Skip to ContentSkip to Navigation
Research DNPP Thema's

Blog Provinciale Statenverkiezingen 2023

Op woensdag 15 maart 2023 zijn er verkiezingen in Nederland. Er kan dan gestemd worden voor de Provinciale Staten en het waterschap. Om alvast in de stemming te komen publiceert het DNPP in de aanloop naar de stembusgang een serie wekelijkse blogs met interessante weetjes over de Provinciale Statenverkiezingen.

Verrassende uitslagen

Gepubliceerd op: 15 maart 2023

Op 16 maart wordt de uitslag bekend van de verkiezingen voor de Provinciale Staten. Meestal volgen alle provincies de landelijke trend. Dat bleek ook bij de laatste Statenverkiezingen in 2019, toen FVD won – de meest opvallende landelijke zege in de recente geschiedenis.  Baudet behaalde met zijn partij 86 zetels, waarmee Forum de VVD en het CDA achter zich liet en als grootste uit de stembus kwam. In Flevoland, Noord-Holland en Zuid-Holland was de partij het meest succesvol; in de overige provincies kwam FVD op de tweede of derde plaats.

decoratieve afbeelding
FVD Affiche 2019

Een opvallende uitslag, maar waar had FVD deze provinciale monsterzege aan te danken? Zo groot was de partij, die bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2017 twee zetels had behaald, immers niet. Een deel van de winst van Forum zal van de PVV van Wilders zijn gekomen: net als de PVV-leider zette Baudet zich scherp af tegen migratie- en vluchtelingenbeleid van het kabinet en speelde hij in op nationalistische sentimenten. Zo sprak hij bijvoorbeeld over de ‘homeopa­thi­sche verdunning van het Nederlandse volk’. Ook profileerde Forum zich door klimaatverandering te ontkennen. Al met al lijkt het overheids-wantrouwige, anti-immigratie en klimaatsceptische tegengeluid dat FVD in de Tweede Kamer liet horen bij een deel van de kiezers te zijn aangeslagen.

Niet altijd is in de provinciale uitslagen de landelijke tendens zichtbaar: regionale partijen kunnen voor uitzonderingen zorgen. Een duidelijk voorbeeld hiervan is de Fryske Nasjonale Partij (FNP), die al sinds 1966 in de Friese Staten zit. De Partij Nieuw Limburg zorgde in 1987 voor een verrassing, toen zij bij de Provinciale Statenverkiezingen in Limburg onverwacht vier zetels won.

decoratieve afbeelding
CNP Affiche - Fré Meis

Soms doet een landelijke partij het in één provincie veel beter dan elders. Hèt voorbeeld daarvan is de Communistische Partij van Nederland (CPN), die bij de Provinciale Statenverkiezingen in Groningen in 1970 14,2% van de stemmen kreeg. De CPN stak in Groningen met kop en schouders boven de rest van Nederland uit; in de overige provincies behaalde zij gemiddeld nog niet eens 4%. Dit Groningse succes was te herleiden naar één man: Fré Meis – hij was hèt gezicht van de communisten in het noorden van Nederland. Dat had hij vooral te danken aan zijn rol als actievoerder: aan het einde van de jaren zestig leidde hij stakingen tegen de dreigende sluiting van een aantal strokartonfabrieken. Van een ‘Meis-effect’ in Groningen wilde hij niet weten: Meis schreef de winst toe aan het vertrouwen van de ‘arbeidersmassa’s ’ in zijn partij.

decoratieve afbeelding
Martinitoren met Sovjet-ster, naar aanleiding van de verkiezingszege van de CPN, in het Nieuwsblad van het Noorden, 19 maart 1970

Regionale partijen krijgen voet aan de grond in Provincie Groningen

Gepubliceerd op: 10 maart 2023

decoratieve afbeelding
Affiche Grönneger Bond uit 1974

Lokale en regionale partijen zijn in opkomst. Zo ook in Groningen, waar de steun voor regionale partijen aanvankelijk moeizaam op gang kwam. De pionier was hier de Oost-Groninger Harm Meijer (voor Groningers Haarm Maaijer), die in 1974 de Grönneger Bond oprichtte. Zes jaar later veranderde hij de naam in Federalistische Partij Grunneger Bond. Meijer deed met die partij mee aan de Provinciale Statenverkiezingen van 1974, 1978, 1982 en 1987, zonder ooit een zetel te behalen. Zelfs het affiche waarmee Meijer in 1974 extra stemmen hoopte te trekken, leverde geen zetel op. Na vier vergeefse pogingen hief Meijer de partij op en een jaar later overleed hij.

decoratieve afbeelding

De Grönneger Bond was niet de enige regionale partij die veertig jaar geleden al meedeed. In 1982 deed ook de Verontruste Provinciale Statengroep onder leiding van oud-PvdA-gedeputeerde Ina Martens mee, maar ook deze behaalde geen zetel.

