Informatie over Ma Nederlands Recht - specialisatie Arbeidsrecht
Hieronder staan het programma en de vakomschrijvingen van Ma Nederlands Recht - specialisatie Arbeidsrecht Klik op de naam van een vak in een schema om naar de omschrijving te gaan.
» Jaar 4 (Verplichte onderdelen) | |||||||
Periode | Type | Code | Naam | Taal | ECTS | Uren | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
hele jaar | c. verplicht | RG00061012 | Masterscriptie | Nederlands | 12 | ||
semester I | b. verplicht | RGDOS017 | Seminaar Nederlands Recht | Nederlands | 6 | variabel | |
semester I a | verplicht | RGMHA00106 | Arbeidsovereenkomstenrecht | Nederlands | 6 | 2 | |
a. verplicht | RGMHA00606 | Ondernemingsrecht 1 (NV- en BV Recht) | Nederlands | 6 | 4 | ||
semester I b | verplicht | RGMHA03006 | Europees Arbeidsrecht | Nederlands | 6 | variabel | |
verplicht | RGMBE01006 | Sociale Zekerheidsrecht | Nederlands | 6 | variabel | ||
semester II | verplicht | RGMHA40106 | Masterclass Procederen in Arbeidszaken | Nederlands | 6 | variabel | |
keuze | RGMDOS0100 | Learning Communities | Nederlands | ||||
semester II a | verplicht | RGMHA00206 | Collectief Arbeidsrecht | Nederlands | 6 | 4 | |
semester II b | verplicht | RGMHA51106 | Internationaal Arbeidsrecht | Nederlands | 6 | 2 | |
Opmerkingen |
| ||||||
» Seminaars Nederlands recht - geadviseerd voor Arbeidsrecht | |||||||
Periode | Type | Code | Naam | Taal | ECTS | Uren | |
hele jaar | a. (keuze) | RGMHA01906 | Seminaar Corporate Litigation | Nederlands | 6 | variabel | |
semester I | keuze | RGMPR02206 | Seminaar Commerciële Contracten | Nederlands | 6 | 2 | |
keuze | RGMRG00206 | Seminaar Ius Commune | Nederlands | 6 | 2 | ||
keuze | RGMHA02806 | Seminaar Onderneming en Arbeid | Nederlands | 6 | 2 | ||
keuze | RGMHA01306 | Seminaar Ondernemingsrecht | Nederlands | 6 | 2 | ||
semester II | keuze | RGMIP00206 | Sem. IPR en Commerciële Rechtspraktijk | Nederlands | 6 | 2 | |
keuze | RGMHA00906 | Seminaar Auteursrecht | Nederlands | 6 | 2 | ||
keuze | RGMRF00306 | Seminaar Boontje komt om z'n loontje? | Nederlands | 6 | 2 | ||
keuze | RGMHA01106 | Seminaar Faillissementsrecht | Nederlands | 6 | 2 | ||
keuze | RGMPR03206 | Seminaar Financiering en Zekerheden | Nederlands | 6 | 2 | ||
Opmerkingen |
|
1 | Arbeidsovereenkomstenrecht | RGMHA00106 | |||||||||||||||||||||||||||
Tijdens de hoorcolleges komen onder andere de volgende arbeidsrechtelijke thema's aan de orde: het kwalificatievraagstuk (werknemer of zzp’er; platformarbeid), loon, bijzondere bedingen, wijziging van de arbeidsovereenkomst, overgang van onderneming, ziekte van de werknemer (civielrechtelijke aspecten), aansprakelijkheid voor bedrijfsongevallen, gelijke behandeling, de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, ontbindende voorwaarde. Bijzondere aandacht is er voor het ontslagrecht (drie of vier colleges). De arbeidsrechtpraktijk is een echte procespraktijk, waarin mediation een steeds grotere rol speelt; hieraan zijn twee colleges van gastdocenten ‘uit de praktijk’ gewijd. In de colleges wordt, waar relevant, ingegaan op de verhouding tussen de 'bijzondere' arbeidsrechtelijke regels en het algemene contractenrecht. Bij de behandeling is er, waar mogelijk, aandacht voor de Europese herkomst van de regels | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
2 | Collectief Arbeidsrecht | RGMHA00206 | |||||||||||||||||||||||||||
