Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Evenementen Promoties

Learning for life: investigating the potential of language learning as a non-pharmacological intervention in older adults with (past) depression

Promotie:J. (Jelle) Brouwer
Wanneer:18 april 2024
Aanvang:14:30
Promotor:prof. dr. M.C.J. (Merel) Keijzer
Copromotor:dr. R.M. (Remco) Knooihuizen
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Letteren
Learning for life: investigating the potential of language learning
as a non-pharmacological intervention in older adults with (past)
depression

Wat doet een taal leren met depressieve ouderen?

Oudere volwassenen met een depressiegeschiedenis die een taal leren voelen zich minder eenzaam en minder apathisch. De depressiesymptomen veranderen echter niet, en ook blijken de verbeteringen te verdwijnen een paar maanden na het einde van de cursus. De effecten van een korte taalcursus zijn dan ook waarschijnlijk vrij bescheiden. Dat blijkt uit promotieonderzoek van Jelle Brouwer.

Het aantal mensen dat 65 jaar of ouder is, wordt alsmaar groter. Een aantal van hen kampt met oudersdomsdepressie. Depressie gaat vaak gepaard met cognitieve klachten, zowel tijdens als na de depressieve episode. Bovendien hebben mensen die depressief zijn geweest gemiddeld gesproken een hoger risico om de ziekte van Alzheimer te krijgen.

Onderzoekers kijken steeds meer of interventies waarbij geen medicatie wordt toegediend geschikt zijn om cognitief functioneren te verbeteren. Eén van die interventies die de afgelopen jaren veel aandacht heeft gekregen, is het leren van een nieuwe taal. Meertaligen ontwikkelen later dementie, en ook activeert het leren van een nieuwe taal netwerken die achteruitgaan bij het ouder worden. Het leren van een taal is dus een cognitief complexe activiteit die op latere leeftijd mogelijk de hersenen kan beschermen. Ook is een taal leren niet enkel een cognitief complexe, maar ook een sociaal stimulerende activiteit, die iemand een verhoogd gevoel van autonomie en zelfverzekerdheid kan geven. Dit zou uitzonderlijk positief zijn voor mensen die depressief zijn, of zijn geweest. Jelle Brouwer onderzocht daarom wat de effecten waren van een nieuwe taal leren bij ouderen met een depressiegeschiedenis.

In Brouwers onderzoek volgden deelnemers met een depressiegeschiedenis tijdens de pandemie een online taalcursus van drie maanden. Voorafgaand aan de cursus en op meerdere momenten na de cursus, keek Brouwer naar hun welzijn, cognitief functioneren en het Engels-niveau van deelnemers. Het bleek dat ouderen met een depressiegeschiedenis na de cursus minder sociale eenzaamheid ervaarden, en ook dat ze zich minder apathisch voelden, maar Brouwer zag geen verandering in depressiesymptomen. Ook bleken de aanwezige verbeteringen te verdwijnen nadat mensen de cursus een paar maanden niet meer volgden. Dit onderzoek suggereert dat taalleren waarschijnlijk géén langdurige positieve effecten heeft als je een korte cursus volgt. Vervolgonderzoek zou echter kunnen vinden dat lange cursussen – dus meerdere jaren, in plaats van meerdere maanden – op lange termijn dermate sociaal stimulerend en motiverend kunnen werken, dat het je wel weerbaarder maakt tegen verdere depressieve episodes en cognitieve achteruitgang.