Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Medische Wetenschappen
University Medical Center Groningen

Necrotizing enterocolitis: the quest for biomarkers

Promotie:Mw. G.J.F. (Anne) van Zoonen
Wanneer:09 november 2015
Aanvang:14:30
Promotor:prof. dr. A.F. (Arend) Bos
Copromotor:prof. dr. J.B.F. Hulscher
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Medische Wetenschappen / UMCG
Necrotizing enterocolitis: the quest for biomarkers

Zuurstof in de hersenen voorspelt ernstige darmziekte bij baby’s

De darmziekte necrotiserende enterocolitis (NEC) is een ernstige aandoening die vooral optreedt bij (veel) te vroeg geboren kinderen. UMCG-onderzoeker Anne van Zoonen concludeert dat kinderen die de eerste twee dagen na de geboorte een laag zuurstofgehalte in de hersenen hebben, een grotere kans hebben om NEC te krijgen. Door na de geboorte van te vroeg geboren kinderen de zuurstofconcentratie in de hersenen te meten, zouden kinderen met een grote kans op NEC al heel snel ontdekt kunnen worden.

NEC ontstaat vrijwel altijd in de eerste levensmaand. Meer dan 90% van de kinderen die de ziekte krijgt is (veel) te vroeg geboren. Maar liefst 15 tot 30 procent van de kinderen overlijdt aan de aandoening. Vroege diagnose en op tijd ingrijpen kan sterfte voorkomen. Daarom onderzocht Van Zoonen of het ontstaan van de ziekte voorspeld kan worden met behulp van markers in de urine, in de ontlasting of het bepalen van de hoeveelheid zuurstof in de hersenen. Artsen kunnen de kinderen dan extra in de gaten houden, zodat de diagnose op tijd gesteld kan worden en de behandeling kan starten voordat het kind ernstig ziek wordt.

Ook de samenstelling van de urine kan gebruikt worden om NEC vroegtijdig vast te stellen, omdat de concentratie van stoffen in de urine verandert op het moment dat een kind NEC krijgt. De samenstelling van de urine is voordat een kind ziek wordt niet anders dan van een kind dat geen NEC ontwikkelt, en is dus geen goede voorspeller voor NEC.

In de ontlasting van pasgeboren baby’s die later NEC ontwikkelden ontdekte Van Zoonen hogere concentraties galzouten, vergeleken met baby’s die deze ziekte niet kregen. Nader onderzoek naar galzouten en de invloed van voeding en medicatie op galzouten zou meer informatie kunnen geven over het ontstaan van NEC.

Anne van Zoonen (1987) studeerde Geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zij voerde haar onderzoek uit aan het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG), als onderdeel van het onderzoeksprogramma Groningen Institute for Organ Transplantation van onderzoeksinstituut GUIDE. Het onderzoek werd gefinancierd door het UMCG, de Junior Scientific Masterclass en de Jan Kornelis Cock Stichting. Van Zoonen is sinds juli 2015 werkzaam als arts-assistent heelkunde in het HagaZiekenhuis in Den Haag.