Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Evenementen Promoties

Identifying markers for premature atherosclerosis in Rheumatoid Arthritis

Promotie:Dhr. L. (Lodewijk) de Groot
Wanneer:01 juni 2016
Aanvang:11:00
Promotors:prof. dr. C.G.M. Kallenberg, prof. dr. A.J. Smit
Copromotors:dr. M. Bijl, dr. M.D. Posthumus
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Medische Wetenschappen / UMCG
Identifying markers for premature atherosclerosis in Rheumatoid
Arthritis

Onderzoek naar samenhang reumatoïde artritis en hart- en vaatziekten

Mensen met reumatoïde artritis die in de vroege fase van hun ziekte hogere spiegels van het ontstekingshormoon angiopoietine-2 hebben, ontwikkelen na 12,5 jaar vaker hart- en vaatziekten. Dat is één van de conclusies van het onderzoek van reumatoloog Lodewijk de Groot naar de samenhang tussen reumatoïde artritis en hart- en vaatziekten. Het afremmen van de ziekteactiviteit met medicijnen blijkt verder te kunnen helpen bij het verbeteren van endotheeldysfunctie van de bloedvaten, de eerste fase van artherosclerose.

Mensen met reumatoïde artritis (RA) krijgen vaker hart- en vaatziekten dan mensen zonder zo’n systemische auto-immuunziekte. Vaak wordt er een onderscheid gemaakt in drie stadia van artherosclerose of ‘aderverkalking’, waarbij de aderen langzaam dichtslibben met vetachtige stoffen en – uiteindelijk – dode cellen. In de eerste fase dringen ontstekingscellen de vaatwand binnen, waardoor het laagje cellen dat de bloedvaten bekleedt niet meer goed functioneert en de vaatwand verstijft. In de laatste fase ontstaat de plaque, een mix van dode cellen en ontstekingsfactoren. De Groot onderzocht de invloed van de ziekteactiviteit op de eerste twee fasen van artherosclerose.

In verhouding met gezonde controlepersonen blijken mensen met reumatoïde artritis al in een vroege fase van de ziekte endotheliale dysfunctie te hebben, de endotheelcellen werken bij hun minder goed dan bij mensen zonder reuma. De Groot stelt verder dat het onderdrukken van de ziekteactiviteit bij RA-patiënten weliswaar helpt bij het verminderen van deze endotheliale dysfunctie, maar dat medicijnen de ontstekingsniveaus niet kunnen verminderen tot het niveau van gezonde controlepersonen. Hij hoopt dan ook dat er in vervolgonderzoek markers gevonden kunnen worden om het individuele risico op het ontwikkelen van hart- en vaatziekten beter in te kunnen schatten, zodat de patiënt daarvoor kan worden behandeld.

Lodewijk de Groot (1969) studeerde geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij verrichtte zijn promotieonderzoek bij de afdeling Reumatologie en Klinische Immunologie van het Universitair Medisch Centrum Groningen, dat het onderzoek ook betaalde. De Groot werkt als reumatoloog in de Isala Klinieken in Zwolle.