Onderwijsbeleid
Faculteit | Gedrags- en MaatschappijWetenschappen |
Jaar | 2021/22 |
Vakcode | PAMAOWO06 |
Vaknaam | Onderwijsbeleid |
Niveau(s) | master |
Voertaal | Nederlands |
Periode | semester II b |
ECTS | 5 |
Rooster | rooster.rug.nl |
Uitgebreide vaknaam | Onderwijsbeleid | ||||||||
Leerdoelen | 1. De student heeft kennis van het grondwetsartikel ten aanzien van het onderwijs, en heeft inzicht in de wijze waarop dit geleid heeft tot het huidige onderwijsbestel, en de mate waarin dit enerzijds het handelen van de overheid legitimeert en anderzijds inperkt. 2. De student heeft kennis van en inzicht in de wijze waarop de overheid het onderwijs aanstuurt, gegeven de maatschappelijke functies die het onderwijs dient te vervullen. 3. De student heeft kennis van de ontwikkelingen in het politieke en bestuurlijke landschap in het onderwijs, en kan de discussie over marktwerking in het onderwijs, decentralisatie en autonomievergroting, en governance en toezicht in deze ontwikkelingen positioneren. 4. De student heeft kennis van de beleidsdoelen, beleidsmiddelen en de beleidscontext van actuele beleidsprogramma in het onderwijs. 5. De student is in staat zelfstandig informatie te vergaren over beleidsprogramma’s, en relevante beleidsactoren en hun waarden en belangen bij het programma te identificeren. 6. De student is in staat om te reflecteren op het beleidsontwerp en de gehanteerde implementatiestrategie, en kan zich aan de hand daarvan een oordeel vormen over de te verwachten effectiviteit van het beleidsprogramma. 7. De student kan helder, zowel mondeling als schriftelijk, over de verschillende facetten van een beleidsprogramma rapporteren, en hierover met anderen in debat gaan. |
||||||||
Omschrijving | In dit onderdeel verwerft de student kennis over de wijze waarop de overheid het onderwijs aanstuurt, gegeven de maatschappelijke functies die het onderwijs dient te vervullen. Bestudeerd wordt de inrichting van het onderwijsbestel, en theorieën over beleidsvoering en sturing in het onderwijs. Deze onderwerpen worden in de cursus onder meer in historisch perspectief beschouwd. Daarbij worden enerzijds consistente beleidslijnen over de jaren heen, als ook paradoxen en inconsistenties in de beleidsvoering onderscheiden. Meer concreet wordt ingegaan op het dilemma van enerzijds centrale sturing en anderzijds een grotere autonomie voor instellingen, en hoe dit in de beleidspraktijk gestalte krijgt. Belicht in dit verband wordt het gevoerde beleid met betrekking tot de kwaliteit van het onderwijs, de verhouding tussen publiek en privaat onderwijs, het toezicht op het onderwijs, het leraarschap, en de bekostiging van het onderwijs. De student krijgt hiermee een conceptueel kader aangereikt voor het bestuderen en evalueren van onderwijsbeleid. | ||||||||
Uren per week | variabel | ||||||||
Onderwijsvorm | hoorcollege, werkcollege | ||||||||
Toetsvorm | opdrachten, schriftelijk tentamen (essay) | ||||||||
Vaksoort | master | ||||||||
Coördinator | dr. R. Maslowski | ||||||||
Docent(en) | prof. dr. H.T.A. Amsing ,dr. R. Maslowski | ||||||||
Verplichte literatuur |
|
||||||||
Entreevoorwaarden | |||||||||
Opmerkingen | |||||||||
Opgenomen in |
|