Tijdens de hoorcolleges worden vier thema’s besproken: 1. CAO-recht: - De ontwikkeling van collectieve arbeidsvoorwaardenvorming in Nederland; - Recht op (toelating tot) collectieve onderhandelingen; - Vakverenigingsrecht; - Inhoud, werking en uitleg van CAO’s; - Algemeenverbindendverklaring van CAO’s en nawerking; - Samenloop van CAO's (waaronder samenloop als gevolg van overgang van onderneming) 2.Het recht op collectieve actie: - Nederlandse jurisprudentie (toetsingsmodel Hoge Raad) 3.Medezeggenschapsrecht: - Het advies- en instemmingsrecht van de ondernemingsraad; - De ondernemingsovereenkomst - De verhouding vakbond-ondernemingsraad - Primaat van de politiek - Enqueterecht vakbonden 4. Reorganisatie: - Collectief ontslag (WMCO) - Sociaal plan - Wijziging van arbeidsvoorwaarden In de hoorcolleges zullen ter voorbereiding op het tentamen casus worden besproken. Ongeveer twee colleges zullen worden gegeven door een gastspreker. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
3 | Europees Arbeidsrecht | RGMHA03006 | |||||||||||||||||||||||||||
De Europese invloeden op het Nederlandse arbeidsrecht worden steeds groter. Een groot deel van het Nederlandse arbeidsrecht komt uit Europa, denk bijvoorbeeld aan de rechtsregels inzake gelijke behandeling, arbeidstijden, en overgang van onderneming. Het overgrote deel van die regelgeving is afkomstig van de Europese Unie. Het is daarom steeds lastiger het Nederlandse arbeidsrecht te kennen zonder kennis van het Europese arbeidsrecht. Daarnaast werken steeds meer werknemers in Europa tijdelijk ‘over de grens’, denk aan internationale detachering in de bouw- en transportsector. Dat roept niet alleen veel arbeidsrechtelijke vragen op, maar leidt soms ook tot weerstand(social dumping, uitbuiting van werknemers). In dit vak zullen onder andere de volgende onderwerpen de revue passeren: het sociale beleid en de wetgevingsinstrumenten van de Europese Unie, de open methode van coördinatie (OMC), sociale grondrechten, het toenemende belang van het EU (arbeids)recht en de wisselwerking met het nationale recht, gelijke behandeling, vrij verkeer van werknemers, grensoverschrijdende detachering, overgang van onderneming. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
4 | Internationaal Arbeidsrecht | RGMHA51106 | |||||||||||||||||||||||||||
Het vak Internationaal Arbeidsrecht besteedt aandacht aan het internationale arbeidsrecht in ruime zin. Startpunt zijn de Conventies en Aanbevelingen van de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO). Hierbij komen belangrijke onderwerpen aan bod die in de andere verplichte vakken niet of nauwelijks zijn behandeld, zoals kinderarbeid en dwangarbeid. Daarnaast is er aandacht voor de ‘meerlagigheid’ van het arbeidsrecht: sommige onderwerpen zijn zowel in het kader van de ILO, de EU, het EVRM, het ESH en het nationale arbeidsrecht geregeld. Hoe moet de jurist omgaan met al deze verschillende rechtsbronnen, met name in geval van conflict tussen die lagen? | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
5 | Learning Communities | RGMDOS0100 | |||||||||||||||||||||||||||
Learning Communities Samen leren en vaardigheden oefenen Wil jij in een kleine groep samen met een docent aan de hand van een pakkend onderwerp werken aan je vaardigheden? Een master learning community bestaat uit een groep van ongeveer 8 tot 12 masterstudenten die onder begeleiding van een docent een semester aan de slag gaan met een bepaald onderwerp. De onderwerpen vindt je hieronder. Binnen het thema kun je zelf aandragen wat je graag wilt leren en of je met alumni/werkgevers, gerelateerd aan het thema,in contact wilt komen. De communities zijn extra-curriculair en worden dus aangeboden naast het standaard studieprogramma. De learning community biedt jou de mogelijkheid om in kleiner groepsverband met het recht bezig te zijn en in een nauwere relatie met je docent en je medestudenten samen te werken. Je leert ook van elkaar. Daarnaast biedt het thema van de learning community, naast oriëntering ook mogelijkheden tot profilering en verdieping richting de arbeidsmarkt. Je leert namelijk tijdens dit project naast juridische vaardigheden ook andere vaardigheden die door werkgevers als waardevol worden gezien zoals samenwerken, plannen en netwerken. Doordat de docent in deze communities een coachende rol heeft, zal je zelfsturend vermogen worden verbeterd. Je werkt naar een bij het thema passend eindproduct toe. Je krijgt geen studiepunten of een cijfer maar wel feedback waar je veel van kunt leren. Ook leer je over samenwerken. Het project is waardevol om je te ontwikkelen en mee te profileren. Je kunt het daarom goed op je CV vermelden. Op dit moment wordt er geen community aangeboden. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
