Skip to ContentSkip to Navigation
Aletta Jacobs School of Public Health
Together for more healthy years
Aletta Jacobs School of Public Health
Header image AJSPH

AJSPH

Recht op een gezonde mond

Datum:22 juni 2023
Promovendus Dominique Mollet, Foto: Marcel Spanjer
Promovendus Dominique Mollet, Foto: Marcel Spanjer

Wereldwijd zijn er 550 miljoen kinderen die met onbehandelde gaatjes (cariës) rondlopen, terwijl het steeds duidelijker wordt dat gebitsproblemen een nadelige uitwerking hebben op de rest van je gezondheid. Belangrijk dus om je mond gezond te houden. En daar kun je niet vroeg genoeg mee beginnen, vindt Dominique Mollet. De promovendus Gezondheidsrecht wil dat er door juridisch onderzoek meer aandacht komt voor mondgezondheid. Hiervoor werkt ze onder andere samen met de Aletta Jacobs School of Public Health .

Dominique Mollet zit bijna in het derde jaar van haar promotietraject, een samenwerking tussen de Joint Research Centre (Europese Commissie) en de Rechtenfaculteit van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG). ‘Ik ben altijd geïnteresseerd geweest in een goede lifestyle, hoe je door de juiste keuzes te maken je gezondheid kunt beïnvloeden. Mijn onderzoek naar het Recht op Mondgezondheid sluit hier naadloos op aan’, vertelt de promovendus.

Mollet focust zich op wat recht op mondgezondheid eigenlijk is: ‘Het begrip volksgezondheid draait vooral om algemene gezondheid en mondgezondheid wordt hierin vaak vergeten. Mijn onderzoek richt zich op: hoe verhoudt mondgezondheid zich tot het recht op gezondheid? Wat is eigenlijk het recht op mondgezondheid? Als het aankomt op ons gebit, wat zijn dan onze rechten? Wat zijn de mensenrechtenverplichtingen van de overheid? Daarna ga ik verder met de wet: welke wetten kunnen mondgezondheid beïnvloeden? Via juridisch onderzoek wil ik meer aandacht krijgen voor mondgezondheid.’

Gaatjes bij kinderen

In haar onderzoek kijkt Mollet specifiek naar gaatjes bij kinderen. Er zijn wereldwijd 550 miljoen kinderen die met onbehandelde cariës rondlopen. Uit onderzoek in de Verenigde Staten blijkt dat kinderen daardoor vaak achterlopen in hun ontwikkeling. Ze noemt cariës een chronische ziekte die voorkomen kan worden. ‘Suiker is dé veroorzaker van gaatjes. Bij wetgeving om de consumptie van suiker aan banden te leggen, is er alleen aandacht voor diabetes en obesitas, terwijl gaatjes in het gebit de enige ziekte is waarbij voor 100 procent is bewezen dat suiker eraan ten grondslag ligt. Toch denken we daarbij niet na over onze wetgeving ten aanzien van suiker. Gek toch? Daar wil ik aandacht voor creëren. Als we kijken naar suikerwetgeving, dan moet mondgezondheid worden meegenomen’, aldus de promovendus.

Effect op de totale gezondheid

Gebitsproblemen hebben een nadelige uitwerking op de rest van de gezondheid. Een ziekte in je mond kan effect hebben op je totale gezondheid. ‘Bloedinfecties kunnen via de mond komen, en sommige wetenschappers leggen ook een link tussen dementie en mondgezondheid, omdat bij mensen met dementie wel eens orale bacteriën in de hersenen zijn gevonden. In het buitenland worden kinderen met vergevorderde cariës soms zelfs onder narcose behandeld, wat natuurlijk risico’s met zich meebrengt. In ontwikkelde landen zijn gaatjes de meest voorkomende reden waarom kinderen in het ziekenhuis worden opgenomen’, legt Mollet uit.


Ze pleit voor wetgeving die gaatjes moet voorkomen: ‘Als we het over mondgezondheid hebben, gaat het altijd over de tandarts, maar er zijn meerdere factoren die van belang zijn: suikerinname, mondhygiëne, poetsen en flossen, het gebruik van fluoridetandpasta, en uiteindelijk ook de tandarts, die naast een curatieve rol natuurlijk ook een preventieve rol heeft. Maar de suikers waar het allemaal mee begint, die vergeten we gewoon heel vaak.’

Suikertaks

Mollet pleit daarom voor een een combinatie van maatregelen: ‘Een preventieve wet zou belasting op suiker kunnen zijn, de zogeheten suikertaks, waardoor producten met suiker flink duurder worden. Wetenschappers zijn het er alleen niet over eens wat het effect hiervan is. Bij cariës gaat het namelijk niet om de hoeveelheid suikers die je eet, maar om hoe vaak je suikers inneemt. Ik pleit voor een combinatie van verschillende maatregelen. Je kunt denken aan het aan banden leggen van het adverteren voor zoete producten. Je zou alternatieve zoetstoffen kunnen bevorderen, informatie op producten mag niet misleidend zijn. Er zijn zoveel beleidsopties. Wat wel of niet werkt, moeten we uitzoeken.’

Een mooie ontwikkeling is dat in Nederland per 2024 de belasting op drankjes, behalve mineraalwater, omhooggaat. Mollet: ‘Nederland heeft daarnaast officieel, op vrijwillige basis, de Nutri-Score aangenomen, een label waardoor je makkelijker kunt kiezen voor gezonde voeding. Ik hoop dat er zowel in Nederland als in Europa door mijn proefschrift meer aandacht in de wet komt voor mondgezondheid. De focus ligt nu op de individuele verantwoordelijkheid. Je moet zelf weten of je suikers eet. Je moet zelf kiezen of je ’s avonds niet te moe bent om je tanden te poetsen. Wij willen die verantwoordelijkheid vervangen door wetten die mensen beschermen. Via een wet kun je het verschil maken voor gezondheid. Gezondheid begint bij een gezonde mond.’

Aletta is goud waard

Dominique prijst zich gelukkig dat zij tijdens haar promotieonderzoek nauw kan samenwerken met de Aletta Jacobs School of Public Health. ‘De faciliterende rol die Aletta speelt is goud waard. Het samenwerkingsverband tussen de Rijksuniversiteit Groningen, het UMCG, de Hanzehogeschool Groningen en NHL Stenden Hogeschool beschikt over een zeer uitgebreid netwerk van mensen en organisaties waar je als promovendus toegang tot krijgt en mee kunt samenwerken. Mijn promotor Brigit Toebes, hoogleraar gezondheidsrecht aan de RUG, is ook wetenschappelijk directeur bij de Aletta Jacobs School of Public Health. We hebben gezamenlijk een evenement georganiseerd waarbij verschillende partijen vanuit onderzoek en praktijk een aanzet maakten om tot een meer integrale aanpak van mondgezondheid te komen. Aletta ondersteunt je waar mogelijk om je onderzoek onder de aandacht te krijgen, zodat je proefschrift niet in een la verdwijnt, maar tot beleid en wetten leidt.’

Contact