Pharmacology practical
Faculteit | Science and Engineering |
Jaar | 2019/20 |
Vakcode | WLFB0705 |
Vaknaam | Pharmacology practical |
Niveau(s) | bachelor |
Voertaal | Engels |
Periode | semester I b (Deze cursus is bedoeld voor studenten in het curriculum van voor 2018-2019 die dit practicum nog moeten doen.) |
ECTS | 5 |
Rooster | rooster.rug.nl |
Uitgebreide vaknaam | Pharmacology practical | ||||||||||||||||||||||||
Leerdoelen | Aan het eind van de cursus is de student in staat om: 1. de (patho)fysiologische beïnvloeding van interne organen en spieren (ileum, trachea, aorta, vas deferens, hart, skeletspier, bloedcirculatie) door het somatische en autonome zenuwstelsel beschrijven. 2. de werking van receptoren en de hieraan gekoppelde signaaloverdracht verklaren. 3. verklaren hoe geneesmiddelen receptorfuncties kunnen beïnvloeden. 4. farmacologische methoden en technieken gebruiken om de specifieke werking van geneesmiddelen vast te stellen. 5. het werkings- en bijwerkingsprofiel van een geneesmiddel analyseren aan de hand van de receptorselectiviteit van het geneesmiddel. 6. onderzoeksresultaten evalueren in een wetenschappelijk verslag. |
||||||||||||||||||||||||
Omschrijving | Kennismaking met farmacologische methoden en technieken tot vaststelling van de werking van geneesmiddelen in het lichaam. Getracht wordt, d.m.v. door de studenten zelf geïnitieerde onderzoeksprotocollen, het werkingsprofiel van 3 onbekende farmaca te achterhalen aan de hand van farmacologische referentiestoffen en gebruikmakend van verschillende farmacologische opstellingen. Onbekende geneesmiddelen worden in vergelijking met bekende agonisten en antagonisten functioneel op receptorniveau gekarakteriseerd d.m.v. contractie-experimenten aan geïsoleerde gladdespier- (ileum, trachea, aorta, vas deferens) en hartspier (atrium)-preparaten, meting van intracellulaire Ca2+ concentraties en activatie van signaal transductie-eiwitten in gekweekte gladde spier- en epitheelcellen, en interactieve computer simulaties van effecten op bloeddruk en hartritme, gedrag en skeletspierfunctie. Aan het eind van het practicum worden de verkregen resultaten in samenhang gepresenteerd en wordt de opheldering van de onbekende stoffen bediscussieerd. |
||||||||||||||||||||||||
Uren per week | |||||||||||||||||||||||||
Onderwijsvorm |
Practisch werk (PRC), Werkcollege (T)
(Practicum: 116 uur (aanwezigheid verplicht) + 7 verslagdagen; werkcolleges: 6 uur (aanwezigheid verplicht)) |
||||||||||||||||||||||||
Toetsvorm |
Mondeling tentamen (OR), Verslag (R)
(De practicumbeoordeling bestaat uit de voor- en nabesprekingen, groepsverslagen en een individueel verslag. Zie OPMERKINGEN voor de berekening van het eindcijfer.) |
||||||||||||||||||||||||
Vaksoort | bachelor | ||||||||||||||||||||||||
Coördinator | prof. dr. R. Gosens | ||||||||||||||||||||||||
Docent(en) | dr. H.A. Baarsma ,prof. dr. R. Gosens ,ing. A.B. Zuidhof | ||||||||||||||||||||||||
Verplichte literatuur |
|
||||||||||||||||||||||||
Entreevoorwaarden | Practicum Minimale Cel, Fysiologie & Therapie, Practicum Anatomie & Fysiologie, Humane Fysiologie (of Fysiologie Mens en Dier) en Receptorfarmacologie zijn ingangseisen voor dit vak. | ||||||||||||||||||||||||
Opmerkingen | Het practicumcijfer wordt als volgt berekend: het gemiddelde van de voor- en nabesprekingen tellen voor 35% mee, het gemiddelde van de groepsverslagen voor 30% en het individuele verslag voor 35%. Het cijfer voor het individuele verslag moet voldoende zijn. De werkhouding dient ter afronding van het practicumcijfer. | ||||||||||||||||||||||||
Opgenomen in |
|