Hieronder staan het programma en de vakomschrijvingen van Minor GV Klik op de naam van een vak in een schema om naar de omschrijving te gaan.
» Jaar 3 | |||||||
Periode | Type | Code | Naam | Taal | ECTS | Uren | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
semester I | verplicht | THB3-GVPE | Professionele Ethiek | Nederlands | 7.5 | variabel | |
verplicht | THB3-GVTR | Trauma, Rouw, Zingeving en Welzijn | Nederlands | 7.5 | variabel | ||
verplicht | Universitair minorvak | Nederlands | 7.5 | ||||
semester I a | verplicht | THB3-GV | Geestelijke Verzorging in beeld | Nederlands | 7.5 | variabel | |
semester II | verplicht | THB3BSE10 | bachelorscriptie | Nederlands | 10 | variabel | |
verplicht | THB3-TSRPH | Ba Thesis Seminar Impact of Religion | Engels | 5 | variabel | ||
semester II a | verplicht | THB3-GVFL | Filosofie als levenskunst | Nederlands | 7.5 | variabel | |
semester II b | verplicht | THB3-CIR | Cultural Impact of Religion | Engels | 7.5 | variabel |
1 | Ba Thesis Seminar Impact of Religion | THB3-TSRPH | |||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
2 | bachelorscriptie | THB3BSE10 | |||||||||||||||||||||||||||
Deze module biedt studenten de mogelijkheid om intensief te werken aan specifieke aspecten van het ontwerp, onderzoek en schrijfproces van hun bachelorscriptie. De werkcolleges worden gegeven in de vorm van een workshop, met een korte inleidende lezing en presentatie van de docent over het onderwerp dat die dag wordt behandeld, gevolgd door groepswerk en intervisie, in combinatie met mogelijkheden voor individueel overleg en discussies met de docent. De werkcolleges zijn grotendeels studentgestuurd en hebben tot doel om die onderwerpen te behandelen die het meest dringend zijn voor de studenten in het stadium van het schrijfproces. Studenten worden voor deze module beoordeeld op hun bachelorscriptie. Daarnaast voeren ze kleine opdrachten en intervisie-activiteiten uit als onderdeel van het proces dat leidt tot de voltooiing van de scriptie. Er zal enig onderwijs zijn, maar de module bestaat voor een groot deel uit samenwerking met andere studenten en mogelijkheden voor discussie en overleg met medestudenten en de docent. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
3 | Cultural Impact of Religion | THB3-CIR | |||||||||||||||||||||||||||
The course follows ‘Contested Humanity’. ‘Contested Humanity’ has guided participants towards studying sources and approaches. ‘Cultural Impact of Religion’ will further train the students in working with sources. The format of the course is to study key approaches to source study taken by experienced scholars from the department Christianity and the History of Ideas. The three approaches are historical, philosophical and political. All presuppose a hermeneutical approach, which means that sources are related to the cultural contexts in which they originated as well as to the scholarly tradition in which they are interpreted. The sources chosen will be important key texts of Western intellectual history, such as Institutes of John Calvin, as well material taken from the everyday media. These sources will allow students to explore the different research traditions and approaches in the department. The methodological issue of how and why to choose certain sources for a particular field of research will be part of the combined introduction to the course. The course will also deal with the reception and historiography of the sources and show how they can be approached from different perspectives. A text like the Institutes of John Calvin, for instance, has been read as a normative starting point for Reformed theology, but is also interesting because it went through several editions and has a layered structure and especially for the polemical discussion within the original historical and cultural context. In the case of contemporary religion, students may explore pro-life images and literature not just for their overt polemical content, but as a means of constructing religious communities | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
4 | Filosofie als levenskunst | THB3-GVFL | |||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
5 | Geestelijke Verzorging in beeld | THB3-GV | |||||||||||||||||||||||||||