6 | Masterclass Procederen in Arbeidszaken | RGMHA40106 | |||||||||||||||||||||||||||
De arbeidsrechtelijke praktijk kan worden getypeerd als een echte procespraktijk. Voor een goed inzicht in het arbeidsrecht is een kennismaking met de praktische kant van het procederen onontbeerlijk. De Masterclass Procederen in Arbeidszaken biedt studenten de mogelijkheid op diepgaande wijze kennis te maken met de dagelijkse procespraktijk. Verschillende (advocaten)kantoren (in onder meer Groningen, Amsterdam, Den Haag en Enschede), vakbonden en rechterlijke colleges (rechtbank, Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden) werken aan de masterclass mee in de vorm van een bijeenkomst op locatie c.q. het laten bijwonen van een zitting. De masterclass bestaat uit één informatiebijeenkomst en een aantal inhoudelijke bijeenkomsten die zijn ondergebracht in 7 zogenoemde trajecten: 1) Kwalificatie van de arbeidsverhouding, 2) Integriteit, fraude en ontslag op staande voet, 3) Procederen bij ziekte en arbeidsconflicten, 4) Procederen bij reorganisatie, 5) Bijzondere bedingen en onrechtmatige concurrentie, 6) Handhaving van collectieve arbeidsvoorwaarden en 7) Bijwonen van zittingen over een arbeidsrechtelijke zaak. In de masterclass wordt geoefend met onder meer het opstellen van processtukken (zoals een dagvaarding/verzoekschrift, conclusie van antwoord/verweerschrift) en conceptuitspraken, het beoordelen van bijzondere bedingen, het schrijven van een juridisch advies en het houden van een kritisch en onderbouwd pleidooi. Ook wordt ervaring opgedaan met mediation in arbeidszaken en wordt inzicht verkregen in de wijze van procederen in eerste aanleg en in appel door het bijwonen van zittingen. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
7 | Masterscriptie | RG00061012 | |||||||||||||||||||||||||||
Nadere eisen en richtlijnen Nadere eisen en richtlijnen m.b.t. scriptie zijn opgenomen in het scriptiereglement. Zie Kennisbank Rechten voor meer informatie. Voorbereiding Ter voorbereiding op het schrijven van een scriptie organiseert de faculteit een scriptievoorbereidingstraject, bestaande uit een hoorcollege (4 x per jaar), een bibliotheekinstructie en een scriptiepracticum. De student is verplicht de onderdelen scriptiecollege en bibliotheekinstructie van het scriptievoorbereidingstraject te volgen alvorens een scriptieonderwerp ter goedkeuring voor te leggen aan de scriptiecoördinator. Het volgen van het onderdeel scriptiepracticum is facultatief, maar wordt sterk aanbevolen. Voor bijzonderheden over het Scriptievoorbereidingstraject zie de vakomschrijving in Ocasys. Hierin is informatie opgenomen over de onderdelen van het traject en speciale literatuur die bij het schrijven van een scriptie wordt aanbevolen. Voor Masterstudenten Internationaal en Europees Recht geldt een apart engelstalig scriptievoorbereidingstraject (Thesisclass) zie de vakomschrijving in Ocasys. Een artikel in Ars Aequi of een ander wetenschappelijk tijdschrift kan ook als een scriptie worden gehonoreerd, mits hierover tevoren overleg is gepleegd met de docent die anders als scriptiebegeleider zou zijn opgetreden. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
8 | Ondernemingsrecht 1 (NV- en BV Recht) | RGMHA00606 | |||||||||||||||||||||||||||
Het vak Ondernemingsrecht I geeft inzicht in een aantal kernthema's van het ondernemingsrecht. De volgende onderwerpen worden behandeld:
| |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
