Recurrent respiratory papillomatosis
| Promotie: | Dhr. R.E.A. (Robin) Tjon-Pian-Gi |
| Wanneer: | 12 oktober 2016 |
| Aanvang: | 12:45 |
| Promotors: | prof. dr. B.F.A.M. (Bernard) van der Laan, prof. dr. E.M.D. (Ed) Schuuring |
| Copromotor: | dr. F.G. Dikkers |
| Waar: | Academiegebouw RUG |
| Faculteit: | Medische Wetenschappen / UMCG |
‘Narrow band imaging’ simpel, veilig en effectief bij diagnostiek zeldzame, goedaardige luchtwegaandoening
Wel honderd keer, zo vaak moeten sommige patiënten met de zeldzame, goedaardige, terugkerende luchtwegaandoening larynxpapillomatose onder het mes om luchtwegobstructies te voorkomen en stemproblemen te verminderen. Door tijdens een operatie ook ‘narrow band imaging’ (NBI) te gebruiken, kunnen papillomen (wratvormige kleine gezwellen in het strottenhoofd) beter worden afgebeeld en verwijderd. Het percentage weggehaalde papillomen gaat daardoor omhoog van 81% naar 97%. Dat concludeert KNO-arts in opleiding Robin Tjon Pian Gi. Hij pleit dan ook voor het standaard inzetten van deze techniek bij het in beeld brengen van de bovenste luchtwegen.
Larynxpapillomatose of – in het Engels – recurrent respiratory papillomatosis (RRP) wordt gekenmerkt door kleine, wratachtige afwijkingen in het slijmvlies van de luchtwegen. Die afwijkingen kunnen voorkomen van de neus tot de longen, maar bevinden zich het vaakst in het strottenhoofd. De ziekte wordt veroorzaakt door het humaan papillomavirus (HPV) en komt niet vaak voor. Ter illustratie: in Noord-Nederland zijn er ongeveer zeven nieuwe patiënten per jaar. Er bestaat nog geen behandeling om RRP te genezen. Daarom proberen artsen in de behandeling vooral de ziektelast te verminderen en de kwaliteit van leven te verbeteren, onder andere door het operatief weghalen van papillomen. Tjon Pian Gi onderzocht in vijf studies vijf vraagstukken op het gebied van diagnose, klinisch verloop, behandeling en kwaliteit van leven van RRP-patiënten.
Zoals gezegd concludeert hij onder andere dat NBI een belangrijke rol kan spelen bij het in kaart brengen van papillomen. Deze afbeeldingstechniek maakt oppervlakkige bloedvaten beter zichtbaar en wordt in kankeronderzoek al veel gebruikt om een onderscheid te maken tussen gezond en ziek weefsel. Door NBI te combineren met het gebruikelijke endoscopisch onderzoek met wit licht bleek het mogelijk om in 14 patiënten en in 24 endoscopieën 86 verdachte afwijkingen te verwijderen. Onderzoek in het laboratorium bevestigde vervolgens dat 61 daarvan inderdaad papillomen waren. Zonder de toepassing van NBI zouden elf papillomen niet zijn verwijderd. De andere resultaten uit het proefschrift helpen om patiënten beter voor te lichten over het ziektebeeld en de prognose van deze invaliderende ziekte.
Robin Tjon Pian Gi (1981) studeerde in 2009 af in de geneeskunde aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en is sinds november 2012 in opleiding tot KNO-arts in het Universitair Medisch Centrum Groningen. Hij was tijdens zijn promotieonderzoek verbonden aan onderzoeksinstituut GUIDE van het Universitair Medisch Centrum Groningen.