Waar gaat geestelijke verzorging over? Waar en hoe werken geestelijk verzorgers? Wat zijn de theoretische en praktische vragen die er op het moment leven in het werkveld? Hoe ga ik als geestelijk verzorger in gesprek met een cliënt? Wat voor processen spelen zich af in groepen? Hoe ga ik daar als geestelijk verzorger mee om? Waar sta ik zelf als het gaat om mijn eigen levensbeschouwing en kijk op het werk van een geestelijk verzorger? Hoe reflecteer ik daar adequaat op? Deze vragen gaan we in deze cursus onderzoeken. We ondernemen een eerste kennismaking met de professie geestelijke verzorging. Dit doen we vanuit twee leerlijnen. De eerste leerlijn focust op de diverse werkvelden waarin geestelijk verzorgers werkzaam zijn alsook op een aantal fundamentele thema's (in de academische bestudering) van het vak. De tweede lijn betreft het aanleren van een aantal gesprekstechnieken en ook inzicht in de basis van groepsdynamische processen. Daarbij staat de existentiële dimensie binnen individuele- en groepsgesprekken centraal. In de schriftelijke reflectie daarop staat integratie van theorie en praktijk (de oefeningen) centraal, uitgewerkt aan de hand van de aandachtsgebieden voelen, denken, willen en handelen. Tenslotte worden in een tweetal werkcollegebijeenkomsten beide leerlijnen op elkaar betrokken door middels levensbeschouwelijke en professionele reflectie na te gaan hoe het geleerde zich verhoudt tot de eigen positionering als geestelijk verzorger. De levensbeschouwelijke leerlijn binnen het gehele curriculum krijgt binnen dit vak verkennend aandacht aan de hand van specifieke opdrachten bij het oefenen van professionele vaardigheden, reflectieopdrachten en een bijeenkomst rond de eigen spirituele/levensbeschouwelijke biografie in relatie tot de eigen positionering. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
6 | Professionele Ethiek | THB3-GVPE | |||||||||||||||||||||||||||
Bij dit college leert de student zich te verhouden tot de volgende kernvragen en thema's: Wat is professionele ethiek op Micro, Meso, en Macro niveau? In hoeverre zijn ethische theorieën toepasbaar voor de medisch-ethische praktijk? Wat is ‘erkenning’ en welke rol kan erkenning spelen in de professionalisering van geestelijk verzorgers en andere professionals? Wat zijn ‘zorgverantwoordelijkheden van’ geestelijk verzorgers / professionals? Zorgrelatie, rolverantwoordelijkheid, verantwoordelijkheid. Moreel beraad en de rol van de geestelijk verzorger / professional. Veranderende zorgcontext, over marktwerking in de zorg. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||
7 | Trauma, Rouw, Zingeving en Welzijn | THB3-GVTR | |||||||||||||||||||||||||||
Welke rol spelen religieuze, spirituele en ook seculiere levensvisies in onze reactie op traumatische gebeurtenissen en de verliezen die we lijden in het leven? Spelen deze factoren ook een rol in het ontstaan en omgaan met dagelijkse stress? Ofwel, wat is de relatie tussen welzijn, zingeving en levensbeschouwing in reactie op diverse potentieel spanningsvolle levensomstandigheden? (Godsdienst)psychologische (coping) theorieën geven ons hier inzicht in. Ze spelen een belangrijke rol in de zogenaamde trauma- en rouwliteratuur. Een onderzoeksvoorbeeld daarvan is Nederlands onderzoek naar het gebruik van rituelen na rampen, waarbij rituele, liturgische, godsdienstpsychologische en godsdienstwetenschappelijke invalshoeken gecombineerd worden. Ook zijn zingevende/levensbeschouwelijke en ook normatieve (!) elementen herkenbaar in de verschillende expliciete rouwmodellen (ontwikkeld met het oog op rouw naar aanleiding van het overlijden van een dierbare: kind, ouder, partner etc., dan wel rond verwerking van andersoortige verliezen) en in coping theorieën over het omgaan met verliezen ten gevolge van mentale en/of lichamelijke ziektes Op geestelijk verzorgers wordt vaak een beroep gedaan bij deze levensgebeurtenissen. Kennis van en inzicht in hoe religieuze of anders gekleurde levensvisies bij psychologische coping processen een rol spelen, alsook hoe rouw en trauma daarbinnen psychodynamisch geconceptualiseerd worden is daarmee relevant voor het werk van de geestelijk verzorger. In deze cursus maak je kennis met verschillende psychologische theorieën en -onderzoeken, waarbij de godsdienstpsychologische invalshoek centraal staat. D.m.v. diverse opdrachten leer je deze theorieën toepassen op verschillende casussen en je leert kritisch reflecteren op hun bruikbaarheid in de geestelijke verzorging. | |||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||
terug naar boven | |||||||||||||||||||||||||||||