9 | Sem. IPR en Commerciële Rechtspraktijk | RGMIP00206 | |||||||||||||||||||||||||||
Nederland is groter dan het BW. In de commerciële advocatuur, het bankwezen en de internationale ondernemingspraktijk heeft men dagelijks te maken met cliënten die actief zijn in het internationale handelsverkeer. Die praktijk vergt van juristen een gedegen kennis van het internationaal burgerlijk procesrecht, internationaal overeenkomstenrecht, internationaal aansprakelijkheidsrecht. Aan de hand van casusopdrachten wordt in teamverband gewerkt. Daarnaast bestaat het seminaar uit een aantal hoorcolleges, capita selecta van het internationaal privaatrecht. Een deel van de colleges zal gegeven worden door een of meer (buitenlandse)gastdocenten. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
10 | Seminaar Auteursrecht | RGMHA00906 | |||||||||||||||||||||||||||
Het auteursrecht kan worden omschreven als een tijdelijk monopolie van de maker van een 'werk' op de exploitatie van dat werk. Het auteursrecht wordt geregeld in de Auteurswet. In onze huidige informatiemaatschappij groeit het belang van het auteursrecht gestaag. Geschat wordt dat in Nederland met de productie en exploitatie van auteursrechtelijk beschermd werk meer dan dertig miljard euro gemoeid is. Dat is ongeveer 6 % van het nationaal inkomen. Men dient zich goed te realiseren dat met betrekking tot allerlei dagelijkse gebeurtenissen auteursrechten in het spel zijn. Ter illustratie: mag men op een website een hyperlink plaatsen die naar auteursrechtelijk beschermd werk linkt op een andere website? Mag een winkelier in zijn winkel via de radio muziek ten gehore brengen? Mag van de Stopera een foto worden genomen? Mogen studenten studieboeken fotokopiëren? Mag van een computerprogramma een back-up worden gemaakt? Mag een werk van beeldende kunst worden nagetekend? Mag de Tripp Trapp-stoel van Stokke worden nagemaakt? Mag op een schoolfeest muziek ten gehore gebracht worden? Mag auteursrechtelijk beschermd werk op internet worden geplaatst? De opzet van dit seminaar is studenten, aan de hand van actuele gebeurtenissen en ontwikkelingen vertrouwd te maken met het auteursrecht. Bij aanvang van het seminaar zal een aantal (actuele) onderwerpen worden gekozen. De wekelijkse bijeenkomsten dienen door alle deelnemers te worden voorbereid. Het is de bedoeling de deelnemers in groepen te verdelen. De werkzaamheden van een groep kunnen bestaan uit het houden van een voordracht of een pleidooi, of het concipiëren van een advies of vonnis. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
11 | Seminaar Boontje komt om z'n loontje? | RGMRF00306 | |||||||||||||||||||||||||||
Het gezegde 'boontje komt om zijn loontje' wordt gebruikt wanneer iemand zijn verdiende straf krijgt. In de volksmond lijkt men geen moeite te hebben met deze uitspraak. Maar wat is eigenlijk `verdiend’? En straft men wel omdat iemand dat verdiend heeft? Of omdat men erger wil voorkomen? Of zijn er nog andere redenen om te straffen en welke reden vinden wij dan eigenlijk het belangrijkste? En is belonen eigenlijk geen betere manier om gedrag te beïnvloeden? In deze collegereeks worden enkele ogenschijnlijke vanzelfsprekendheden uit het strafrecht ter discussie gesteld en steeds vanuit zowel een strafrechtelijk als filosofische perspectief belicht. Daarbij komen concrete thema’ s aan de orde, zoals de vraag of tbs eigenlijk wel zo humaan is als vaak wordt voorgesteld en of iemand ooit levenslang verdient. Alle colleges worden verzorgd door zowel een strafrechtdocent (Ten Voorde) als een rechtsfilosoof (afwisselend Mackor, Westerman en Geeraets (gastdocent VU)). Elke week worden een of meer actuele juridische, rechtsfilosofische en literaire teksten gelezen. Van de student wordt een actieve inbreng verwacht op basis van aanvullend eigen literatuuronderzoek. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
12 | Seminaar Commerciële Contracten | RGMPR02206 | |||||||||||||||||||||||||||
