Skip to ContentSkip to Navigation
Expertisecentrum In the LEAD
Faculteit Economie en Bedrijfskunde
Expertisecentrum In the LEAD Onderzoek

Voorbeeldprojecten met partners

Als expertisecentrum van de Rijksuniversiteit Groningen werken wij samen met andere universiteiten en (internationale) onderzoeksinstituten in verschillende onderzoeksprojecten. Via deze projecten doen we innovatief wetenschappelijk onderzoek en zorgen we voor evidence-based antwoorden op maatschappelijke vragen.

Voorbeeldonderzoeken:


CBS

Managementkwaliteit en microdata: een dataverkenning
Samenwerking met het CBS

In samenwerking met het Centraal Bureau voor de Statistiek doet In the LEAD onderzoek naar managementkwaliteit, op aanvraag van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. De kwaliteit van het management van een representatieve groep van ongeveer 450 grotere industriële bedrijven is in 2018 gemeten door de Rijksuniversiteit Groningen en de Rabobank. Dit was de eerste Nederlandse studie in het kader van de World Management Survey, een internationale standaard op dit terrein. Het CBS heeft de enquêteresultaten gecombineerd met bedrijfseconomische gegevens van de betreffende bedrijven en informatie over hun hoogste baas, de CEO (Chief executive officer).

Dit rapport presenteert de resultaten van een beschrijvend onderzoek van de samenhang tussen de kwaliteit van het management van bedrijven, gedrag en kenmerken van de CEO, bedrijfsprestaties en internationale ontplooiing.


Kets de Vries Institute

Leiderschap over de wereld
Samenwerking met het Kets de Vries Institute (KDVI)

In dit samenwerkingsproject met het Kets de Vries Institute onderzoeken wij de verschillen in leiderschapsgedrag in landen over de hele wereld. Het KDVI is opgericht door Elisabet Engellau en Manfred Kets de Vries, één van ’s werelds vooraanstaande en meest bekende denkers op het gebied van leiderschap. De directeur van het KDVI is Oriane Kets de Vries.

Met behulp van een panel dataset – opgebouwd door Manfred Kets de Vries bij INSEAD – onderzoeken wij de verschillen in evaluaties van top managers (volgens medewerkers en andere belanghebbenden) aan de hand van dimensies als nationaliteit, sector, land van vestiging en cultuur. De centrale vraag in dit project is: heeft iemand’s culturele achtergrond invloed op de manier waarop er naar leiderschap gekeken wordt? Vergeleken met bestaande studies en datasets als het welbekende GLOBE onderzoek naar cross-cultureel leiderschap, biedt deze dataset de mogelijkheid tot een veel gedetailleerdere analyse op verscheidene niveaus.

Dit onderzoeksproject is een gezamenlijke inspanning met Caroline Rook, onderzoeker aan de Henley Business School en research associate bij het KDVI. Bij In the LEAD zijn wij erg blij met dit samenwerkingsproject, met name omdat het nauw aansluit bij onze missie: het bieden van hoogstaand onderzoek en praktische inzichten m.b.t de relatie tussen individueel leiderschap en de organisationele context.



University of Cambridge

Economische en psychologische veerkracht van steden
Samenwerking met University of Cambridge

Binnen dit project met de University of Cambridge onderzoeken wij of de psychologische kenmerken van individuen kunnen verklaren waarom zij beter of juist slechter omgaan met veranderende economische voorspoed. Ter verklaring van deze verschillen en in het bijzonder van het structureel achterblijven van bepaalde gebieden, komen economen steevast aanzetten met factoren als de economische specialisatie of regionale structuur (te veel oude industrie?), de kwaliteit van de lokale beroepsbevolking (teveel laaggeschoolden?), de ligging (te ver van het economische centrum, in casu Londen?) of een containerbegrip als “tekortschietend concurrentievermogen”. Allemaal relevant, maar onderzoek heeft tot u toe ook altijd een groot deel van de verschillen niet kunnen verklaren. In dit onderzoeksproject kiezen we voor een innovatieve benadering, door meer psychologische verklaringen voor de geconstateerde verschillen te vinden. Gebaseerd op een survey onder ruim 400.000 Britten naar de bekende Big5 persoonlijkheidsdimensies (openness, conscientiousness, extraversion, agreeableness en neuroticism) kunnen we per stad in het VK vaststellen wat het psychologische Big5 profiel is.

De onderzoekers van de University of Cambridge die betrokken zijn bij dit project zijn prof. Ron Martin en dr. Jason Rentfrow. De data voor dit onderzoek op het gebied van regionale psychologie zijn gebaseerd op de unieke Britse enquête van Rentfrow en zijn medeauteurs. Daarnaast is Ron Martin één van ’s werelds vooraanstaande experts wat betreft het actuele vraagstuk omtrent de verschillen tussen regio’s, steden en bijbehorende bedrijven en burgers in hun vermogen om te gaan met ontzettingen en structurele veranderingen.

