1 | Archaeology: Italy and the Roman Empire | LPX054B10 |
Dit college behandelt thema's in de archeologie van Rome en het Romeinse Rijk vanaf de vroege fase van staatsvorming in de IJzertijd via de ontwikkeling van Rome als een Mediterraan Rijk tot aan het eind (transformatie) van dit rijk in het eerste millennium n. Chr. De eerste helft van de cursus richt zich op de periode 1000-400 v. Chr., en behandelt de archeologie van Etrusken, Latijnen en Rome en haar vroege kolonies. De nadruk ligt in dit deel van de cursus op thema's als stadsvorming, staatsvorming, religie, grafcultuur en culturele identiteit. De tweede helft van de cursus richt zich op de periode tussen 400 v. Chr. en 400 n. Chr. en behandelt thema's zoals Imperialisme, Romanisering, globalisering, gender, sociale status en identiteit, migratie en grenzen. In beide delen van de cursus worden verschillende soorten archeologisch materiaal (en gerelateerde problemen in hun interpretatie) gebruikt om actuele debatten over de genoemde thema's te behandelen. Daarbij gebruiken we verschillende leer-activiteiten (hoorcolleges, videos, groepsopdrachten, een essay en modelinge presentaties) en trainen zo ook diverse academische vaardigheden. |
Faculteit | Letteren | Voertaal | Engels en Nederlands | Docent(en) | | Onderwijsvorm | werkcollege | Toetsvorm | opdrachten, essay | ECTS | 10 | Entreevoorwaarden | Deze cursus sluit aan op Ba1-cursus De archeologie van de Romeinse wereld: een introductie. Voorkennis over de voornaamste bronnen en benaderingen binnen de Romeinse archeologie is vereist om succesvol aan deze cursus deel te nemen. |
|
| terug naar boven |
|
2 | Inleiding op de Oud-Griekse wereld | LQX033P05 |
Het chronologisch opgezette college ´Cultuurhistorie van de oudheid´ richt zich op kennisverwerving van en inzicht in de Griekse en Romeinse beschavingen in de periode van de Oudheid. Door middel van beknopte inleidingen in de Oude Geschiedenis, Klassieke Archeologie en Filosofie van de Oudheid, die verzorgd worden door docenten van deze drie vakgroepen, richt dit vak zich op het bieden van de noodzakelijke historische en culturele context voor een beter begrip van de auteurs uit de oudheid. Aan de hand van wekelijkse colleges en opdrachten waarbij teksten uit de oudheid in een bredere historische, filosofische en/of archeologische context geplaatst worden, wordt de meerwaarde van de integratie van een tekst in een ruimere culturele context geïllustreerd en benadrukt. Het vak bestaat uit twee losse modules, een Grieks en een Romeins deel, van elk 5 ECTS. Dit eerste deel richt zich op de geschiedenis, filosofie en (materiële) cultuur van de Griekse wereld in de oudheid. |
|
| terug naar boven |
|
3 | Inleiding op de Romeinse wereld | LQX034P05 |
De chronologisch opgezette colleges “Inleiding op de Oud-Griekse Wereld” en “Inleiding op de Romeinse Wereld” richten zich op de Griekse en Romeinse beschavingen in de periode van de Oudheid. Door middel van beknopte inleidingen in de Oude Geschiedenis, Klassieke Archeologie en Filosofie van de Oudheid, die verzorgd worden door docenten van deze drie vakgroepen, richt dit vak zich op het bieden van de noodzakelijke historische en culturele context voor een beter begrip van de auteurs uit de oudheid. Aan de hand van wekelijkse colleges en opdrachten waarbij teksten uit de oudheid in een bredere historische, filosofische en/of archeologische context geplaatst worden, wordt de meerwaarde van de integratie van een tekst in een ruimere culturele context geïllustreerd en benadrukt. Het vak bestaat uit twee modules, een Grieks en een Romeins deel, van elk 5 ECTS. Dit tweede deel richt zich op de geschiedenis, filosofie en materiële cultuur van de Romeinse wereld in de oudheid. |
|
| terug naar boven |
|
4 | Oude Geschiedenis | LGX047P05 |
Het chronologische college ‘Oude Geschiedenis´ richt zich op kennisverwerving van en inzicht in gebeurtenissen en ontwikkelingen van de periode van de Oudheid (van ca. 3000 v. Chr. tot ca. 500 na Chr.). De hoorcolleges bieden historische overzicht van de betreffende periode. De werkcolleges concentreren zich op handboekbegeleiding, op het maken van opdrachten aan de hand van (bron)teksten en discussie daarover. |
|
| terug naar boven |
|
5 | Themacollege Cultuurgeschiedenis | LGX258B10 |
Hoorcollege: kennismaking met historiografie van de cultuurgeschiedenis,en theorieën die van grote invloed zijn geweest op het vak. Werkcollege: uitdieping van een specifiek onderwerp uit de cultuurgeschiedenis in de context van een periode. Dit onderwerp dient een zekere breedheid en diepgang te hebben, zodanig dat de op het hoorcollege gepresenteerde theorieën alsmede de in de bijbehorende literatuur behandelde theorie aan de orde komen, terwijl tevens een verdieping plaats vindt van de kennis van de specifieke periode.Centraal staan in de werkcolleges het cultuur-historisch interpreteren van bronnen (textueel en visueel). |
|
| terug naar boven |
|