Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Evenementen Promoties

Flourishing in clinical contexts

Motivation of junior doctors from the perspective of self-determination theory
Promotie:W.E. van der Goot
Wanneer:17 april 2024
Aanvang:12:45
Promotors:prof. dr. A.D.C. (Debbie) Jaarsma, prof. dr. N. (Nico) van Yperen
Copromotor:dr. R.J. (Robbert) Duvivier
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Medische Wetenschappen / UMCG
Flourishing in clinical contexts

Bloeien in klinische contexten

Aantrekken en behouden van bekwaam en bevlogen personeel, waaronder arts-assistenten, is een uitdaging voor zorgorganisaties. Het is van cruciaal belang om (ook) aandacht te besteden aan wat zorgprofessionals nodig hebben om te kunnen floreren, zowel voor henzelf als voor de kwaliteit van zorg. Middels de zelfdeterminatietheorie is, door Wieke van der Goot, onderzocht hoe de wisselwerking tussen de (sociale) omgeving en het individu de motivatie van arts-assistenten beïnvloedt.

De drie psychologische basisbehoeften – autonomie, competentie en verbondenheid – spelen een centrale rol in het bevorderen van motivatie in de leer- en werkomgeving. Arts-assistenten benadrukten dat sociale interacties en verbondenheid, een fysieke ruimte voor concentratie en focus, en mogelijkheden om te oefenen in een open en veilige omgeving van wezenlijk belang zijn voor hun motivatie. Zowel direct contact – met zorgprofessionals en patiënten – als (in)directe communicatie en beleid vanuit verschillende gremia in zorgorganisaties kunnen de drie psychologische basisbehoeften vervullen of frustreren. Bovendien bleek dat medisch specialisten – supervisoren – die qua communicatiestijl aansluiten bij het perspectief en de ervaring van de arts-assistent als lerende, intrinsieke motivatie en welbevinden bevorderen.

De bevindingen onderstrepen het belang van autonomie, competentie en verbondenheid voor arts-assistenten. Voor de dagelijkse praktijk van medische opleidingen betekent dit dat regelmatige afstemming tussen arts-assistenten en supervisoren nodig is om onderlinge verwachtingen en leerbehoeftes af te stemmen. Toekomstig onderzoek kan de ontwikkeling over een langere periode en specifieke kenmerken van deze samenwerkingsrelatie verder in kaart brengen. Het integreren van deze psychologische basisbehoeften in alle lagen van zorgorganisaties lijkt waardevol om een motiverende werk- en leercultuur te creëren voor alle zorgprofessionals.