Meer regionale partijen

Na twee provinciale verkiezingen zonder regionale partij deden er in 1999 weer twee Groninger partijen mee: De Groningers en de Onafhankelijke Partij Provincie Groningen, echter beide ook zonder zetels te behalen.

Vier jaar later werd het beter, toen de pas opgerichte Partij voor het Noorden meedeed. Deze haalde meteen twee zetels in de Groningse Provinciale Staten. In 2007 echter moest ze er weer een van afstaan. Ook in 2011 haalde de partij een zetel, maar deze verloor ze al gauw nadat het gekozen Statenlid uit de partij stapte, maar wel haar zetel behield.

Meer zetels

Vanaf 2015 krijgen de regionale partijen de wind in de zeilen. In dat jaar deden er maar liefst zes regionale partijen mee: Groninger Belang, Partij voor het Noorden, Groningen Centraal, Grunnegers veur Stad en Ommeland, Red het Noorden, en de Seniorenpartij Groningen. Groninger Belang behaalde drie zetels en de Partij voor het Noorden wederom een. In 2019 wisten die beide partijen die zetels te behouden en ook in 2023 doen ze weer mee aan de Statenverkiezingen in Groningen.

decoratieve afbeelding

Hoewel Groningen niet per se representatief is, lijkt het er wel op dat de toenemende invloed van regionale partijen, en zeker lokale partijen, ook nationaal een trend is.

Blog 2: Hoe 'provinciaal' zijn de thema’s in deze verkiezingen?

Gepubliceerd op: 2 maart 2023

Aanvankelijk werden de Provinciale Statenverkiezingen vooral beschouwd als een bestuurlijke aangelegenheid waarbij de kiezer een vertegenwoordiger koos voor het provinciale bestuur. De algemene opvatting was dat de provincie zich met besturen bezighield en niet met politiek. Met de opkomst van politieke partijen aan het einde van de negentiende eeuw werden politieke vraagstukken echter steeds belangrijker. Partijen hadden in de door de Statenleden gekozen Eerste Kamer steun nodig om hun beleidsvoornemens met succes door het parlement te loodsen, en benadrukten daarom steeds vaker het belang van de Statenverkiezingen. Om kiezers te mobiliseren om naar de stembus te gaan, begonnen zij met het opzetten van verkiezingscampagnes voor de Provinciale Staten, waarmee ze de verkiezingen politiseerden.

Terugkerende thema’s

Er zijn door de jaren heen vele campagnes gevoerd voor de Provinciale Statenverkiezingen. Het is opvallend dat deze ‘second order’-verkiezingen (die minder belangrijk worden geacht dan de Tweede Kamerverkiezingen) vaak worden gezien als een landelijke graadmeter van het kabinet. Zowel de coalitie als de oppositie spreken zich hierover uit.

decoratieve afbeelding
De KVP was bij de Provinciale Statenverkiezingen in 1966 vóór de regering en de PVV was in 2019 tégen de regering.
decoratieve afbeelding
De PvdA wilde in 2019 verbetering van de huisvesting.

Als het zittende kabinet volgens de kiezers niet goed functioneert, kunnen de partijen die in het kabinet vertegenwoordigd zijn worden afgestraft. Vanwege deze beoordeling van het kabinet komen in de verkiezingscampagnes dan ook vaak landelijke thema’s terug – zoals in deze campagne het stikstofbeleid en migratie.

Andere onderwerpen die in het verleden een rol speelden zijn bijvoorbeeld het behoud van recreatiegebieden, de opslag van kernafval en het verbeteren van huisvesting. Het is opvallend dat er relatief weinig provincie-specifieke thema’s aan bod komen, waardoor er weinig verschil is tussen de campagnes in verschillende provincies. Vanaf het einde van de jaren tachtig komen er echter meer regionale aangelegenheden aan bod, zoals de aanleg en verbetering van wegen, de aanleg van fiets- en wandelroutes en de realisatie van de Nedersaksenlijn. Tegelijkertijd neemt het aantal provinciale partijen in het provinciaal bestuur toe.

Opvallende campagnes

Hoewel er dus doorgaans weinig verschillen zijn tussen de campagnes in verschillende provincies, zijn er wel een aantal opvallende acties geweest. Zo vond er in de jaren vijftig eigenlijk al politieke microtargeting plaats voor huisvrouwen, waarbij gratis breipatronen in combinatie met een politieke boodschap werd verspreid. Een andere creatieve campagne was de rebus van de PPR in de provincie Groningen, waarbij werd opgeroepen tot een grote voorjaarsschoonmaak in het provinciehuis. Met de boodschap ‘Alleen zó stemt U goed!’ probeerde de CPN kiezers van de enige juiste manier van stemmen te overtuigen.

decoratieve afbeelding

Ook dit jaar halen partijen weer van alles uit de kast om kiezers te mobiliseren. Een rondgang langs de partijen leert dat ze veel geld uitgeven aan deze verkiezingscampagne, maar het is de vraag of hun acties dit jaar net zo creatief uitpakken als de bovengenoemde.


