Organisaties

Faculteit | Gedrags- en MaatschappijWetenschappen |
Jaar | 2020/21 |
Vakcode | SOBA111A |
Vaknaam | Organisaties |
Niveau(s) | bachelor |
Voertaal | Nederlands |
Periode | semester II b |
ECTS | 5 |
Rooster | rooster.rug.nl |
Uitgebreide vaknaam | Organisaties | ||||||||||||
Leerdoelen | De student kan bestaande sociologische kennis van de geconstrueerde sociale orde van organisaties toepassen in de analyse van organisaties.De student kan: 1. de definitie, basiskenmerken, basisvormen van organisaties beschrijven; 2. de basiskenmerken en –vormen van specifieke organisaties identificeren en beschrijven; 3. aan de hand van het onderscheid tussen een open en gesloten systeembenadering en een natuurlijke en rationele systeembenadering, verschillende theoretische perspectieven op organisaties beschrijven, ordenen en met elkaar vergelijken; 4. aan de hand van deze theoretische perspectieven concrete problemen van organisaties onderzoeken en op een wetenschappelijk onderbouwde wijze verklaren en tot oordeelsvorming komen. |
||||||||||||
Omschrijving | Organisaties maken deel uit van een geconstrueerde sociale orde, net zoals de overheid, en in tegenstelling tot spontane sociale ordes als de primaire orde en de markt. Dit geeft hen een eigen aard en dynamiek. Iedereen heeft dagelijks te maken met organisaties. Als je studeert, boodschappen doet, sporten gaat of stage loopt: organisaties maken deel uit van het dagelijks leven. Vaak ergeren we ons aan de traagheid, onbereikbaarheid of inefficiëntie van organisaties. In dit vak staat de vraag centraal waarom organisaties niet vlekkeloos opereren. Om deze vraag te beantwoorden bestuderen organisaties vanuit een drietal perspectieven: een rationeel systeem, natuurlijk systeem, en open systeem perspectief. Per perspectief worden verschillende eigenschappen en kenmerken van organisaties belicht. Elk perspectief biedt dan ook een eigen antwoord op de vraag wat problemen in organisaties verklaart. Studenten leren vanuit elk perspectief en een aantal bijbehorende theorieën organisaties en hun problemen te analyseren. | ||||||||||||
Uren per week | 2 | ||||||||||||
Onderwijsvorm |
hoorcollege, werkcollege
(Er is gelegenheid tot het oefenen met de stof in werkcolleges) |
||||||||||||
Toetsvorm |
schriftelijk tentamen (essay) DIGITAL
(Dit betreft een open boek tentamen. In het tentamen zullen studenten ook vragen beantwoorden over en werken met kleine casusvoorbeelden) |
||||||||||||
Vaksoort | propedeuse | ||||||||||||
Coördinator | Z. Lippényi, PhD. | ||||||||||||
Docent(en) | Z. Lippényi, PhD. | ||||||||||||
Verplichte literatuur |
|
||||||||||||
Entreevoorwaarden | |||||||||||||
Opmerkingen | |||||||||||||
Opgenomen in |
|