In lijn met onze missie is dit onderzoek cross-disciplinair en worden inzichten uit het vakgebied van de psychologie, economie en geografie gecombineerd.

Bent u geïnteresseerd in de achtergrond van dit onderzoek? U kunt deze twee artikelen raadplegen voor meer informatie:

Lees meer over de voortgang van dit onderzoek op ons blog.


Korn Ferry Hay Group

Effectief leiderschap in mondiale context
Samenwerking met de Korn Ferry Hay Group

In samenwerking met de Korn Ferry Hay Group voert In the LEAD onderzoek uit naar effectief leiderschap in wereldwijde context. Met dit onderzoek geven wij antwoord op vragen als: Welke implicaties doen zich in verschillende landen voor wanneer een buitenlandse manager een leiderschapspositie heeft? En wat zijn de effecten van een belangrijke gebeurtenis als een financiële crisis, economische groei of een fusie op de effectiviteit van leiderschap?

Met behulp van een unieke longitudinale dataset van managers en hun medewerkers, afkomstig van internationale bedrijven uit verschillende sectoren en landen, analyseren wij de relaties tussen leiderschap en prestaties. Daarbij gaan we specifiek op zoek naar variabelen buiten het individuele niveau van de manager, die mogelijk invloed hebben op de effectiviteit van managers. Naast onderzoeker Hein Wendt van de Korn Ferry Hay Group zijn verscheidene onderzoekers van de faculteit Economie en Bedrijfskunde betrokken bij dit project, waaronder Dries Faems en Robert Maseland.

In december 2015 hebben wij onze onderzoeksresultaten gepresenteerd op 'Empirical management conference' aan Stanford University. In het kort laten de resultaten zien dat de financiële crisis heeft geleid tot een toename van directief leiderschapsgedrag. De mate verschilt per sector en per land. In de financiële sector werd er niet directiever gestuurd na de crisis; in productiebedrijven wel. Kennelijk was er in de reële economie een sterker effect van de crisis merkbaar. De toename van directief leiderschap trad vooral op in landen met een hoge zogenaamde 'power-distance' (Hofstede, 2001). In deze landen, waarin ongelijke verdeling van macht geaccepteerd wordt, is dit type leiderschap gebruikelijker en leidt de crisis ertoe dat dit gedrag versterkt wordt.

Een van de vervolgvragen is: Wat zijn de effecten van deze stijging in directief leiderschap op de uiteindelijke prestaties van de betreffende managers en organisaties? Maakt directiever dus ook effectiever? Een andere belangrijke vervolgvraag is of de toename in directief leiderschap na het uitbreken van de crisis in 2008 ook persistent is, dat wil zeggen aanhoudt in de loop der tijd. Deze vragen staan centraal in het vervolgonderzoek van deze studie.

“De database van KFHG wordt op geanonimiseerde wijze gebruikt om gegevens rondom beloning en effectiviteit te analyseren. Hiermee doet de Rijksuniversiteit Groningen onderzoek naar leiderschap en prestaties. Deze onafhankelijke onderzoeksresultaten gebruiken wij weer om vernieuwende aanpakken bij onze klanten te kunnen presenteren.” - Madeline Dessing, Managing Director Benelux Korn Ferry Hay Group

Hofstede, G. (2001). Culture's consequences: Comparing values, behaviors, institutions and organizations across nations. Thousand Oaks, CA: Sage.


AEDES

Leiderschap in woningcorporaties
Samenwerking met Aedes

Samen met Aedes verricht In the LEAD onderzoek naar effectief leiderschap bij woningcorporaties. Woningcorporaties staan onder grote maatschappelijke en politieke druk om beter te presteren en om zich beter te verantwoorden. Mede als gevolg van de parlementaire enquête wordt het toezicht op woningcorporaties niet alleen verscherpt, maar de externe governance verandert ook vergaand van aard. Aedes pleit als koepelorganisatie van de woningcorporaties ook voor een betere interne governance via de raden van bestuur en commissarissen van de corporaties.

Met dit onderzoek trachten wij beter inzicht te krijgen in de slaag- en faalfactoren van leiderschap in corporaties. Daarbij kijken wij niet alleen naar leiderschap van individuele managers, maar onderzoeken ook de context- of omgevingsfactoren die maken dat het management effectief kan opereren. Voorbeelden hiervan zijn kenmerken van de corporatie (de omvang, strategische keuzes, de wijze waarop de RvC stuurt) of van het managementteam (wijze van samenwerken, samenstelling). Vervolgens onderzoeken wij hoe – rekening houdend met de context – het leiderschap in deze organisaties de effectiviteit van een corporatie kan bevorderen, waarbij effectiviteit zowel in financiële als niet-financiële termen wordt gemeten.

Laatst gewijzigd:09 april 2020 13:41
View this page in: English