.’ Volgens de onderzoeker vraagt dit ook om nauwere samenwerking met de samenleving. ‘Aan de RUG zijn er prachtige voorbeelden, zoals bij Campus Fryslân, waar mensen echt samen met de gemeenschap aan de slag gaan. Maar dat blijft eerder uitzondering dan regel, waardoor universiteiten vaak op afstand van de maatschappij komen te staan.’
Collectieve verbeeldingskracht
Hoe gooien we het roer om? Daar is volgens Van dermijnsbrugge radicale verbeelding voor nodig. ‘Mensen hebben verbeelding; dat onderscheidt ons van andere soorten. Onze maatschappij is het resultaat van collectieve verbeelding.’ Als docenten en studenten op universiteiten hun collectieve verbeeldingskracht aanspreken, kan dat volgens haar leiden tot radicale verandering. ‘Veel dingen bestaan simpelweg omdat ze “nou eenmaal zo zijn”. Maar wat staat er werkelijk op het spel als we besluiten het anders te doen? Ik gebruik vaak het voorbeeld van de invoering van de euro: klokslag twaalf uur stapten we gezamenlijk over van de gulden naar de euro. Dat werd mogelijk gemaakt door radicale verbeelding.’
Utopisch denken en radicale verbeelding kunnen helpen bij verandering. Maar hoe zetten we die verandering daadwerkelijk in gang? Van dermijnsbrugge benadrukt het belang van consensus. ‘Op dit moment is er vooral meerderheidsdenken: als de meerderheid iets vindt, gaan we ermee aan de slag. Dat is erg zwart-wit. Consensus is veel constructiever: verschillende partijen onderhandelen en komen tot ideeën waar iedereen zich in kan vinden.’ Het zoeken naar consensus kost echter tijd, erkent ze. ‘Er is te weinig tijd om zaken echt uit te diepen, om tot consensus te komen. Dat geldt voor docenten én studenten. De werkdruk en het tempo liggen te hoog.’
Boycotten
Een anarchistische organisatiefilosofie kan helpen om de werkdruk te verminderen, stelt Van dermijnsbrugge. ‘Mensen hebben soms een negatieve associatie met het woord anarchisme. Zo van: dat zijn relschoppers die dingen in de brand steken en bommen gooien. Maar dat is een simplistisch beeld. Het gaat erom hoe wij van onderop – als studenten en docenten – onszelf organiseren om verandering te realiseren. Dat is een groot verschil met een beleidsdocument, dat van bovenaf wordt opgelegd.’
Als voorbeeld noemt Van dermijnsbrugge de mogelijkheid tot boycotten. ‘Ook de term ‘boycot’ is erg beladen, maar dat hoeft het helemaal niet te zijn. Ik noem vaak als voorbeeld het beantwoorden van mails. We leggen elkaar collectief een enorme werkdruk op door snel en in de late uurtjes op mails te reageren. Stel dat we onze mails standaard twee of drie dagen later beantwoorden. Hoe vaak is iets superurgent? Dit stelt de verwachting van mensen bij, je vertraagt het systeem. Als we het collectief doen, kunnen we iets veranderen.’
De keynote vindt plaats op 27 oktober in House of Connections tijdens het evenement Make it happen: Fellows accelerating change together. Na de lezing volgen twee rondes van tafelgesprekken, waarbij experts en deelnemers ingaan op de thema’s onderwijs en werk én mondiale crises in de universiteit van de 21e eeuw, begeleid door verschillende moderatoren. De dag bevat daarnaast momenten voor reflectie, een gezamenlijke lunch en wordt afgesloten met een netwerkborrel.
Het evenement wordt georganiseerd door de Rudolf Agricola School for Sustainable Development. Meer informatie is te vinden op de website van de School.
Laatst gewijzigd: | 23 september 2025 10:49 |
Meer nieuws
-
15 september 2025
Succesvol bezoek aan de RUG door Rector van het Institut Teknologi Bandung
De Rector van het Institut Teknologi Bandung (ITB), prof. Tatacipta Dirgantara, bracht van een driedaags bezoek aan de Rijksuniversiteit Groningen.
-
04 juli 2025
RUG reikt verschillende prijzen uit tijdens Ceremony of Merits
De RUG heeft verschillende prijzen uitgereikt aan excellente onderzoekers en studenten tijdens de Ceremony of Merits op 4 juli 2025.
-
02 juli 2025
Relinde Weil herbenoemd als lid van Raad van Toezicht RUG
Het heeft de Minister behaagd Relinde Weil te benoemen voor een tweede termijn als lid van de Raad van Toezicht RUG.