Skip to ContentSkip to Navigation
Onderdeel van Rijksuniversiteit Groningen
Science LinX Leerlingen DIY Science Proefjes voor thuis

Tsjaikovski is veel te subtiel

Aflevering 34

Voor onderhoudende experimenten heb je niet per se een groot laboratorium nodig. Met papier, koperdraad en een magneetje maak je je eigen luidspreker.

Muziek jatten mag – Bob Dylan heeft het zelf gezegd. In een interview met het tijdschrift Rolling Stone in 2006 zei de oude bard dat de kwaliteit van de meeste moderne muziek zo beroerd is dat je het best illegaal kunt downloaden. “Het istoch niks waard”, aldus Dylan. Voor de duidelijkheid: hij bedoelt de ópnamekwaliteit.

Is de geluidkwaliteit van moderne, digitale opnamen echt slechter? Een korte speurtocht op Google leert dat daarover wijd uiteenlopende meningen bestaan. Het kan natuurlijk zijn dat Dylan gewoon heimwee heeft naar de goeie ouwelangspeelplaat. Jammer Bob: tijden ver-a-nderen. Maar goed, voor slechte muziek hebben we de platenindustrie niet nodig. Die maken we met een zelfgebouwde luidspreker in het lab.

Eerst even een lesje basale luidsprekeranatomie. In z’n simpelste vorm bestaat een luidspreker uit drie onderdelen: de conus, dat is het deel dat trilt en zo geluid produceert, met daar aan een koperdraadspoel met daarin een magneet.

Als er een elektrisch stroompje door de draadspoel gaat, ontstaat een magnetisch veld waarvan de richting en de kracht afhankelijk zijn van de stroomrichting en sterkte. Door de wisselwerking tussen het magneetveld van de spoel en hetmagneetveld van de vaste magneet in de luidspreker, begint de spoel te trillen. Omdat de spoel vastzit aan de conus, begint die ook te trillen. En zie (en hoor): geluid.

Neem een stuk papier, een of meer schijfvormige (neodymium)magneetjes van ongeveer een centimeter doorsnee en koper wikkeldraad (doorsnee 0,1 mm, bij de elektronicawinkel) en krokodillenklemmetjesof een koptelefoonstekkertje (ook bij de elektronicazaak).

Knip uit het papier een cirkel van zo’n vijftien centimeter doorsnee en knip die cirkel in een rechte lijn van de rand tot het middelpunt. Vouw de twee randen van de cirkel nu zo over elkaar dat je een (vrij platte) kegel krijgt. Lijm de boel met prittstift of iets dergelijks aan elkaar, rol uit het overgebleven papier een kokertje van ongeveer een centimeter doorsnee, lijm het uiteinde vast.

Wikkel nu een flink stuk van het koperdraad rond het papieren kokertje – eventueel kun je de eerste paar wikkelingen vastzetten met plakband of vastlijmen. Maak vervolgens het koptelefoonstekkertje vast aan de uiteinden van de koperdraad en lijm het kokertje op de punt van de papieren kegel.

Nu heb je alleen nog een geluidsbron nodig. Je kunt het proberen met je mp3-speler of met de koptelefoonuitgang van je stereo, maar waarschijnlijk is het uitgangssignaal daarvan niet sterk genoeg om hoorbaar geluid te maken met je zelfbouwluidspreker.

Je hebt dus een versterker nodig. Zo’n versterker zit bijvoorbeeld in de luidsprekertjes van je pc. Het is een beetje vreemd om een luidspreker te slopen om een luidspreker te maken, maar vooruit: schroef de boxjes open maak de uiteinden van het koperdraad met twee krokodillenbekjes vast aan de aansluitpunten van de pc-luidspreker (beter nog: sloop die hele luidspreker eruit) en je bent klaar om te gaan.

Zet een muziekje op en hou de magneet in het papieren kokertje. Zodra je de magneet naar binnen beweegt, hoor je geluid. In het Boemlab probeerden we de luidspreker eerst met Tsjaikovski. Te subtiel. Het lo-fi luidsprekertje werkt het beste met onderscheidbare, stevige klanken en flinke dynamiek: flinke bas met af en toe een gitaar.

Denk bijvoorbeeld aan The Pixies, Amerikaanse post-punk pre-grunge en de uitvinders van de high-contrast dynamics, een muziekstijl waarbij het couplet bestaat uit ingehouden bas en drum met een klein beetje gitaar om vervolgens in het refrein te ontbranden in woeste boemketelmuziek.

Als dat wat abstract klinkt, stel je dan even Smells Like Teen Spirit van Nirvana voor: rustig couplet, woest refrein. Ook heel geschikt, maar wel afgekeken van de Pixies.

Als je goed luistert, kun je trouwens horen dat Kurt Cobain het refrein twee keer heeft ingezongen. Afgekeken van John Lennon. Maar waarschijnlijk is de geluidkwaliteit van de zelfbouwluidspreker niet goed genoeg om dat te horen – dat van dat twee keer zingen, niet dat van Lennon.

Auteur: Ernst Arbouw

Laatst gewijzigd:12 april 2021 13:15