Commerciële contracten worden gesloten tussen professionele partijen (B2B) en gaan over transacties als koop, distributie, franchising, dienstverlening, samenwerking etc. Deze contracten zijn vaak gesteld in de Engelse taal en/of beïnvloed door de internationale contractspraktijk. Dit seminaar richt zich op de problemen die in de rechtspraktijk spelen bij deze contracten: problemen rond onderhandelen, garanties, uitleg van het contract, beëindiging van het contract etc. We bestuderen naast wet, (recente) rechtspraak en literatuur ook voorbeelden van contractsbepalingen. Werkwijze: de deelnemers zullen onderzoek verrichten en daarvan schriftelijk en mondeling verslag doen. De resultaten worden in de werkgroep bediscussieerd. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
13 | Seminaar Corporate Litigation | RGMHA01906 | |||||||||||||||||||||||||||
De claimbewustheid in het Ondernemingsrecht is de laatste jaren sterk toegenomen. Mede als gevolg van opzienbarende boekhoudschandalen en conflicten is het aantal aansprakelijkheids- en enquêteprocedures sterk gestegen. In dit vak staan de thema's centraal die in de ondernemingspraktijk thans actueel zijn, zoals bestuurdersaansprakelijkheid, enquêteprocedures en conflicten tussen aandeelhouders, bestuurders en commissarissen over de zeggenschap in de vennootschap. Het vak wordt in elk semester aangeboden. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
14 | Seminaar Faillissementsrecht | RGMHA01106 | |||||||||||||||||||||||||||
Aan de hand van opdrachten wordt de gang van zaken bij een faillissement uitgewerkt. Van het begin af aan is veel tijd nodig voor zelfstudie. Er is geen tentamen, wel een verplichte aanwezigheid. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
15 | Seminaar Financiering en Zekerheden | RGMPR03206 | |||||||||||||||||||||||||||
In dit vak wordt aandacht besteed aan goederenrechtelijke knelpunten bij de financiering van vastgoed. Daarbij valt te denken aan de wijze waarop zekerheid kan worden verkregen op huurvorderingen en de beperkingen die daaraan zijn gesteld, de mogelijkheid om genotsrechten als zekerheidsobject te gebruiken en de knelpunten bij de executie van vastgoed. Werkwijze: Het vak wordt gegeven in de vorm van werkcolleges, waarbij elke student een presentatie houdt en/of, al dan niet in groepsverband, een aantal opdrachten uitvoert over een van de hiervoor genoemde onderwerpen. Om de student kennis te laten maken met de gang van zaken bij een op de financieringspraktijk gericht advocatenkantoor wordt in het kader van dit seminaar mogelijk een bezoek gebracht aan zo’n advocatenkantoor. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
16 | Seminaar Ius Commune | RGMRG00206 | |||||||||||||||||||||||||||
De Tweede Wereldoorlog en het recht. ‘Waar het recht ophoudt, begint de oorlog’. Deze woorden staan op een kunstwerk van R.N. Roland Holst dat vroeger in het gebouw van de Hoge Raad stond. Tegenwoordig siert het de hal van de Tweede kamer. In de colleges over de Tweede Wereldoorlog en het recht komt de vraag aan de orde wat de verhouding is tussen oorlog en recht. De colleges zullen onder andere gaan over de Tribunalen na de Tweede Wereldoorlog, de behandeling van vijandelijk vermogen hier te lande, de Na-oorlogse rechtspraak en de positie van de Nederlandse rechterlijke macht tijdens de bezetting.Het is overigens uitdrukkelijk geen vak waarin de technisch juridische instrumenten aan de orde komen om oorlog te beslechten of te voorkomen. . | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
17 | Seminaar Nederlands Recht | RGDOS017 | |||||||||||||||||||||||||||
