Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Actueel Evenementen Promoties

Changing perspectives using nuclear brain imaging: clinical and methodological studies

Promotie:G.N. Stormezand
Wanneer:17 januari 2024
Aanvang:11:00
Promotors:prof. dr. R.A.J.O. (Rudi) Dierckx, prof. dr. H.P.H. (Berry) Kremer
Copromotor:dr. J. (Janine) Doorduin
Waar:Academiegebouw RUG
Faculteit:Medische Wetenschappen / UMCG
Changing perspectives using nuclear brain imaging: clinical and
methodological studies

Veranderende perspectieven met behulp van nucleaire beeldvorming van de hersenen: klinische en methodologische studies

De klinische en methodologische studies beschreven in dit proefschrift van Gilles Stormezand hebben als doel meer helderheid te verschaffen in tot op heden onvoldoende gekarakteriseerde neurobiologische mechanismen bij enkele veelvoorkomende neurologische en psychiatrische aandoeningen, zoals traumatisch hersenletsel en het dwangmatig gebruik van pornografie. Met behulp van positron emissie tomografie (PET) onderzocht Stormezand of neuroinflammatie aanwezig was in een groep actieve kickboksers. De resultaten lieten zien dat dit aanwezig kan zijn in een deel van de kickboksers, hoewel er geen relatie kon worden aangetoond met het presteren op neuropsychologische tests. Toekomstig onderzoek zou wellicht kunnen uitwijzen of dit kan leiden tot latere symptomen, zoals het ontwikkelen van chronische traumatische encefalopathie.

Bij een andere klinische studie werd gekeken naar mensen met problematisch pornografiegebruik. In tegenstelling tot wat doorgaans bij middelenmisbruik wordt gezien, werden er bij deze subjecten geen typische dopaminerge D2/3 reducties gezien in het striatum of hypofrontaliteit. De bevindingen suggereren dat de neurobiologische mechanismen onderliggend aan verslaving aan complexe fysiologische stimuli zoals blootstelling aan pornografie fundamenteel verschillend kunnen zijn dan die ten grondslag liggen aan verslaving aan chemische middelen.

Tenslotte zijn methodologische studies uitgevoerd gericht op presynaptische dopaminerge beeldvorming, dat een rol heeft bij het evalueren van parkinsonisme. De resultaten lieten zien dat er geringe verschillen bestaan in het patroon van presynaptische dopaminerge tekorten bij verschillende parkinsonsyndromen. Deze informatie kan gebruikt worden bij de beoordeling van presynaptische dopaminerge scans in de kliniek.