Blog 1: Opkomst bij Provinciale Statenverkiezingen

Gepubliceerd op: 22 februari 2023

Waar gaan de Provinciale Statenverkiezingen over?

Om de vier jaar worden de leden van de Provinciale Staten gekozen. De Provinciale Staten zijn de volksvertegenwoordigers van de provincie. Zij bepalen het beleid van de provincie en controleren de Gedeputeerde Staten (het dagelijks bestuur van de provincie). Het aantal leden van de Provinciale Staten hangt af van het aantal inwoners: hoe meer inwoners een provincie heeft, des te meer Statenleden. Het aantal varieert van 39 in Zeeland tot 55 in Gelderland, Noord-Brabant, Noord-Holland en Zuid-Holland. In totaal zijn er 570 Statenleden. Nadat ze zijn aangetreden kiezen zij de 75 Eerste Kamerleden. Door te stemmen bij de Provinciale Statenverkiezingen hebben kiezers dus niet alleen rechtstreeks invloed op de provinciale politiek, maar ook op de samenstelling van de Eerste Kamer.

Wie mag er stemmen?

Stemgerechtigd voor de Provinciale Statenverkiezingen zijn de Nederlandse inwoners van de 12 provincies die op de dag van de stemming minimaal achttien jaar oud zijn. De eilanden van Caribisch Nederland horen niet bij een provincie, maar ook de Nederlandse inwoners van Bonaire, Sint-Eustatius en Saba gaan op 15 maart naar de stembus. Zij kiezen de leden van drie kiescolleges, die vervolgens stemrecht hebben tijdens de Eerste Kamerverkiezingen. In 2023 mogen voor het eerst ook Nederlanders op Aruba, Curaçao, Sint-Maarten en in het buitenland meestemmen. Zij stemmen op kandidaten van het zogeheten ‘Kiescollege niet-ingezetenen’. Dit kiescollege geeft Nederlanders in het buitenland de mogelijkheid om invloed uit te oefen op de samenstelling van de Eerste Kamer.

Hoe zit het met de opkomst?

De opkomst bij de Provinciale Statenverkiezingen is doorgaans een stuk lager dan bij de nationale en lokale verkiezingen. Bij de Tweede Kamerverkiezingen is de opkomst meestal rond de 80 procent, wat in internationaal opzicht relatief hoog is. De Provinciale Statenverkiezingen kunnen echter op beduidend minder belangstelling rekenen: met de afschaffing van de opkomstplicht kelderde de opkomst van bijna 96 procent in 1966 naar ongeveer 69 procent in 1970. Sinds de jaren negentig schommelt de opkomst rond de 50 procent, wat betekent dat bijna de helft van de kiesgerechtigden geen gebruik maakt van de mogelijkheid om te gaan stemmen. Bij de Provinciale Statenverkiezingen van 2019 lag de opkomst op 56,2 procent. Dit was de hoogste opkomst in ruim dertig jaar. Alleen in 2011 was de opkomst vergelijkbaar, toen ging 56 procent naar de stembus.

opkomst-ps
Bron: https://www.kiesraad.nl/

De hogere opkomst in 2011 en 2019 is deels te verklaren door politisering. Als landelijke kopstukken van partijen zich bijvoorbeeld met de campagne bemoeien, dan zijn kiezers ook geneigd om de verkiezingen als ‘landelijk’ en dus ‘belangrijk’ te gaan interpreteren. Over het algemeen is de opkomst hoger als kiezers vinden dat er iets op het spel staat. Bij de Tweede Kamerverkiezingen hebben veel mensen het gevoel dat de verkiezingen ergens over gaan. Bij niet-nationale verkiezingen lijkt dat minder het geval te zijn. De Provinciale Statenverkiezingen worden daarom ook vaak als second-order elections of ‘tweederangs’ gezien. Uit onderzoek blijkt ook dat er doorgaans minder belangstelling voor en kennis over deze bestuurslaag is dan bij de lokale en nationale verkiezingen.

Hoeveel kiezers in 2023 de weg naar het stemhokje vinden moet nog blijken. De opkomst blijft in ieder geval een belangrijk thema voor politicologen, politici en beleidsmakers. Het is namelijk niet alleen een maatstaf voor de interesse voor de (provinciale) politiek, maar ook een graadmeter voor het functioneren van de democratie.

Laatst gewijzigd:12 april 2023 10:23