Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Evenementen Promoties

New treatment strategies in myelodysplastic syndromes and acute myeloid leukemia

Hypomethylating agents and proteasome inhibitors
Promotie:Mw. L.H. (Lieke) van der Helm
Wanneer:05 oktober 2016
Aanvang:16:15
Promotors:prof. dr. G.A. Huls, prof. dr. E. (Edo) Vellenga, prof. dr. J.J. (Jan Jacob) Schuringa
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Medische Wetenschappen / UMCG
New treatment strategies in myelodysplastic syndromes and acute
myeloid leukemia

Eerste Nederlandse resultaten van nieuwe behandeling voor bloedkanker

De eerste resultaten uit de Nederlandse klinische praktijk met hypomethylerende middelen laten zien dat zulke middelen een goede, alternatieve behandeloptie kunnen zijn voor oudere patiënten met acute myeloïde leukemie (bloedkanker) of het myelodysplastisch syndroom (een tekort aan één of meer soorten bloedcellen). Dat vindt Lieke van der Helm die als promovenda betrokken was bij dit UMCG-onderzoek. Het middel azacitidine bleek in ongeveer de helft van de patiënten effectief. Zelfs patiëntengroepen die slecht reageren op chemotherapie, zoals patiënten met bepaalde ongunstige genmutaties blijken baat te kunnen hebben bij dit middel, en minder bijwerkingen te ondervinden.

De standaard behandeling van acute myeloïde leukemie (AML) en het myelodysplastisch syndroom (MDS) bestaat uit chemotherapie. Deze behandeling geeft niet altijd het gewenste resultaat en is vaak te zwaar, vooral in de grote groep patiënten boven de 60 jaar. (Meer dan de helft van de MDS- en AML-patiënten is ouder dan 70 jaar.) Van der Helm maakte deel uit van een UMCG-onderzoeksteam dat nieuwe behandelmethoden bestudeert. Het gaat hierbij onder andere om de twee hypomethylerende middelen azacitidine en decitabine die al een tijdje op de markt zijn, en waarbij achter de schermen ‘fine-tuning’ van de behandeling plaatsvindt. Dat gebeurt bijvoorbeeld door in aanvullend onderzoek te kijken welke patiëntengroepen het meeste baat hebben bij deze behandeling, en wat vroege tekenen van een goede respons zijn.

Voor azacitidine is dat een snelle verdubbeling van het aantal bloedplaatjes. In Van der Helms onderzoek gebeurde dat bij 16% van de patiënten. Bij het vergelijken van azaciditine met standaard chemotherapie in ruim 200 AML-patiënten van 60 jaar en ouder stelde Van der Helm verder vast dat de overlevingsduur van beide groepen niet verschilde, terwijl chemotherapie meer bijwerkingen geeft. Zij concludeert dan ook dat het middel bij oudere patiënten vaker overwogen kan worden als behandeling van eerste keus.

Lieke van der Helm (1989) studeerde geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zij verrichtte haar onderzoek bij de afdeling Hematologie en onderzoeksinstituut CRCG van het Universitair Medisch Centrum Groningen. Het project werd uitgevoerd in het kader van de Junior Scientific Masterclass. Van der Helm werkt momenteel als arts op de afdeling Interne Geneeskunde van het Martini Ziekenhuis Groningen.