In het verplichte seminaar wordt het vaardighedencurriculum vervolgd, zoals dat in de bachelorfase is ingezet, en komen diverse academische vaardigheden aan bod, zoals kritisch lezen, analyseren, abstraheren, argumenteren, synthetiseren, probleemidentificatie, probleem oplossen, en overige vaardigheden als schrijven, presenteren en samenwerken. Het gaat daarbij om een wetenschappelijke denktraining, waarbij, nadat een goede analyse heeft plaats gevonden, een (creatieve) oplossing voor een juridische vraagstelling helder wordt gepresenteerd, voorzien van argumenten. Een student Nederlands Recht kan kiezen uit alle seminaars Nederlands Recht. In de opleidingsschema's van de master Nederlands Recht worden per specialisatie de aanbevolen seminaars apart weergegeven (zie de opleidingsschema's elders in Ocasys). Indien een student twee specialisaties wil doen binnen de master Nederlands Recht kan hij volstaan met het volgen van één seminaar Nederlands Recht. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
18 | Seminaar Onderneming en Arbeid | RGMHA02806 | |||||||||||||||||||||||||||
In dit seminaar wordt ingegaan op onderwerpen die raken aan zowel het ondernemingsrecht als het arbeidsrecht. Beide rechtsgebieden zijn voor de rechtspraktijk zeer relevant en – met name in geval van een fusie/overname of reorganisatie/herstructurering – ook nauw verwant. Thema’s die onder meer aan de orde kunnen komen zijn: - Invloed van werknemerscollectieven op het beleid van de vennootschap (o.a. structuurregeling, enquêterecht vakbonden, spreekrecht ondernemingsraad) - Medezeggenschap in geval van een reorganisatie of overname/fusie (o.a. informatie-, consultatie- en adviesrechten van ondernemingsraden en vakbonden) - Rechtspositie van werknemers in geval van een reorganisatie of overname/fusie (o.a. richtlijn overgang van onderneming, doorvoeren van collectieve ontslagen, sociaal plan) - Rechtspositie van werknemers in geval van insolventie van de werkgever - Aansprakelijkheid (intern en extern) van werknemers - Rechtspositie van de statutair bestuurder (ontslag en aansprakelijkheid) - Arbeid en onderneming in grensoverschrijdend en/of Europees perspectief (o.a. Europese ondernemingsraad; medezeggenschap bij Europese rechtsvormen) De deelnemersgroep aan dit seminaar wordt verdeeld in koppels/groepen. De deelnemers wordt gevraagd per koppel/groep een aantal werkstukken en/of stellingen te maken, die vervolgens tijdens het college worden besproken. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
19 | Seminaar Ondernemingsrecht | RGMHA01306 | |||||||||||||||||||||||||||
In dit vak worden de deelnemers door middel van werkstukken en een actieve deelname vertrouwd gemaakt met vraagstukken waarmee ondernemers en hun adviseurs (advocaten, notarissen en bedrijfsjuristen) in de praktijk mee te maken krijgen. Thema’s die onder meer aan de orde komen zijn:
De deelnemersgroep aan dit seminaar wordt verdeeld in koppels. De deelnemers wordt gevraagd een aantal werkstukken te maken, die vervolgens tijdens het college worden besproken. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
20 | Sociale Zekerheidsrecht | RGMBE01006 | |||||||||||||||||||||||||||
Het keuzevak vangt aan met het leggen van een kennisfundament van het Nederlandse socialezekerheidstelsel. Dit gebeurt aan de hand van enkele hoorcolleges. Om het kennisfundament te toetsen wordt al in week drie een MC-tentamen afgenomen, waarvan een deel van de vragen door de cursisten zelf wordt voorbereid en ingeleverd. Vervolgens wordt een aantal colleges verzorgd waarin aandacht wordt besteed aan twee thema’s (die van jaar tot jaar variëren). Het ene thema heeft raakvlakken met het arbeidsrecht, het ander thema met het bestuursrecht. Tijdens de colleges worden gerichte onderzoeksopdrachten uitgezet. Op basis hiervan moeten de studenten alleen of in samenwerking met anderen een paper schrijven. In de laatste bijeenkomsten moeten de papers worden verdedigd. In het keuzevak wordt telkens een bijzonder gastcollege of excursie georganiseerd. Studenten zijn betrokken bij de organisatie. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||